Uw zoekacties: Gerechtshof Amsterdam

29 Gerechtshof Amsterdam ( Noord-Hollands Archief )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
1. Organisatie en bevoegdheid van het gerechtshof
2. De raden van beroep voor de directe belastingen
3. Inrichting der administratie
29 Gerechtshof Amsterdam
Inleiding
3.
Inrichting der administratie
Organisatie: Noord-Hollands Archief
Daar de inrichting van de administratie bij het gerechtshof in de loop der tijd nogal aan veranderingen onderhevig is geweest, bepalen we ons alleen tot de inrichting zoals die bestond tussen 1887 en 1920. Alle strafzaken en burgerlijke zaken werden op de rol ingeschreven en daarbij werden ook de gegevens aangetekend van het verdere verloop van het proces. De zaken kregen een volgnummer, het zogenaamde rolnummer. In de rolklappers werden de namen van de partijen of die van de verdachten op hun eerste letter gerangschikt en voorzien van het rolnummer. Bij strafzaken werd tevens een register van strafzaken, waarin per zittingsdatum de strafzaken met daarbij de uitspraken werden ingeschreven. In het arrestenboek werden de strafarresten geregistreerd en kregen een volgnummer, het zogenaamde arrestnummer.
Dit arrestnummer werd ook op de rol aangetekend en dient niet te worden verward met het rolnummer. De strafarresten werden op volgorde van het arrestnummer ingebonden evenals de processen-verbaal van terechtzittingen. De processen-verbaal van terechtzittingen zijn verslagen van terechtzittingen, waarin geen arrest wordt gewezen, zoals bijvoorbeeld bij getuigenverhoor. Zij werden evenals de arresten, opgemaakt door de griffier. In de strafdossiers werden alle bescheiden met belang tot de strafzaak toegevoegd, zoals het strafdossier van de rechtbank, die de zaak in eerste aanleg behandelde, met uitzondering van het arrest en het proces-verbaal van rechtzitting. De strafdossiers werden op arrestnummer gearchiveerd. De strafarresten van de Hoge Raad met betrekking tot gecasseerde arresten van het hof werden in een bepaalde periode in een register in hun geheel ingeschreven.
Bij de burgerlijke zaken werden de rolnummers op de rol voorzien van een 2, wanneer de zaken door de Tweede Kamer behandeld werden. Bij deze zaken werd tevens een rolboek bijgehouden, waarin op zittingsdatum de zaken geregistreerd werden. Bij de instelling van meerdere kamers werd dit rolboek per kamer bijgehouden. Van de burgerlijke zaken, die ter openbare zitting behandeld werden, werd proces-verbaal opgemaakt, audiëntieblad geheten. De minuutarresten werden op het audiëntieblad ingeschreven of bij het audiëntieblad gevoegd, wanneer op de zittingdatum van het audiëntieblad arrest was gewezen. De minuutarresten werden dus op zittingsdatum ingebonden en per kamer in geval van meerdere kamers.
De conclusie en andere ter griffie overgegeven stukken in burgerlijke zaken werden voor 1900 bij de minuutarresten ingebonden, daarna apart. De ingekomen rekesten werden in registers ingeschreven en voorzien van een volgnummer (het zogenaamd rekestnummer). In de rekestenklappers werden de namen van de rekestranten en gerekestreerden op hun eerste letter gerangschikt en voorzien van het rekest of op een apart blad, dat bij het rekest gevoegd werd. De rekesten met de beschikkingen werden op volgorde van het rekestnummer ingebonden. Over de inrichting van de administratie van de Raden van beroep voor de directe belastingen valt moeilijk iets mede te delen, daar de verschillende Raden er een eigen administratie en archivering op nahielden.
De Raden te Amsterdam registreerden de uitspraken op een nummer, dat correspondeerde met het volgnummer, dat gegeven werd in het register van het belastingjaar, waarop de bezwaarschriften betrekking hadden. De Raad te Alkmaar daarentegen registreerde de uitspraken op een nummer, dat correspondeerde met het volgnummer in het register, waarin de bezwaarschriften op volgorde van binnenkomst ingeschreven werden. Verder is het moeilijk om een goed inzicht te krijgen in de administratie, omdat er veel stukken ontbreken, bij enige raden zijn meestal alleen maar de uitspraken bewaard gebleven. In het algemeen kan er gezegd worden, dat in de notulenboeken verslag werd gedaan van de vergaderingen van het College dat de bezwaarschriften behandelde, dat er registers bijgehouden werden van de bezwaarschriften en soms van de ingekomen brieven en dat de uitspraken apart gearchiveerd werden.
4. Bewaring en ordening van het archief
Erfgoedstuk

Kenmerken

Datering:
1887-1920
Omvang in meters:
78,35
Periode documenten:
(1876) 1887-1920 (1922)
Openbaarheid:
openbaar
Raadpleegmogelijkheid:
Gebruiksinformatie:
Inventaris inv.nrs. 1-543. Inv.nr. 389 is openbaar vanaf 2023.