Het archief is afkomstig uit de nalatenschap van Dr. A.J. Looyenga (kerkhistoricus te Amsterdam). Het archief is onvolledig, maar belangrijke bestanddelen zijn bewaard gebleven, namenlijk de notulen over de periode 1862-1918 en het "Liber Memoriaal" over de jaren 1523-1936 (aangelegd ca. 1909 waarschijnlijk bij het 50-jarig jubileum). De Rooms Katholieke gemeente Drempt werd bediend vanuit Olburgen in een schuurkerk. In het "Liber Memoriaal" staat geschreven dat de hoogmis vaak een half uur tot soms wel langer dan een uur te laat begonnen in de bijkerk "het Huefken". Dit kwam door de oversteek die de pastoor vanuit Olburgen over de IJssel moest maken. Het gevolg was dat "men het wachten moede in de herberg het Huefken ging borrelen en kaart spelen" (fol. 11). Eindelijk op 24 juli 1859 bij Koninklijk Besluit (Minister voor de zaaken der Roomsch Katholieke Eerediensten) is er toestemming om in Drempt een parochie te stichten (fol. 24). De eerste pastoor is Johannes Antonius Otten. In 1860 begint men met de bouw van kerk en pastorie en de voltooiïng volgt een jaar later (fol. 30). Dat men bezuinigt op bouwmaterialen blijkt al snel. In 1865 blijken de vloeren in de pastorie verrot te zijn en aangetast door "champignons" (fol. 37). Bij een storm in 1868 verliest de kerk haar torentje. Men had grenen balken toegepast in plaats van eiken balken. Dit kwam de duurzaamheid van de constructie niet ten goede (houtrot) (fol. 40). Door diverse schenkingen is het in 1905 mogelijk om een orgel in Winssen te kopen (fol. 98). De kerk voldoet niet meer aan de eisen en in 1936 begint men met de sloop en herbouw van een nieuwe kerk op de oude fundamenten.
Deze archiefstukken werden aan het Achterhoeks Archief geschonken en de omvang ervan bedraagt 0,06 strekkende meter.

Doetinchem, juni 2009

W. Willemsen