Uw zoekacties: Gemeente Ambt Ommen

506 Gemeente Ambt Ommen ( Gemeentearchief Ommen )

beacon
 
 
Inleiding
1.1. Geschiedenis van de gemeente Ambt Ommen
506 Gemeente Ambt Ommen
1. Inleiding
1.1.
Geschiedenis van de gemeente Ambt Ommen
Organisatie: Gemeentearchief Ommen
Ambt Ommen is een voormalige gemeente in de Nederlandse provincie Overijssel.
Toen de Franse overheid (Nederland maakte van 1810 tot 1813 deel uit van Frankrijk) in 1811 gemeenten instelden, werden Stad Ommen en het schout ambt Ommen samengevoegd tot de Marie Ommen. Deze toestand bleef bestaan tot 1813. Na het herstel van de onafhankelijkheid keerde in 1818 de oude scheiding van de twee gemeenten Stad en Ambt Ommen weer terug en werden het afzonderlijke gemeenten. In 1923, bij een gemeentelijke herindeling werden Stad en Ambt Ommen opnieuw samengevoegd tot de gemeente Ommen.

Stad Ommen bestond uit een smalle rechthoekige strook aan de noordzijde van de Vecht. De gemeente omvatte de oude stadskern van Ommen en de Ommerschans. Het gedeelte van de kern van Ommen ten zuiden van de Vecht behoorde tot Ambt Ommen. De rest van de huidige gemeente Ommen en het oostelijk deel van het dorp Lemelerveld waren eveneens deel van de gemeente Ambt Ommen. Verspreid over de gemeente lagen de buurtschappen Witharen, Nieuwe Brug, Arriërveld, Hoogengraven, Beerzerveld, Beerze, Lemele, Varsenerveld, Vilsteren, Vinkenbuurt en Dalmsholte.

Volgens de toenmalige begrippen droeg Stad Ommen de kenmerken van een stad. Dat bleek vooral uit de beroepsstructuur. Volgens bevolkingstellingen uit 1795 en 1807 bestond het overgrote deel van de stadsbevolking uit kleine middenstanders: winkeliers, ambachtslieden en herbergiers. Er woonde slechts een kleine groep boeren en dagloners in de Stad.

Ambt Ommen had daarentegen een volledig agrarisch karakter: de bevolking bestond bijna geheel uit kleine boeren.
Wel bestond er op kerkelijk gebied een eenheid tussen Stad en Ambt. Er was één hervormde kerk met een kerkhof waar inwoners uit beide gemeenten gezamenlijk gebruik van maakten. Na de Hervormde was de Gereformeerde kerk het grootste kerkgenootschap. Tenslotte is er een kleine katholieke gemeenschap.
Foto 1
Het eerste gemeentehuis van Ommen aan de Vrijthof nummer 9 is in 1753 gebouwd en was tot 1828 in gebruik als gemeentehuis. Het gebouw is afgebroken in 1957. In 1828 kwam het nieuwe gemeentehuis aan de Markt 1 gereed. Dit gemeentehuis is tot 1982 als zodanig in gebruik geweest.

De gemeente had destijds maar een beperkt aantal taken. Ambt Ommen had, afgezien van het onderwijzend personeel, slechts zes mensen in dienst. Dat waren een gemeentegeneesheer, een secretaris, een ontvanger, een ambtenaar ter secretarie, een veldwachter en een lantaarnopsteker.
In Stad was het ambtenarenkorps iets groter. Het kende dezelfde zes functies als Ambt, maar ook een brugwachter, een nachtwaker, een doodgraver, klokkenist en een klokluider. In 1902 stelde Stad een tweede ambtenaar ter secretarie aan, als gevolg van uitbreiding van werkzaamheden.

Vanaf 1843 hadden beide gemeenten dezelfde burgemeester-secretaris. In 1906 werd die functie over twee personen verdeeld. Mr. A.G.W. Baron van Bentinck werd burgemeester van Stad en Ambt en G. Ekkel werd secretaris van beide gemeenten.

Ook kwam er één gemeentehuis van waaruit beide gemeenten bestuurd werden. Uit alles blijkt dat hereniging van beide gemeenten in de toekomst plaats zou vinden. Ook al omdat de verschillen tussen Stad en Ambt steeds kleiner werden en het aantal gemeenschappelijke voorzieningen toenamen. Zo groeide de bebouwing buiten de stadskern en profiteerden beide gemeenten van het station van de Noord-Ooster-Lokaal Spoorweg.

In 1913 diende een aantal inwoners van beide gemeenten een verzoekschrift in bij Gedeputeerde Staten van Overijssel waarin werd gevraagd om samenvoeging. GS zagen echter geen reden om de bestaande toestand te veranderen. Toen in 1921 opnieuw een aantal burgers om hereniging vroeg, raadpleegde zij beide gemeentebesturen. Stad Ommen was een voorstander van samenvoeging maar Ambt was vanuit financiële motieven tegen (haar financiële positie was een betere).
Foto 2
Ook emotionele gronden - de wens om zelfstandig te blijven - speelden een rol. Tenslotte was er de vrees dat het stemgedrag werd ingegeven door het motief van enkele raadsleden om hun zetel te verliezen. Tenslotte benaderde in 1922 het aantal inwoners van Ambt het aantal van 5000. Volgens de gemeentewet mocht een burgemeester-secretaris dan niet tegelijk in dienst zijn van een andere gemeente. Samenvoeging was rijksbelang en daarom diende de regering een wetsvoorstel in tot samenvoeging. Op 28 april 1923 werd de wet tot samenvoeging aangenomen. Op 1 mei was de nieuwe gemeente Ommen een feit en op 18 augustus 1923 kwam de nieuwe gemeenteraad voor het eerst bijeen.

Voor meer informatie over de historie van Ambt Ommen wordt verwezen naar onderstaande publicaties:
- beschrijving van Ommen, onbekend, 1924;
- de geschiedenis van Ommen 1831-1940, Dr. M.A. Vente, 1941;
- de geschiedenis van Ommen, G. Steen en W. Veldsink, 1948;
- Ommen rond de 19e eeuw, bijdrage tot de geschiedenis van Ommen, G. Steen 1982;
- Ommen op de drempel van de moderne tijd, I. Wormgoor, 1998;
- Ommen 750 jaar. Wat een geschiedenis!, G.J.H. Drenthen, 1998;
- Historisch rondje Ommen, Historische Kring Ommen, 2007.
Foto 3
Foto 4
1.2. Geschiedenis van het archief
1.3. Toelichting op de inventarisatie

Kenmerken

Datering:
(1818-1923)
Auteur:
De heer E. Stapersma en mevrouw M. Dekker-Oosting (fa. DOXsupport)
Archiefvormer(s):