Uw zoekacties: Stadsschouwburg te Haarlem

1039 Stadsschouwburg te Haarlem ( Noord-Hollands Archief )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Het Haarlemse toneelleven heeft een veelbewogen geschiedenis achter de rug. De aanvangsperiode valt te bepalen op het einde van de 15e eeuw en het begin van de 16e eeuw, toen men onder invloed van de Renaissance op een ander genre overging dan bij het Middeleeuwse toneel het geval was. Deze veranderingen geschiedden niet ineens, maar voltrokken zich geleidelijk.
De Renaissance bracht tal van veranderingen. Haarlem kreeg een geheel ander aanzien. De eerste helft van de 16e eeuw was in vele opzichten een pittoreske tijd en hiertoe werkten ook mede de rederijkerskamers, die bovendien een bijzondere invloed uitoefenden op het geestelijk en maatschappelijk leven.
Te Haarlem bestonden drie rederijkerskamers, nl. de reeds in 1503 bestaande kamer "De Pelikanisten" of "Speelkoornen" onder de zinspreuk "Trou moet Blycken", de rederijkerskamer "De Wijngaardranken" onder de zinspreuk "Liefde boven Al", die 4 oktober 1503 door de stedelijke regering werd gereglementeerd en de in 1585 opgerichte kamer "De Witte Angieren" onder de zinspreuk "In liefde getrouw", bestaande uit leden van de Vlaamse Kamer, die - na de herovering van Antwerpen door de Hertog van Parma - uit die stad gevlucht waren.
In verschillende plaatsbeschrijvingen van Haarlem lezen wij dat op 28 juni 1706 een schouwburg werd ingewijd en wel vermoedelijk aan de Koudenhorn, ter plaatse van de voormalige Jezuïetenkerk. Op 4 juni 1706 verleenden de Burgemeesteren vergunning aan "een troep toneelspelers" om op bedoelde "ordinaris plaets" blijspelen te geven.
In 1849 en 1878 werden vergunningen verleend voor het bouwen van nieuwe schouwburgen aan respectievelijk de St. Jansweg en de Parklaan.
Het Houtplein was in de 18e eeuw als eerste pleisterplaats buiten de stad bezet met allerlei herbergen, alsook stalhouderijen, terwijl de daar gehouden voorstellingen voorlopers zijn te noemen van de houten schouwburg, die zich van 1779-1879 op het Houtplein bevond en bekend stond als de "Schouwburg buiten de Houtbarrière".
Op maandag 30 september 1918 werd de huidige Haarlemse Stadsschouwburg, aan het Wilsonsplein gelegen, op feestelijke wijze officieel geopend door de toenmalige burgemeester.
Een schenker, die onbekend wenste te blijven, gaf een gift van fl. 250.000,- voor de bouw van de Stadsschouwburg.
De architect was de heer J.A.G. van de Steur, de man die samen met de heer Cordonnier het Vredespaleis te 's-Gravenhage ontwierp.
De zaal bevatte toentertijd 780 zitplaatsen; volgens opgaaf van de directie van de Stadsschouwburg bevat de zaal momenteel 814 verkoopplaatsen, waarbij niet zijn inbegrepen de loge voor B. en W. van de gemeente Haarlem, etc.
Het archief van de Stadsschouwburg werd in 1967 aan het gemeentearchief van Haarlem overgedragen, toen de Stadsschouwburg in een stichting was veranderd.
Ten aanzien van het overgedragen archief valt te vermelden, dat het archief niet volledig is overgekomen. Door de loop der jaren zijn vermoedelijk stukken zoekgeraakt.
Het archief van de Haarlemse Stadsschouwburg is belangrijk, omdat we daardoor inzicht kunnen verkrijgen in wat zich precies in en om de Schouwburg heeft afgespeeld. Het is een brok Haarlemse geschiedenis op cultureel gebied.
Het archief van de Stadsschouwburg van de gemeente Haarlem werd geordend en geïnventariseerd door ondergetekende ten behoeve van zijn examen voor wetenschappelijk archiefambtenaar IIe klasse.
Haarlem, 1 november 1967.
J.C.A. Heijmans.
Met het raadsbesluit d.d. 05-10-1965 werd de "Stichting Stadsschouwburg en Concertgenbouw" opgericht. Omdat de boekjaren per theaterseizoen lopen, is de cesuur gelegd op 01-09-1965.
Bij het overnemen van het archief van bovengenoemde stichting, zijn de balansen tot en met 31-08-1965 nog bij het archief van de Stadsschouwburg gevoegd.
Het archief van de Stichting Stadsschouwburg en Concertgebouw (toegang 1042) bevat ook stukken betreffende de Stadsschouwburg vóór 1964.
Inventaris
Erfgoedstuk

Kenmerken

Datering:
1918-1965
Omvang in meters:
3,60
Periode documenten:
(1905-1915) 1918-1965
Openbaarheid:
openbaar
Raadpleegmogelijkheid:
Gebruiksinformatie:
Inventaris inv. nrs. 1-114. Inv. nr. 29 ontbreekt. Inv. nr. 114 is in de Atlas van het Noord-Hollands Archief geplaatst. Het archief van de Stichting Stadsschouwburg en Concertgebouw te Haarlem, 1965-1972, bevat ook stukken betreffende de Stadsschouwburg vóór 1965.
Gemeente:
Haarlem