Uw zoekacties: Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers en Landeli...

184a Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers en Landelijke Knokploegen ( NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

  • Kenmerken van het archief
  • Inleiding op het archief
  • Inventaris of plaatsingslijst
  • Eventueel bijlagen
  • De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

    De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

    De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

    Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

    beacon
     
     
    Openbaarheid
    Het archief is sinds 1 januari 2020 volledig openbaar.
    Inleiding
    De hierna volgende inventaris en regestenlijst heeft betrekking op een aantal archiefstukken dat door de LO-LKP-Stichting via de Stichting 1940-1945 in oktober 1956 aan het Rijksinstituut werd overgedragen, tezamen met de reeds vroeger *  beschreven naoorlogse verslagen en rapporten over de geschiedenis en activiteiten van de beide verzetsorganisaties. Het geheel heeft gediend als bron voor de samenstelling van het "Gedenkboek van het verzet in LO en LKP", "Het Grote Gebod". Het onderhavige materiaal is afkomstig uit verschillende bronnen. De hoofdschotel wordt gevormd door een deel van het archief van het Centraal Bureau van de LO en het correspondentie-archief van het bureau van de Landelijk Sabotage Commandant van de LKP, dat, voorzover kon worden nagegaan, volledig aanwezig is. Een korte toelichting op de archivalia, die hier zijn samengebracht, is dienstig teneinde de samenhang en relatieve importantie tot uiting te brengen.
    Dominee Slomp alias Frits de Zwerver, met mevrouw H. Th. Kuipers-Rietberg oprichter van de LO-LKP.
    Erfgoedstuk
    In totaal zijn zes archieven, resp. archiefdelen aanwezig, t.w.:
    I. Archiefstukken van het Centraal Bureau van de LO, bestaande uit twee delen:
    a. Mededelingen. Deze mededelingen, uitgaande van het C.B. verschenen in twee soorten: "algemene" mededelingen, verzonden aan de provinciale leiders in een beperkt aantal (later in gestencilde vorm), bevattende de inlichtingen die van belang geacht konden worden voor het werk in de provincies, en bestemd om in bredere kring te worden doorgegeven en besproken; en de "geheime mededelingen voor de topleden", die meer waren afgestemd op de problemen, de organisatie van de illegaliteit en de naoorlogse taken rakend. In deze geheime mededelingen treft men aan een aantal verslagen van vergaderingen van de Contact-Commissie en de opinie van het C.B. over belangrijke organisatorische kwesties: de organisatie van de NBS, vorming, structuur en taken van GAC en NAC, Stichting 1940-1945, Nederlands Volksherstel, enz.
    b. Correspondentie van het C.B. met verschillende regionale LO-leiders. Uit deze stukken wordt sterk de indruk gewekt, dat de voornaamste interne taak van het C.B. in de periode oktober 1944 - mei 1945 bestond uit het in stand houden van de organisatie. Benevens een relatief klein aantal stukken over onderwerpen van zakelijke aard in verband met de illegale LO-taak, treft men n.l. een groot aantal brieven aan over de onderlinge contacten, het handhaven van de organisatorische banden en het oplossen van onderlinge meningsverschillen. Vooral in de correspondentie met het noorden en oosten nemen deze problemen een zeer belangrijke plaats in.
    II. Afschriften van archiefstukken van de Gewestelijk Sabotage Commandant van Gewest I van de LKP.
    III. Diverse archiefstukken, op LO- en LKP werk betrekking hebbend.
    IV. Correspondentie-archief van het bureau van de Landelijk Sabotage Commandant van de LKP. Dit is het opmerkelijkste gedeelte van deze archivalia. Het betreffende bureau was, na de aanstelling van Frank (J.A. van Bijnen) als LSC op 25 augustus 1944, te Rotterdam gevestigd en het archief, zowel van de ingekomen als van de uitgaande correspondentie bleef volledig bewaard over de periode van 4 september 1944 tot ultimo december 1944. Op het stafkwartier van de LSC zetelde tevens Peter Noord, de Gewestelijk Sabotage Commandant IV, later Rayon Verbindings Officier voor Zuid-Holland en Utrecht, als plaatsvervanger en adviseur van de LSC. Dit leidde ertoe dat eveneens het correspondentie-archief van de GSC-IV bewaard bleef. Hiervan is echter alleen de inkomende correspondentie aanwezig. Na de dood van Frank werd besloten de - juist in die dagen voorbereide - verhuizing van het stafkwartier naar Amsterdam niet uit te voeren, maar in Rotterdam te blijven. De juist op handen zijnde reorganisatie leidde tot een cumulatie van functies in de persoon van Peter: waarnemer van de LSC en als zodanig vertegenwoordiger in de Delta, de pas begonnen taak als Rayon Verbindings Officier en de afwikkeling van zijn werk als GSC-IV. Aangezien hij uit hoofde van zijn eerste functie veelal in Amsterdam (zetel van de Delta) vertoefde, werd de correspondentie in de maand december veelal gevoerd door zijn assistent, Wim I.
    De functie van het hoofdkwartier van de LSC onderging met dit alles een aanzienlijke wijziging. Kon het vóór het overlijden van Frank gezien worden als een werkelijk gezags- en organisatorisch centrum, in de maand december ging er bijzonder weinig leiding meer van uit en denatureerde het bureau tot weinig meer dan een centraal correspondentie-adres. De aanwezige correspondentie geeft van dit alles een uitstekend beeld en werpt ook enig licht op het grote belang dat enkele persoonlijkheden (hier: Frank) konden betekenen voor de organisatie en tot uitvoering brengen van verzetswerk. Alle correspondentie van het onderhavige archief werd - met een heel enkele uitzondering - in afschrift aangetroffen, ook de ingekomen stukken, waarvan (vermoedelijk met het oog op leesbaarheid en eenvormigheid) door het bureau van de LSC afschriften werden vervaardigd. Hoewel het archief in vrij ongeordende toestand werd aangetroffen, bleek het mogelijk het zo goed als geheel te reconstrueren. De ingekomen en uitgaande stukken bleken gescheiden gehouden te zijn en chronologisch opgeborgen. Slechts op enkele punten was een uitzondering gemaakt: zo was de uitgaande correspondentie aan de Delta-commandant apart genummerd en in een afzonderlijke map opgeborgen, terwijl tevens een aantal stukken aan en van de GSC-I en aan en van Jan Thijssen apart werd aangetroffen.
    Teneinde de desbetreffende onderwerpen af te ronden werd de in het chronologische gedeelte aangetroffen correspondentie met deze personen (en handelend over de onderhavige kwesties) bij deze aparte dossiers gevoegd. Uit de aanwezige correspondentie tussen LKP en RVV wordt wel zeer sterk de indruk gewekt, dat de samenwerking tussen beide organisaties aanmerkelijk groter is geweest, dan "Het Grote Gebod" heeft doen uitkomen. Ten minste gedurende de periode september tot eind oktober 1944 (van vóór deze tijd zijn hier geen stukken aanwezig) bestond er een volledige samenwerking der strijdformaties en sabotageploegen (afgezien van enige onenigheid en tegenwerking in een deel van Gelderland en Overijssel). Zo werden in onderling overleg de te beschermen en te saboteren objecten verdeeld en ontving de LSC-KP afschriften van een aantal instructies van C-RVV aan zijn brigadecommandanten. Een persoonlijke band tussen Frank en Jan Thijssen is hier vermoedelijk niet vreemd aan geweest.
    V. Archivalia van het Sabotagebureau van de NBS, Dit bureau, in maart 1945 door C-NBS ingesteld, had als hoofd "Leopold", die zijn sporen reeds in LKP-verband had verdiend en geruime tijd Rayon Verbindings Officier voor Noord-Holland was geweest.
    VI. Archivalia van een groep LO-medewerkers uit Amsterdam.
    Hoewel de inhoud van een aantal van de hieronder beschreven stukken reeds uit andere bronnen bekend mag worden verondersteld, is toch een relatief groot aantal regesten van de afzonderlijke stukken gemaakt, aangezien de stukken zelf (veelal in origineel of doorslag aanwezig) in deze vorm nog niet bekend waren, en de behandelde materie veelal niet van belang is ontbloot voor de geschiedschrijving van de illegaliteit gedurende het laatste driekwart jaar van de bezettingstijd.

    De toegang is in februari 1957 vervaardigd door de heer A.H. Paape, pol. soc. drs., die ook deze inleiding schreef.
    In juli 2006 ontving het NIOD via de Stichting 1940-1945 een aanvulling op het archief van de LO-LKP. Deze aanvulling werd in januari 2010 geordend en beschreven en is beschikbaar onder toegang 853.
    Verwante archieven en collecties
    Bij het NIOD
    Archief van de LO-LKP-Stichting (toegangsnummer 251a)
    Archief van de LO-LKP en de LO-LKP-Stichting (aanvulling) (toegangsnummer 853)
    Collectie krantenknipsels I Personen, naoorlogs (dossier R. Wolthuis, no. 8576).
    Regesten
    Concordans
    Klik op het icoon voor de concordans.
    Erfgoedstuk

    Kenmerken

    Datering:
    1944-1945
    over het archief:
    Deze archiefstukken hebben samen met de collectie Stichting Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers en Landelijke Knokploegen (251a) gediend als bron voor de samenstelling van "Het Grote Gebod - gedenkboek voor het verzet in LO en LKP’, 2 delen, Kampen (1e druk 1951), 1989.
    Openbaar vanaf:
    01-01-20
    Openbaarheid:
    Volledig openbaar
    Omvang:
    0,9 meter (124 inventarisnummers)
    Status:
    NIOD-KNAW collectie
    Trefwoorden:
    Categorie: