Uw zoekacties: Hummelo-Enschedese Kunstweg, 1856-1995

0674 Hummelo-Enschedese Kunstweg, 1856-1995 ( Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers )

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de datering, omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere. Als de datering jaartallen tussen haakjes bevat, betekent dat dat er zich stukken in het archief bevinden die buiten de datering van het 'archiefblok' vallen.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
De Hummelo-Enschedese Kunstweg (de HEK)
De eerste stukken betreffende het aanleggen van een zogenaamde kunstweg van Hummelo naar de provinciale grens met Overijssel bij Neede, duiken op in 1849. De toenmalige districtscommissaris, R.W. Baron van Lynden uit Zutphen, benaderde in dat jaar de burgemeester van Neede, Q.G.N. Heereman, om na te gaan of er vanuit Haaksbergen plannen bestonden om een verbeterde weg naar de Gelderse grens aan te leggen en of deze naar Eibergen danwel Neede zou lopen. Als dat laatste het geval zou zijn, stelde Van Lynden voor om vanuit Neede betere verbindingen te realiseren met Twente en in de andere richting naar Borculo. Later bleek overigens dat Twente niet zat te springen om een aansluiting op de HEK-weg en moesten de kosten van de laatste kilometer op Overijssels grondgebied worden gedeeld. Nadat Heereman onder meer contact met zijn collega in Ruurlo, W.H. Werkhoven, had gezocht, maakten zij zich sterk voor de aanleg van een goede wegverbinding. Daarna breidden de plannen zich langzaam uit over een groter gebied en werden meerdere concepten gelanceerd. In 1856 kreeg het bestuur bij Koninklijk Besluit toestemming voor de aanleg. Het duurde echter nog tot juni 1859 voor dat de weg geopend werd.
Tussen 1872 en 1900 speelden met name de onderhoudskosten het bestuur parten. Telkens weer moest men geldleningen aangaan. Gelukkig wist men te overleven.
Na 1900 kwam de weg pas echt tot bloei. Het gebruik van de weg nam sterk toe door de ontwikkeling van de industrie in de regio. In die periode werd de weg breder gemaakt.
Omdat de tolheffing op rijkswegen al in 1900 was afgeschaft, nam het verzet tegen betaald gebruik van de HEK toe. Nadat er toezeggingen waren ontvangen van het rijk en de provincie om bij te dragen in de kosten, werd de tolheffing op 1 januari 1930 beëindigd.
Na de Tweede Wereldoorlog wordt de geschiedenis van de HEK grotendeels bepaald door de aanleg van rondwegen die de kernen van de aanliggende gemeenten moesten ontlasten. Nagenoeg tegelijkertijd ontstonden de vrijliggende fietspaden en de parallelwegen zoals die nu langs het gehele traject liggen.
In 1994 kwam er een definitief einde aan bijna 140 jaar wegschap. De weg werd verdeeld tussen de provincie Gelderland en de gemeenten. Een verrekeningsinstituut zal zolang nodig zorg dragen voor een correcte afwikkeling van de financiën. Daarna resten alleen nog het archief en de bronzen kunstwerken in de diverse gemeenten, die een blijvende herdenking zullen zijn aan de goede samenwerking. (Voor een historisch overzicht van de geschiedenis van dit wegschap en haar bestuurders wordt verwezen naar het in 1993 verschenen boekje "Eischt een bon".)
Geschiedenis van het archief
In tegenstelling tot de archieven van andere wegschappen, is het archief van de HEK vrijwel compleet van het prille begin tot het eind. Een van de belangrijkste redenen daarvoor is wellicht het feit dat het archief, voor zover bekend, altijd te Neede ondergebracht was. Het werd door de verschillende thesauriers die het wegschap in haar bijna 140 jaar bestaan had, nooit naar elders meegenomen. Het merendeel van deze functionarissen woonde en werkte overigens te Neede. Ook kampte men kennelijk nimmer met ruimtegebrek, er werd n.l. naganoeg nooit iets vernietigd.
Tot aan het eind van de 19e eeuw werd het archief d.m.v. een inventaris enigszins toegankelijk gehouden. *  In de 20e eeuw gebeurde dat helaas niet meer. De oudere stukken die men niet meer nodig had voor de dagelijkse gang van zaken, werden grotendeels in de serie ingekomen stukken per jaar opgeborgen. Dit maakte waarschijnlijk het terugzoeken naar bepaalde onderwerpen niet gemakkelijk. Pas in de jaren '70 van de 20e eeuw ging men, gedwongen door de enorme hoeveelheden papier die de diverse overheden en instellingen begonnen te produceren, langzaam over tot het invoeren van dossiers op onderwerpen, waarmee de toegankelijkheid beter werd.
Het archief werd de eerste decennia in ijzeren kisten bewaard. *  Toen het duidelijk begon te worden dat het wegschap zou worden opgeheven, besloot het bestuur, gelukkig, om het gehele archief te laten inventariseren, zodat ook in de toekomst onderzoekers van verschillende discipline's hun weg kunnen vinden in het best bewaarde kunstwegarchief in het oosten van het land.
Verantwoording inventarisatie
Bij het begin van de inventarisatie bleek al snel dat de indeling van het archief uit de 19e eeuw, geheel verdwenen was. Het was ook niet erg zinvol om deze oude orde te herstellen, omdat er niet echt een systeem in zat dat nu nog te gebruiken was. Daarom werd besloten een geheel nieuwe, eigentijdse indeling te maken.
Enkele belangrijke series zoals de begrotingen en de rekeningen waren niet compleet. Ze werden deels aangevuld met exemplaren die zich in de serie "ingekomen stukken" bevonden. Vaak zaten hier zelfs de door Gedeputeerde Staten van Gelderland goedgekeurde exemplaren in. Ditzelfde geldt voor de begrotingswijzigingen. Ook hierna waren de series nog niet volledig. Gelukkig bevonden zich in de archieven van de gemeenten Zelhem en Hengelo nog deels complete series waaruit de ontbrekende jaren gehaald konden worden. De serie kasboeken was ook niet volledig, met name de eerste decennia ontbraken volledig. Om nog onduidelijke reden bevonden zich te Hengelo (G) zeven kasboeken die het hiaat opvulden. Zeer waarschijnlijk zijn in het verkleden deze originele boeken te Hengelo verzeild geraakt. * 
De serie ingekomen stukken bevatte veel materiaal dat vernietigd kon worden.
Vernietigd werden de vele dubbele exemplaren van de begrotingen, begrotingswijzigingen en de rekeningen, de bijlagen bij de rekening, bestekken en voorwaarden die in veelvoud voorradig waren, schadegevallen en de afwikkeling daarvan, benoemingen van de leden van de Raad van Bestuur door de diverse gemeenten, stukken behorende bij vervallen geldleningen, stukken betreffende het leggen van leidingen door de PTT, GAMOG en WOG, offertes, infobulletins van Binnenlandse Zaken en de Provincie, en recentere sollicitatiebrieven. De sollicitatiebrieven uit de beginjaren zijn bewaard omdat ze een aardig beeld geven van het schrijven van dit soort brieven in de 19e eeuw.
De bijlagen bij de rekening werden bewaard van het eerste jaar, 1856, en daarna om de tien jaar, beginnende bij 1860. Ook de periode 1940-1950 werd volledig bewaard. Het een en ander geschiedde in overleg met de Provinciale Archiefinspectie.
Aanwijzingen voor de gebruiker
De serie ingekomen stukken bevat behalve kopieën, afschriften of doorslagen van uitgaande brieven ook veel stukken die een specifiek onderwerp betreffen, maar nooit in een apart dossier op onderwerp werden opgeborgen.
Voor een vergelijking met archieven van andere wegschappen wordt verwezen naar het archief van de Zutphen-Emmerikse Kunstweg, dat zich in het stadsarchief van de gemeente Zutphen bevindt. Het beslaat enkele strekkende meters en heeft een zeer beknopte plaatsingslijst. Verder bevinden zich in het archief van de gemeente Enschede nog enkele stukken (slechts 0,12 strekkende meter!!) betreffende de Commissie voor de kunstweg van Enschede naar de Gelderse grens (Haaksbergen) over de periode 1852-1889. Het bevat een deel van de notulen (1872-1883), enkele ingekomen stukken (1872-1889), een register op de uitgegane stukken (1852-1889) en de jaarrekeningen van 1860 - 1900.
Inventaris
Documentatie
341 Aandelen en obligaties van geldleningen t.b.v. de aanleg van de weg, afkomstig uit de rekening-bijlagen, 1859, 1860, 1872, 1974, 1032
0674 Hummelo-Enschedese Kunstweg, 1856-1995
Inventaris
Documentatie
341
Aandelen en obligaties van geldleningen t.b.v. de aanleg van de weg, afkomstig uit de rekening-bijlagen, 1859, 1860, 1872, 1974, 1032
Datering:
1859, 1860, 1872, 1974, 1032
Omvang:
1 omslag

Kenmerken

Datering:
1856-1995
Auteur:
A.G.B. Koster (februari 1996)
Toegang:
inventaris
Gemeente:
Berkelland
Omvang:
9,00
Citeerinstructie:
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste eenmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
Information obtained from our archives can not be used without crediting the source and our archive must be mentioned at least once in full without abbreviations.
VOLLEDIG/Full:
Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers, Doetinchem. Toegang 0674 Hummelo-Enschedese Kunstweg, 1856-1995
VERKORT/Thereafter:
NL-DtcSARA 0674