Uw zoekacties: Afdeling Boven-Berkel van het Waterschap van de Berkel, 1882 – 1950

1364 Afdeling Boven-Berkel van het Waterschap van de Berkel, 1882 – 1950 ( Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers )

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de datering, omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere. Als de datering jaartallen tussen haakjes bevat, betekent dat dat er zich stukken in het archief bevinden die buiten de datering van het 'archiefblok' vallen.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Geschiedenis van de Afdelingen van het Waterschap van de Berkel
Oprichting en gebied
1364 Afdeling Boven-Berkel van het Waterschap van de Berkel, 1882 – 1950
Inleiding
Geschiedenis van de Afdelingen van het Waterschap van de Berkel
Oprichting en gebied
Met de oprichting van het Waterschap van de Berkel in 1882 leek een einde te zijn gekomen aan de "heerloze" toestand waarin de rivier al sedert jaar en dag verkeerde.
De oprichting markeerde het einde van een tijdperk waarin de mogelijkheden tot scheepvaart de verbeteringsplannen domineerden. De aanleg van rijkswegen en een spoorwegnet maakten de Berkelscheepvaart spoedig tot een achterhaalde vorm van transport.
De verdeling, en de pas later daaropvolgende ontginning van de voormalige markengronden, vanaf de jaren '40 van de 19e eeuw, maakten de waterafvoer tot een zeer ernstig probleem. De belangen van de landbouw kregen daarom voorrang bij het opstellen van het reglement voor het waterschap. De zorg voor de waterafvoer werd hoofdzaak, de scheepvaart werd bijzaak.
Het stroomgebied van de Berkel beslaat zo'n 75.000 ha, waarvan ca. 35.000 ha in Nederland liggen. De stad Zutphen bleef buiten het waterschap.
Omdat het gebied doorstrengeld werd door vele beken en waterleidingen, die slechts de waterlozing op de Berkel met elkaar gemeen hadden, werd besloten het waterschap in vijf afdelingen te delen. Iedere afdeling zou zorgen voor haar eigen waterschapsbelangen.
Bij de oprichting bestond het waterschap uit de volgende afdelingen:
Boven-Berkel gemeenten Eibergen, Neede en Borculo, oppervlakte 3.684 ha.
Boven-Slinge: gemeenten Eibergen, Groenlo, Lichtenvoorde en Winterswijk, oppervlakte 9.299 ha.
Beneden-Slinge: gemeenten Borculo, Eibergen, Groenlo, Laren, Lichtenvoorde, en Ruurlo, oppervlakte11.837 ha.
Midden-Berkel: gemeenten Borculo, Laren, Lochem, Ruurlo en Vorden, oppervlakte 8.167 ha.
Beneden-Berkel: gemeenten Gorssel, Laren, Lochem, Vorden en Warnsveld, oppervlakte 2.650 ha.
Bij reglementswijziging in 1886 werd de Afdeling Beneden-Berkel opgeheven en gevoegd bij de Afdeling Midden-Berkel. Om voor de hand liggende redenen kreeg de nieuwe afdeling de naam Beneden-Berkel. Reden voor opheffing was het feit, dat de afdeling te klein werd geacht om de aan haar toevertrouwde zorg naar behoren te kunnen uitvoeren gezien de betrekkelijk geringe inkomsten van deze afdeling. Een in 1890 door Gedeputeerde Staten voorgestelde samenvoeging van de afdelingen Boven-Berkel en Beneden-Slinge vond geen doorgang vanwege tegengestelde belangen tussen beide afdelingen.
In een voorgestelde wijziging van het reglement in 1938 werd voor de eerste maal nadrukkelijk gesproken over de opheffing van de vier afdelingen. Pas in 1942 werd besloten om de afdelingen daadwerkelijk op te heffen en ze om te vormen tot administratieve afdelingen. Maar door de oorlogsomstandigheden is dit reglement niet in werking getreden.
In 1950 werd het reglement herzien. Dit betekende het onherroepelijke einde van de vier afdelingen per 1 januari 1951.
Bestuur en bestuursinrichting
Taken
Uitvoering
De archieven
Verantwoording van de inventarisatie
Literatuurlijst
Bijlagen
Lijst van Afdelingsvoorzitters
Lijst van secretaris-penningmeesters van de Afdeling
Lijst van afdelingsbestuurders

Kenmerken

Datering:
1882-1950
Auteur:
B.H.M. te Vaarwerk
Raadpleegbaarheid:
Voor het inzien van stukken uit de archieven van het Waterschap Rijn en IJssel dient u de stukken vooraf te reserveren. Dat doet u door een stuk aan te vragen via de 'reactie-knop' bij de beschrijving. Binnen uiterlijk 2 werkdagen ontvangt u een reactie per mail waarin wordt aangegeven wanneer het stuk is in te zien in de studiezaal. In de regel zal dat ongeveer een week na de aanvraag zijn. Vragen? info@ecal.nu of tel. 0314 787078
Toegang:
Inventaris
Omvang:
1,50
Citeerinstructie:
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste eenmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
Information obtained from our archives can not be used without crediting the source and our archive must be mentioned at least once in full without abbreviations.
VOLLEDIG/Full:
Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers, Doetinchem. Toegang 1364 Afdeling Boven-Berkel van het Waterschap van de Berkel, 1882 – 1950
VERKORT/Thereafter:
NL-DtcSARA 1364
Archiefvormer(s):