23 Rechtbank in Breda, 1838 - 1930 N.B. Stukken van 1825 - 1937 ( Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC) )
23
Rechtbank in Breda, 1838 - 1930 N.B. Stukken van 1825 - 1937
Inleiding
De archieven en verantwoording inventarisatie
23 Rechtbank in Breda, 1838 - 1930 N.B. Stukken van 1825 - 1937
Inleiding
De archieven en verantwoording inventarisatie
De archieven *
Gedurende de periode 1838-1929 zijn de archieven van het Provinciaal Hof, later Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, en de Arrondissementsrechtbanken te Breda, Eindhoven en 's-Hertogenbosch op de griffies van die instellingen gevormd en daar bewaard gebleven tot aan de overdracht aan het Rijksarchief in Noord-Brabant.
Als gevolg van de wet van 10 november 1875, staatsblad 204, werd het Provinciaal Gerechtshof van Limburg ontbonden. Ingevolge het K.B. van 17 december 1875, staatsblad 245, moesten de archieven van de ontbonden provinciale gerechtshoven worden overgebracht naar de griffies van de nieuwe gerechtshoven, elk voorzover dit het rechtsgebied der ontbonden hoven omvatte. Derhalve werd het archief van het Provinciaal Gerechtshof van Limburg overgebracht naar de griffie van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch. Van daaruit is het overgedragen aan het Rijksarchief in Limburg.
In 1877 werd de Rechtbank te Eindhoven opgeheven. Het K.B. van 29 april 1877, staatsblad 93, bepaalde dat de archieven van de ontbonden arrondissementsrechtbanken moesten worden overgebracht naar de griffies van die arrondissementsrechtbanken waartoe de gemeenten behoorden waar die ontbonden rechtbanken gevestigd waren. Het archief van de ontbonden Arrondissementsrechtbank te Eindhoven werd overgebracht naar de griffie van de Arrondissementsrechtbank te 's-Hertogenbosch, waar het tot de overdracht aan het Rijksarchief in Noord-Brabant bewaard is gebleven.
Gedurende de periode 1838-1929 zijn de archieven van het Provinciaal Hof, later Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, en de Arrondissementsrechtbanken te Breda, Eindhoven en 's-Hertogenbosch op de griffies van die instellingen gevormd en daar bewaard gebleven tot aan de overdracht aan het Rijksarchief in Noord-Brabant.
Als gevolg van de wet van 10 november 1875, staatsblad 204, werd het Provinciaal Gerechtshof van Limburg ontbonden. Ingevolge het K.B. van 17 december 1875, staatsblad 245, moesten de archieven van de ontbonden provinciale gerechtshoven worden overgebracht naar de griffies van de nieuwe gerechtshoven, elk voorzover dit het rechtsgebied der ontbonden hoven omvatte. Derhalve werd het archief van het Provinciaal Gerechtshof van Limburg overgebracht naar de griffie van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch. Van daaruit is het overgedragen aan het Rijksarchief in Limburg.
In 1877 werd de Rechtbank te Eindhoven opgeheven. Het K.B. van 29 april 1877, staatsblad 93, bepaalde dat de archieven van de ontbonden arrondissementsrechtbanken moesten worden overgebracht naar de griffies van die arrondissementsrechtbanken waartoe de gemeenten behoorden waar die ontbonden rechtbanken gevestigd waren. Het archief van de ontbonden Arrondissementsrechtbank te Eindhoven werd overgebracht naar de griffie van de Arrondissementsrechtbank te 's-Hertogenbosch, waar het tot de overdracht aan het Rijksarchief in Noord-Brabant bewaard is gebleven.
Het archief van het Provinciaal Hof in Noord-Brabant, later Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, werd in gedeelten overgedragen door de griffier van het Hof aan het Rijksarchief in Noord-Brabant, en wel in 1973, 1978, 1982, 1983 en 1989. In 1976 werden er ook nog archivalia die behoorden tot het archief van het Provinciaal Hof van Noord-Brabant uit de periode 1865-1874 door de Rijksarchivaris in Limburg overgedragen aan het Rijksarchief in Noord-Brabant.
Het archief van de Arrondissementsrechtbank te Breda werd in gedeelten overgedragen door de griffier van de rechtbank en de hoofdofficier van justitie aan het Rijksarchief in Noord-Brabant in 1978, 1981, 1983, 1984 en 1985.
Het archief van de Arrondissementsrechtbank te Eindhoven werd overgedragen door de griffier van de rechtbank te 's-Hertogenbosch aan het Rijksarchief in Noord-Brabant in 1974. In 1984 verwierf het Rijksarchief nog enkele stukken behorende tot het archief van de Rechtbank te Eindhoven van het Gemeentearchief te 's-Hertogenbosch.
Het archief van de Arrondissementsrechtbank te 's-Hertogenbosch werd in vier gedeelten overgedragen door de griffier van de rechtbank in 1974, 1978, 1983 en 1989.
Deels werden de archieven direct na overname in het hulpdepot van de rijksarchiefdienst te Schaarsbergen geplaatst, deels werden ze in 1980 vanuit het rijksarchief gebouw in de Waterstraat te 's-Hertogenbosch overgebracht naar Schaarsbergen. In 1985 werden alle archieven vanuit Schaarsbergen verhuisd naar het nieuwe Rijksarchief in de Citadel te 's-Hertogenbosch.
Het archief van de Arrondissementsrechtbank te Breda werd in gedeelten overgedragen door de griffier van de rechtbank en de hoofdofficier van justitie aan het Rijksarchief in Noord-Brabant in 1978, 1981, 1983, 1984 en 1985.
Het archief van de Arrondissementsrechtbank te Eindhoven werd overgedragen door de griffier van de rechtbank te 's-Hertogenbosch aan het Rijksarchief in Noord-Brabant in 1974. In 1984 verwierf het Rijksarchief nog enkele stukken behorende tot het archief van de Rechtbank te Eindhoven van het Gemeentearchief te 's-Hertogenbosch.
Het archief van de Arrondissementsrechtbank te 's-Hertogenbosch werd in vier gedeelten overgedragen door de griffier van de rechtbank in 1974, 1978, 1983 en 1989.
Deels werden de archieven direct na overname in het hulpdepot van de rijksarchiefdienst te Schaarsbergen geplaatst, deels werden ze in 1980 vanuit het rijksarchief gebouw in de Waterstraat te 's-Hertogenbosch overgebracht naar Schaarsbergen. In 1985 werden alle archieven vanuit Schaarsbergen verhuisd naar het nieuwe Rijksarchief in de Citadel te 's-Hertogenbosch.
Verantwoording van de inventarisatie
Bij de overname van de archieven werden reeds min of meer volledige plaatsingslijsten overgenomen die op de griffies van het hof en de rechtbanken waren opgemaakt. Deze lijsten werden enigszins herzien, verbeterd en aangepast in de tijd dat de archieven zich in Schaarsbergen bevonden.
Omdat deze lijsten veelvuldig gebruikt zijn, zijn er concordansen gemaakt tussen deze lijsten en de nummering in de inventaris. Enkele oude nummers zijn niet aangetroffen. Zoals we gezien hebben werd het archief van de Arrondissementsrechtbank te 's-Hertogenbosch in vier gedeelten overgedragen. Van ieder gedeelte bestond er een lijst. Die lijsten werden later samengevoegd. Iedere lijst begon met een nieuwe nummering. Zo bevatte lijst I de nummers 1-316, lijst II de nummers 1-76, lijst III de nummers 1-665 en lijst IV de nummers 1-330. In de concordans is derhalve naast het nummer van het archiefbestanddeel ook het nummer van de lijst vermeld, bijvoorbeeld oud: I 4; nieuw: 9.
Opvallend genoeg werden alle stukken die in wezen tot het archief van het openbaar ministerie behoren, tussen de andere stukken aangetroffen. In de praktijk was er kennelijk geen scheiding tussen de stukken van het openbaar ministerie en de rest van het archief. Bovendien zijn er niet veel aangetroffen. Daarom is besloten ze als onderdeel van het archief van het hof/rechtbanken zelf te beschouwen, en niet als een zelfstandig archief. Voor het Hof zijn het de inventarisnummers 12-14, 224-230 en 417; voor de Rechtbank in Breda de inventarisnummers 783-811; voor de Rechtbank in Eindhoven inventarisnummer 66; voor de Rechtbank te 's-Hertogenbosch de inventarisnummers 776, 860-875.
Bij de overname van de archieven werden reeds min of meer volledige plaatsingslijsten overgenomen die op de griffies van het hof en de rechtbanken waren opgemaakt. Deze lijsten werden enigszins herzien, verbeterd en aangepast in de tijd dat de archieven zich in Schaarsbergen bevonden.
Omdat deze lijsten veelvuldig gebruikt zijn, zijn er concordansen gemaakt tussen deze lijsten en de nummering in de inventaris. Enkele oude nummers zijn niet aangetroffen. Zoals we gezien hebben werd het archief van de Arrondissementsrechtbank te 's-Hertogenbosch in vier gedeelten overgedragen. Van ieder gedeelte bestond er een lijst. Die lijsten werden later samengevoegd. Iedere lijst begon met een nieuwe nummering. Zo bevatte lijst I de nummers 1-316, lijst II de nummers 1-76, lijst III de nummers 1-665 en lijst IV de nummers 1-330. In de concordans is derhalve naast het nummer van het archiefbestanddeel ook het nummer van de lijst vermeld, bijvoorbeeld oud: I 4; nieuw: 9.
Opvallend genoeg werden alle stukken die in wezen tot het archief van het openbaar ministerie behoren, tussen de andere stukken aangetroffen. In de praktijk was er kennelijk geen scheiding tussen de stukken van het openbaar ministerie en de rest van het archief. Bovendien zijn er niet veel aangetroffen. Daarom is besloten ze als onderdeel van het archief van het hof/rechtbanken zelf te beschouwen, en niet als een zelfstandig archief. Voor het Hof zijn het de inventarisnummers 12-14, 224-230 en 417; voor de Rechtbank in Breda de inventarisnummers 783-811; voor de Rechtbank in Eindhoven inventarisnummer 66; voor de Rechtbank te 's-Hertogenbosch de inventarisnummers 776, 860-875.
Zoals hiervoor werd aangegeven is het Provinciaal Hof in Noord-Brabant in 1875 omgezet in het Gerechtshof te 'sHertogenbosch. Dit blijkt nauwelijks consequenties te hebben gehad voor de archiefvorming. Alle series en stukken voor 1875 begonnen, lopen ook na dat jaar gewoon door. Daarom worden de stukken voor en na 1875 als één geheel beschouwd en gerekend tot één archief te behoren.
Net zoals bij de inventarissen van de archieven van de rechterlijke instanties uit de jaren 1811-1838, is voor de indeling het schema als leidraad genomen dat in 1982 door een werkgroep van medewerkers van de rijksarchiefdienst ontworpen werd. Het kwam tot stand na een onderzoek in het archief van de arrondissementsrechtbank te Amsterdam. * Het bleek voor deze inventarissen goed te gebruiken. Bovendien is aansluiting gezocht bij de inventarisatie van de rechterlijke archieven in Noord-Brabant in de jaren 1811- 1838. *
Net zoals bij de inventarissen van de archieven van de rechterlijke instanties uit de jaren 1811-1838, is voor de indeling het schema als leidraad genomen dat in 1982 door een werkgroep van medewerkers van de rijksarchiefdienst ontworpen werd. Het kwam tot stand na een onderzoek in het archief van de arrondissementsrechtbank te Amsterdam. * Het bleek voor deze inventarissen goed te gebruiken. Bovendien is aansluiting gezocht bij de inventarisatie van de rechterlijke archieven in Noord-Brabant in de jaren 1811- 1838. *
Vooraf gaat vaak een rubriek "algemeen" met stukken als correspondentie en notulen. De taken van een rechterlijke instantie worden onderscheiden in "rechtspraak" en "buitengerechtelijke taken". Bij "rechtspraak" nam het college een beslissing (vonnis of beschikking); bij "buitengerechtelijke taken" was dat niet het geval. De "rechtspraak" viel uiteen in straf- en burgerlijke zaken. De burgerlijke zaken vielen uiteen in zaken die bij dagvaarding en zaken die bij rekest werden aangebracht. De zaken bij dagvaarding aangebracht, eindigden meestal met een vonnis. Hier ging het over processen waarbij twee partijen een geschil hadden en tegenover elkaar stonden. In rekestprocedures trachtten rechtzoekenden meestal een voorziening te krijgen van het college. De "buitengerechtelijke taken" werden onderverdeeld in "deponering" (van allerlei stukken en verklaringen ter griffie), "toezicht op functionarissen", alsmede "huishoudelijke, financiële en griffiezaken".
De series audiëntiebladen in burgerlijke zaken bevatten tevens de vonnissen/arresten in burgerlijke zaken. Een audiëntieblad bevat het verslag van de zittingen in burgerlijke zaken van een rechterlijk college. De inhoud van een vonnis/arrest hoort daar strikt genomen niet bij. Een korte vermelding dat een vonnis/arrest in bepaalde zaken is uitgesproken, is voldoende. In de praktijk ziet men dat in deze archieven de inhoud van alle vonnissen/arresten in burgerlijke zaken in zijn geheel weergegeven wordt.
W.M. Lindemann, 1990
De series audiëntiebladen in burgerlijke zaken bevatten tevens de vonnissen/arresten in burgerlijke zaken. Een audiëntieblad bevat het verslag van de zittingen in burgerlijke zaken van een rechterlijk college. De inhoud van een vonnis/arrest hoort daar strikt genomen niet bij. Een korte vermelding dat een vonnis/arrest in bepaalde zaken is uitgesproken, is voldoende. In de praktijk ziet men dat in deze archieven de inhoud van alle vonnissen/arresten in burgerlijke zaken in zijn geheel weergegeven wordt.
W.M. Lindemann, 1990
laatste wijziging 12-04-2024
1.424 beschreven archiefstukken
864 gedigitaliseerd
totaal 593.881 bestanden
Inventaris
laatste wijziging 12-04-2024
1.424 beschreven archiefstukken
864 gedigitaliseerd
totaal 593.881 bestanden
Kenmerken
laatste wijziging 12-04-2024
1.424 beschreven archiefstukken
864 gedigitaliseerd
totaal 593.881 bestanden