0056 Hervormde Gemeente Hengelo (G), 1697-1980 ( Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers )
0056
Hervormde Gemeente Hengelo (G), 1697-1980
Inleiding
Geschiedenis en organisatie
Geschiedenis van de kerkelijke gemeente tot en met de invoering van de hervorming
0056 Hervormde Gemeente Hengelo (G), 1697-1980
Inleiding
Geschiedenis en organisatie
Geschiedenis van de kerkelijke gemeente tot en met de invoering van de hervorming
De Gelderse Achterhoek bood destijds weinig mogelijkheden tot bewoning door de natuurlijke gesteldheid van het terrein.
Zelhem, Groenlo en Winterswijk, die als oudste woongebieden de oudste parochies werden in het missiegebied, zijn in 792 door Karel de Grote aan Ludger toegewezen, liggend als eilanden van hoge essen temidden van uitgestrekte bossen, venen en moerassen * .
In dit missiegebied had de kerstening van de bewoners een aanvang kunnen nemen nadat Karel de Grote de Saksen had onderworpen, maar vooral ook doordat de koning der Saksen, Widukind, zich in 785 bekeerde tot het christendom.
In de jaren 950-960 werd te Keulen de St. Pantaleon Abdij gesticht door de toenmalige aartsbisschop, de H. Bruno. Deze abdij had al spoedig, door schenkingen van vorsten, uitgestrekte landgoederen in haar bezit. Zo ging ook het goed "Heingelo" na de dood van Widukind als erfgoed over aan verschillende vorsten. De eerst bekende eigenaar was de H. Bruno, aartsbisschop van Keulen. Bruno was een broer van keizer Otto (956-975) en een zoon van koningin Mathilde.
Van deze koningin Mathilde erfde Bruno waarschijnlijk de Saksische bezittingen. Toen de H. Bruno in 965 in Reims stierf, kwamen de landgoederen Heingelo bij testamentaire beschikking in het bezit van de abdij van St. Pantaleon te Keulen.
In de eerste jaren na de dood van de H. Bruno werd door de monniken van de Keulse abdij op de plaats van de thans bestaande kerk te Hengelo een godshuis gesticht. Waarschijnlijk is de patroon de H. Remigius geweest, aartsbisschop van Reims.
Het kerspel Hengelo, reeds in 1152 parochiekerk genoemd, is een afsplitsing (1614) van Zelhem. * Vogens een oorkonde uit 801 moet de missie- en kerspelkerk van Zelhem in het begin van de 9e eeuw gesticht zijn. *
Zelhem, Groenlo en Winterswijk, die als oudste woongebieden de oudste parochies werden in het missiegebied, zijn in 792 door Karel de Grote aan Ludger toegewezen, liggend als eilanden van hoge essen temidden van uitgestrekte bossen, venen en moerassen * .
In dit missiegebied had de kerstening van de bewoners een aanvang kunnen nemen nadat Karel de Grote de Saksen had onderworpen, maar vooral ook doordat de koning der Saksen, Widukind, zich in 785 bekeerde tot het christendom.
In de jaren 950-960 werd te Keulen de St. Pantaleon Abdij gesticht door de toenmalige aartsbisschop, de H. Bruno. Deze abdij had al spoedig, door schenkingen van vorsten, uitgestrekte landgoederen in haar bezit. Zo ging ook het goed "Heingelo" na de dood van Widukind als erfgoed over aan verschillende vorsten. De eerst bekende eigenaar was de H. Bruno, aartsbisschop van Keulen. Bruno was een broer van keizer Otto (956-975) en een zoon van koningin Mathilde.
Van deze koningin Mathilde erfde Bruno waarschijnlijk de Saksische bezittingen. Toen de H. Bruno in 965 in Reims stierf, kwamen de landgoederen Heingelo bij testamentaire beschikking in het bezit van de abdij van St. Pantaleon te Keulen.
In de eerste jaren na de dood van de H. Bruno werd door de monniken van de Keulse abdij op de plaats van de thans bestaande kerk te Hengelo een godshuis gesticht. Waarschijnlijk is de patroon de H. Remigius geweest, aartsbisschop van Reims.
Het kerspel Hengelo, reeds in 1152 parochiekerk genoemd, is een afsplitsing (1614) van Zelhem. * Vogens een oorkonde uit 801 moet de missie- en kerspelkerk van Zelhem in het begin van de 9e eeuw gesticht zijn. *
In 1207 werd door de abt Heinrich van St. Panthaleon het goed "Mullink", een deel van de bezitting "Heingelo", verpacht aan het klooster Bethlehem bij Doetinchem. *
Hieruit volgt met zekerheid dat de monniken van de abdij in Keulen de verzorgers waren van de Hengelose kerk. De eerste kerk was kleiner dan de thans bestaande. De toren werd later gebouwd terwijl de zijbeuken en het priesterkoor omstreeks 1300 aan de bestaande kerk werden toegevoegd.
In 1307 werd de kerk te Hengelo door graaf Reinald I aan de Johanniters gegeven.
In mei 1580 werden door de Staten van Gelderland maatregelen genomen betreffende de opheffing van de geestelijke jurisdictie en de bestemming en administratie van de geestelijke goederen, maar de uitoefening van de RK religie werd nog niet verboden. *
Maar in de artikelen voor de nieuwe stadhouder graaf Willem van den Bergh (25 nov. 1581) staat evenwel dat hij de gereformeerde religie welke de steden in het vorstendom en graafschap door Gods genade hebben, zal handhaven en ten plattenlande en in de heerlijkheden zodanig zal bevorderen, dat er geen andere dan de gereformeerde religie meer wordt uitgeoefend.
Hieruit volgt met zekerheid dat de monniken van de abdij in Keulen de verzorgers waren van de Hengelose kerk. De eerste kerk was kleiner dan de thans bestaande. De toren werd later gebouwd terwijl de zijbeuken en het priesterkoor omstreeks 1300 aan de bestaande kerk werden toegevoegd.
In 1307 werd de kerk te Hengelo door graaf Reinald I aan de Johanniters gegeven.
In mei 1580 werden door de Staten van Gelderland maatregelen genomen betreffende de opheffing van de geestelijke jurisdictie en de bestemming en administratie van de geestelijke goederen, maar de uitoefening van de RK religie werd nog niet verboden. *
Maar in de artikelen voor de nieuwe stadhouder graaf Willem van den Bergh (25 nov. 1581) staat evenwel dat hij de gereformeerde religie welke de steden in het vorstendom en graafschap door Gods genade hebben, zal handhaven en ten plattenlande en in de heerlijkheden zodanig zal bevorderen, dat er geen andere dan de gereformeerde religie meer wordt uitgeoefend.
De graaf zal de geestelijke goederen laten bedienen en tot zulke doeleinden bestemmen, als door de landschapsgedeputeerden geconcipieerd is. (Art. 1 en 2 van de Instructie voor de Stadhouder) * Het verbod van openbare uitoefening van enige andere dan de ware gereformeerde religie volgde op 29 januari 1582. *
Vanaf 1580 waren de kerkengoederen onder toezicht gesteld van een bijzondere rekenkamer. * Na de opheffing van de kerken-rekenkamer werden Hof en Rekenkamer van Gelderland belast met de directie en administratie der geestelijke goederen. Dit ging eerst in 1600 over op de Staten, die de gedeputeerden met de dagelijkse leiding belastten.
De komst van de Spaanse troepen betekende voorlopig het einde van het doordringen van de Hervorming, nog verstekt door de overgang van Zutphen in 1583 naar de Spaanse zijde. * Nadat de Spaanse troepen verdreven waren, begon op 30 mei 1598 de zitting van de classis te Zutphen om opnieuw te trachten het Kwartier van Zutphen te protestantiseren. *
De pastoors van Hengelo en Dinxperlo blijven weigeren om voor de vergadering te verschijnen en de pastoor van Hengelo wordt dan in 1603 uit zijn ambt ontzet. *
De hervormde gemeente Hengelo behoort tot de ring Doetinchem. Boven de ring staan de classis Doetinchem (tot 1952 de classis Zutphen) en de Provinciale Synode, later de Provinciale Kerkveradering in Gelderland.
Vanaf 1580 waren de kerkengoederen onder toezicht gesteld van een bijzondere rekenkamer. * Na de opheffing van de kerken-rekenkamer werden Hof en Rekenkamer van Gelderland belast met de directie en administratie der geestelijke goederen. Dit ging eerst in 1600 over op de Staten, die de gedeputeerden met de dagelijkse leiding belastten.
De komst van de Spaanse troepen betekende voorlopig het einde van het doordringen van de Hervorming, nog verstekt door de overgang van Zutphen in 1583 naar de Spaanse zijde. * Nadat de Spaanse troepen verdreven waren, begon op 30 mei 1598 de zitting van de classis te Zutphen om opnieuw te trachten het Kwartier van Zutphen te protestantiseren. *
De pastoors van Hengelo en Dinxperlo blijven weigeren om voor de vergadering te verschijnen en de pastoor van Hengelo wordt dan in 1603 uit zijn ambt ontzet. *
De hervormde gemeente Hengelo behoort tot de ring Doetinchem. Boven de ring staan de classis Doetinchem (tot 1952 de classis Zutphen) en de Provinciale Synode, later de Provinciale Kerkveradering in Gelderland.
laatste wijziging 12-03-2021
260 beschreven archiefstukken
3 gedigitaliseerd
totaal 412 bestanden
Inventaris
laatste wijziging 12-03-2021
260 beschreven archiefstukken
3 gedigitaliseerd
totaal 412 bestanden
Kenmerken
Datering:
1697-1980
Auteur:
S. Molenaar, H.G. Nijman
Toegang:
inventaris
Beperking:
50 jaar gesloten
Gemeente:
Bronckhorst
Omvang:
3,125
Citeerinstructie:
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste eenmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
Information obtained from our archives can not be used without crediting the source and our archive must be mentioned at least once in full without abbreviations.
VOLLEDIG/Full:
Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers, Doetinchem. Toegang 0056 Hervormde Gemeente Hengelo (G), 1697-1980
VERKORT/Thereafter:
NL-DtcSARA 0056
Information obtained from our archives can not be used without crediting the source and our archive must be mentioned at least once in full without abbreviations.
VOLLEDIG/Full:
Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers, Doetinchem. Toegang 0056 Hervormde Gemeente Hengelo (G), 1697-1980
VERKORT/Thereafter:
NL-DtcSARA 0056
Categorie:
laatste wijziging 12-03-2021
260 beschreven archiefstukken
3 gedigitaliseerd
totaal 412 bestanden