Uw zoekacties: Dorpsbestuur Sint-Oedenrode, (1232) 1315-1811

7633 Dorpsbestuur Sint-Oedenrode, (1232) 1315-1811 ( Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC) )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Historisch overzicht
Verantwoording van de inventarisatie
Bijlagen
Inventaris
Regesten
6 1341-03-21.
Hertog Jan (III) van Brabant, Limburg en Lotharingen, markgraaf van het Heilige Rijk, bekrachtigt, ratificeert en vernieuwt de voorrechten en vrijheden door heer Henrik anno 1232 verleend aan het dorp de Rode van de H. Ode. Te weten onder de palen van de plaats genaamd de kruijs-eyke tot de loop, genaamd Ditmelle, voorts tot het gehucht Oerscot, en van die plaats of loop tot de plaats genaamd sijlken in de Hapert en van daar tot de plaats genaamd de oude Aweijden en van die plaats tot de brug genaamd de Hogevonder en van daar tot de boom genaamd den Hond Eijck en dan weer tot de eerste paal de kruijseijke. De hertog geeft aan zijn mensen in de Vrijheid eveneens zodanige en dezelfde rechten welke de burgers van 's-Hertogenbosch van hem gekregen hebben. Omdat de Vrijheid klein is en niet breed kan de schout van de hertog enige schepenen aanstellen die zowel binnen als buiten de Vrijheid wonen; deze zal ordonneren wat volgens hem nuttig is. De keuren die schout, schepenen en gezworenen opstellen zullen voor de tijd van een jaar gelden. Mensen mogen binnen de Vrijheid komen wonen tegen betaling van twintig schellingen van de munt van de keur van Rode; het ene deel te betalen aan de hertog en het andere deel aan de schout binnen Rode, onder voorbehoud dat diegenen zich doen erven als in de Vrijheid de gewoonte is. Daarenboven vergunt de hertog voor eeuwig aan zijn mensen twee jaarmarkten, waarvan de eerste te houden in de octaaf van Pasen en de tweede op het feest van de H. Remigius en Bavo.
20 1403-08-10.
Johanna, hertogin van Luxemburg, van Lotharingen, van Brabant en Limburg en markgravin van het Heilige Rijk, laat oorkonden dat aan de goede lieden van de Vrijheid van Rode gegeven en bekrachtigd zijn alle privileges die hierna worden beschreven.
1. het gehele dorp en de parochie van Rode zal van nu af aan tot de Vrijheid behoren;
2. voortaan zal een weekmarkt gehouden worden op woensdag met de verplichting om te verkopen goed of een staal daarvan op de markt te tonen, op straffe van 45 schellingen Roois geld;
3. wie ter markt wil komen en niets misdaan heeft, zal daarvoor een geleide krijgen van dinsdag na de noen tot donderdag tot de noen;
4. de lieden van Rode mogen de nader gespecificeerde belastingen heffen;
5. de lieden van Rode mogen een zegel maken om het laken te bezegelen dat te Rode is gemaakt;
6. de lieden zullen daar een waag houden waarop alle te verkopen goederen moeten gewogen en van elke honderd ponden zwarts zullen zij nemen twee oude zwarten en verder daarnaar gerekend. Voorwaarde daarbij is dat een derde van de opbrengst van deze keur bestemd is voor de hertogin, een derde voor de Vrijheid en een derde voor de parochiekerk, hetgeen de schout op verzoek van gezworenen en kerkmeesters kan innen door beslaglegging
7. de rentmeester van Peelland zal niet meer dan drie maal per jaar dingdagen beleggen;
8. wie poorter van Rode wil worden buiten de vrijheid gezeten moet 10 schellingen Roois geld erfrente per jaar hebben of kopen en tegen goed onderpand; wanneer de poorter en zijn vrouw zijn overleden zullen de tien schellingen erfelijk blijven aan de Vrijheid;
9. de goede lieden van Rode worden bevestigd in al hun kaarten, rechten, goede gewoonten, etc., zoals tot nu toe gebruikelijk is geweest, en met name de kaart die zij getoond hebben (zie regestnummers 1, 6 en 7).
50 1468-08-08.
Karel (de Stoute), hertog van Bourgondië, Lotharingen, Brabant etc., oorkondt dat gedeputeerden van Oirschot, Sint-Oedenrode en Liempde in 1465 met zijn vader, hertog Philips de Goede, hebben onderhandeld over de verdeling en aankoop van een stuk gemeenschappelijke grond tussen de dorpen, bij welke gelegenheid die van Rode hun gedeelte hebben gekocht voor een bedrag van 150 Rijnse guldens en een jaarlijkse erfcijns van 20 oude Tournoois alsmede onder zekere gebruiksvoorwaarden. Hertog Karel heeft een akte van overeenkomst daartoe opgesteld hetgeen tot nog toe niet was gebeurd wegens drukte en verzuim, hoewel afspraken over het gebruik van die gronden wel gemaakt zijn en ook hebben gegolden. De goede luiden van Rode mogen die gronden gebruiken ten eeuwige dagen, maar daarvan verkopen slechts met toestemming omdat van elke doorverkochte bunder nog een oude groot zal moeten worden betaald aan de hertog, hetgeen in de chijnsboeken van de hertogelijke rentmeester van 's-Hertogenbosch moet worden geregistreerd.
7633 Dorpsbestuur Sint-Oedenrode, (1232) 1315-1811
Inventaris
Regesten
50
1468-08-08.
Karel (de Stoute), hertog van Bourgondië, Lotharingen, Brabant etc., oorkondt dat gedeputeerden van Oirschot, Sint-Oedenrode en Liempde in 1465 met zijn vader, hertog Philips de Goede, hebben onderhandeld over de verdeling en aankoop van een stuk gemeenschappelijke grond tussen de dorpen, bij welke gelegenheid die van Rode hun gedeelte hebben gekocht voor een bedrag van 150 Rijnse guldens en een jaarlijkse erfcijns van 20 oude Tournoois alsmede onder zekere gebruiksvoorwaarden. Hertog Karel heeft een akte van overeenkomst daartoe opgesteld hetgeen tot nog toe niet was gebeurd wegens drukte en verzuim, hoewel afspraken over het gebruik van die gronden wel gemaakt zijn en ook hebben gegolden. De goede luiden van Rode mogen die gronden gebruiken ten eeuwige dagen, maar daarvan verkopen slechts met toestemming omdat van elke doorverkochte bunder nog een oude groot zal moeten worden betaald aan de hertog, hetgeen in de chijnsboeken van de hertogelijke rentmeester van 's-Hertogenbosch moet worden geregistreerd.
NB:
Origineel inv.nr. 94
Het zegel is verloren

Kenmerken

Datering:
(1232) 1315-1811
Vindplaats origineel:
BHIC 's-Hertogenbosch