5246 Huis Seldensate te Middelrode, 1658 - 1936 ( Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC) )
5246
Huis Seldensate te Middelrode, 1658 - 1936
Inleiding
1.2. Het beneficie castoraal van Seldensate
5246 Huis Seldensate te Middelrode, 1658 - 1936
Inleiding
1.2.
Het beneficie castoraal van Seldensate
Het beneficie van het kasteel
Aan het adellijk huis Seldensate was vanaf het begin van de zestiende eeuw een zogenaamd beneficie verbonden. Zo'n beneficie was een kerkelijk ambt, waaraan het recht op "stoffelijke voordelen" was verbonden, zoals bijvoorbeeld het vruchtgebruik van onroerende goederen of een jaarlijkse rentebetaling. De stichteres van het benificie castoraal (= kasteelbeneficie) was Mechteld Toelinc. In 1502 stelde zij een jaarlijkse roggepacht van 4 mudden en een rente van 10 gulden en 17 stuivers beschikbaar voor de priester die in ruil daarvoor ieder jaar drie heilige missen moest lezen in de kapel.
Aan het adellijk huis Seldensate was vanaf het begin van de zestiende eeuw een zogenaamd beneficie verbonden. Zo'n beneficie was een kerkelijk ambt, waaraan het recht op "stoffelijke voordelen" was verbonden, zoals bijvoorbeeld het vruchtgebruik van onroerende goederen of een jaarlijkse rentebetaling. De stichteres van het benificie castoraal (= kasteelbeneficie) was Mechteld Toelinc. In 1502 stelde zij een jaarlijkse roggepacht van 4 mudden en een rente van 10 gulden en 17 stuivers beschikbaar voor de priester die in ruil daarvoor ieder jaar drie heilige missen moest lezen in de kapel.
In 1629 verbleef Prins Frederik Hendrik op het kasteel. Het beneficium werd nog steeds uitbetaald, maar Frederik Hendrik bepaalde dat de missen niet meer gelezen behoefden te worden en dat de beneficiant van de ware protestantse godsdienst moest zijn. Dat leidde bijvoorbeeld in 1674 tot staking van de betaling toen aan de beneficiant G. van Noort betaling geweigerd werd, totdat hij bewezen had en een formele eed had gezworen dat hij protestants en alleen gereformeerd was en niets van zijn inkomen voor de rooms-katholieken afzonderde. In de Franse tijd werd de uitbetaling van de rente teruggebracht tot 1/3 van de waarde (de zogenaamde Tiërcering) en in de jaren 1811, 1812 en 1813 zelfs helemaal niet uitbetaald. De laatste beneficiant was D.E. Hernard in 1936.
laatste wijziging 06-08-2021
48 beschreven archiefstukken
19 gedigitaliseerd
totaal 101 bestanden
Inventaris
laatste wijziging 06-08-2021
48 beschreven archiefstukken
19 gedigitaliseerd
totaal 101 bestanden
Kenmerken
Vindplaats origineel:
BHIC 's-Hertogenbosch
Categorie:
laatste wijziging 06-08-2021
48 beschreven archiefstukken
19 gedigitaliseerd
totaal 101 bestanden