Uw zoekacties: Nederlands Hervormde Gemeente Berlicum - Rosmalen, 1649 -199...

1720 Nederlands Hervormde Gemeente Berlicum - Rosmalen, 1649 -1991, voortgezet als Samen-Op-Weg Kerk, 1991-2007, en later als PKN, 2007-heden ( Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC) )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Historisch overzicht: bestuur
1720 Nederlands Hervormde Gemeente Berlicum - Rosmalen, 1649 -1991, voortgezet als Samen-Op-Weg Kerk, 1991-2007, en later als PKN, 2007-heden
Inleiding
Historisch overzicht: bestuur
De Hervormde kerk acht naar het voorbeeld der vroegste tijden van de Christenheid, de openbare eredienst in broederlijk-geordende gemeenschap essentieel. De gemeenschap handelt door middel van organen door haarzelf gesteld en uit haar voortgekomen presbyteriaal-synodaal. De plaatselijke gemeenschappen leven in een onderling verband, dat federatief-vrijwillig van voorkomen, in wezen onverbrekelijk is. In elke plaats, stad of dorp is één gemeente met een centrale kerkeraad. De kerk kende vier "diensten": Predikanten, ouderlingen, diakenen en doctoren. De taak der doctoren had geen betrekking op de organisatie. De predikanten werden in beginsel door de gemeente beroepen, doch praktisch heeft zich in de steden de medezeggenschap van de magistraat tot 1798 en ten plattelande het collatierecht tot 1921 gehandhaafd. Ouderlingen en diakenen dienden onder de oude kerkorden twee jaren; elk jaar trad de helft af. Praktisch heerste er te hunnen aanzien coöptatie; de magistraat moest de keuzen goedkeuren en de gemeente had, evenals ten aanzien van de predikanten, recht van bezwaar. Predikant(en) en ouderlingen (in kleine gemeenten met de diakenen) besturen de gemeente, als kerkeraad, en oefenen de tucht; diakenen hebben de sociale zorg. De kerken of gemeenten werden samengevat in "classes" ("groepen"). Naar de classicale vergadering, enkele malen 's jaars gehouden, vaardigt elke gemeente een predikant en een ouderling af. Het presidiaat en het secretariaat (het "moderamen") der vergadering wisselen, doch de kerkvisitatoren zijn permanent. De classes hebben een belangrijke ordenende, stimulerende en matigende taak; als bijzondere funktie hadden zij oudtijds o.a. het examen der candidaten tot de H. Dienst.
In elke provincie was een Provinciale Synode (in Zeeland slechts een "coetus", samenkomst; de Generaliteitslanden waren aan naburige synoden toegevoegd). De synode vergaderde eenmaal
's jaars op gezag der overheid, zij bestond uit een predikant en een ouderling uit elke classis, benevens Commissarissen-politiek der Overheid. Het moderamen wisselde ook hier. De synoden zonden afgevaardigden naar elkanders samenkomsten voor het onderlinge contact. Zeeland deed hieraan niet mee. Na de Dordse synode van 1618/19 is geen algemene synode gehouden tot de 19e eeuw; wèl inter-synodale commissies voor de nieuwe psalmberijming en de evangelische gezangen, de eerste op Overheidsgezag. Na 1816 treedt de nieuwe Algemene Synode als centraal orgaan in het leven, waaronder Provinciale Kerkbesturen en daaronder weer de classes (deels met herziene grenzen). Van al deze organen is de archivalische neerslag bewaard.
Nederlands Hervormde Gemeente Berlicum – Rosmalen

Rosmalen
In het midden van de zestiende eeuw wordt de tufstenen kapel of kerk te Rosmalen, gewijd aan Sint Lambertus verbouwd tot de vorm die de kerk nu ongeveer nog heeft. Als in 1629 de stad 's-Hertogenbosch na een zeer langdurig beleg door Frederik Hendrik capituleert, gaan ook de tot de Meierij van 's-Hertogenbosch behorende dorpen "over" naar Staatse handen. De val van de hoofdstad der Meierij heeft vele vervelende consequenties voor de dorpen, waaronder Rosmalen. Zo gaat de rooms-katholieke Sint-Lambertus over in Protestantse handen.
Het schepenbestuur van Rosmalen vindt eveneens onderdak in een gedeelte van de kerk.
De commissaris van kerkelijke zaken van Binnenlandse Zaken van het Verenigd Nederland besluit op 12 okt 1814 om het beroepen van een predikant te Berlicum en Rosmalen te combineren. (inv.no. 594)
Bij koninklijk besluit van 10 november 1823 no 52 krijgt de katholieke gemeenschap Rosmalen haar Sint Lambertuskerk terug in ruil waarvoor de protestanten de roomse schuurkerk betrekken. (inv.no. 593)
In 1826 verzoekt het kerkbestuur van Rosmalen nog eens om afzonderlijk van Berlicum een predikant te mogen beroepen en daardoor als zelfstandige Nederlands Hervormde gemeente door te gaan, maar dit wordt van hogerhand afgewezen omdat het financieel geen haalbare kaart is.
Volgens de statistiek wonen er in Rosmalen in 1815 in totaal 1464 inwoners waarvan er 31 protestant zijn.
Berlicum
Wie Berlicum binnenkomt vanuit de richting Rosmalen, ziet rechts van de weg de protestantse kerk. Ze ligt iets hoger dan het aangrenzende Aadal en maakt deel uit van ‘de Plaets’, het oude dorpscentrum.
Vóór het jaar 1000 moet hier al een houten kerkje hebben gestaan dat daarna een stenen opvolger kreeg.
In 1240 verwierf de Abdij van Berne het beheer van de parochie en benoemde sindsdien de pastoor.
Na de vrede van Münster (1648) kwam de r.k. Sint-Petruskerk in handen van de protestanten. De twee aanbouwsels zijn eigendom van de burgerlijke overheid en doen dienst als schepenraadkamer en schrijfkamer voor de secretaris. In die toestand is tijdens het ancien régime geen verandering meer gekomen. Omdat de schuurkerk centraler lag dan de middeleeuwse dorpskerk, bleven de katholieken hem in 1817 gewoon gebruiken. Ondanks het feit, dat er in Berlicum geen “gereformeerden” woonden, werd in 1649 een predikant aangewezen, ds Everardus Schuyl uit ’s-Hertogenbosch. Deze is getrouwd met Maria Roeffe en schrijft meerdere boeken op godsdienstig gebied; en is berucht om zijn optreden tegen katholieken. Hij vestigt zich te Berlicum op de katholieke pastorie aan de Onderstal (Bleijendaalseweg), die door de Staten onteigend is. Uit de inkomsten van katholieke geestelijke goederen (welke door de staten zijn geconfisqueerd) worden de salarissen van predikanten betaald. De Reformatie doet dan zijn intrede o.m. met het reglement op de Politieke Reformatie van 1 apr 1660. Doel: hervorming van de Meierij.
Rond 1700 bestaat de protestante gemeenschap in Berlicum uit ongeveer tien gezinnen. Ze bekleden vooraanstaande functies als drossaard, secretaris, schoolmeester, vorster en predikant en er behoren enkele kasteelbewoners bij. Voor katholieken is in de hogere functies geen plaats meer.
Volgens de statistiek wonen er in Berlicum in 1815 totaal 1778 inwoners waarvan er 38 protestant zijn.
Eén gecombineerde predikant
De commissaris van kerkelijke zaken van Binnenlandse Zaken van het Verenigd Nederland besluit op 12 okt 1814 om het beroepen van een predikant te Berlicum en Rosmalen te combineren.
In december zit de gecombineerde kerkenraad reeds als bestuur bijeen om een predikant te beroepen. (inv.no. 594)
In 1859 werd voor f 2000,- een door W.H.Kam gebouwd orgel aangeschaft; het bevatte een handklavier, een aanhangend pedaal en telde elf registers.
Volgens de statistiek wonen er in 1870 in Berlicum 2578 en in Rosmalen 2450 inwoners van wie er resp. 76 en 25 protestant zijn.

Na de Tweede Wereldoorlog, tijdens welke de kerk aan het Raadhuisplein te Berlicum enorm werd beschadigd, is er onder monumentenzorg gerestaureerd en in 1952 werd de kerk voorzien van een nieuw pijporgel, geplaatst door de firma Van Vulpen uit Utrecht.
De toren werd pas een jaar later, in 1953, herbouwd.

Een nieuwe combinatie
Per 1 okt 1954 wordt de Nederlands hervormde gemeente Berlicum-Rosmalen “samengevoegd” met Dinther. Er zal maar één predikant worden beroepen. De predikant gaat te Dinther wonen.
Toch blijft de benaming Hervormde gemeente Berlicum-Middelrode tot 1991 gehandhaafd, zoals die is ontstaan in 1814. Men spreekt dan van gefedereerde gemeenten en er is geen sprake van fusie. Als ds Brouwer, reeds sinds 1969 met emeritaat, in 1973 stopt wordt het moeilijk. Men vraagt zich af of het pastoraal verband met Dinther kan blijven. Berlicum is een forenzengemeente en Dinther meer agrarisch. In 1985 bij het vertrek van ds Van Beek is het zover en gaan Heeswijk-Dinther en Berlicum-Rosmalen als vanouds zelfstandig door.
De predikant komt in Berlicum wonen en men vindt naderhand een pastorie aan de Neptunusstraat .
Nieuwe herindelingen: De Samen-Op-Weg Kerk en de PKN

Het Samen op Weg-proces is de naam van de pogingen tot nauwere samenwerking van de Nederlandse Hervormde Kerk, de Gereformeerde Kerken in Nederland en de Evangelisch-Lutherse Kerk in Nederland sinds 1961. Deze kerken werden de Samen op Weg-kerken genoemd.
Op het Pinksterfeest van 1961 wendden achttien predikanten uit de Hervormde en Gereformeerde Kerken zich tot de leden van deze kerken met een oproep om tot eenheid te komen. In hun oproep aan de kerken staat onder andere geschreven:
"Bewogen door de verwachting van het Rijk Gods en de opdracht der kerk in de wereld, zijn zij er gezamenlijk van overtuigd, dat naar eenwording gestreefd moet worden."
Deze oproep is het begin geweest van wat later het "Samen op Weg-proces" zou gaan heten. Aanvankelijk was dit een proces van de Gereformeerde Kerken in Nederland en de Nederlandse Hervormde Kerk, vanaf 1985 voegde ook de Evangelisch Lutherse Kerk in het Koninkrijk der Nederlanden zich erbij.
Per 12 jan 1992 ontstond de federatieve SOW kerk Berlicum-Rosmalen.
Per 1 mei 2004 resulteerde het landelijk SOW-proces in de fusie van de kerken tot de Protestantse Kerk in Nederland (PKN).
Per 20 jun 2007 ontstond de Protestante gemeente Berlicum-Rosmalen (PKN).

Bronnen:
•  website BHIC
•  www.rosmalenpage.nl/geschiedenis-rosmalen
•  Bron: http://www.sowberlicumrosmalen.nl
•  Berlicum, zwerftocht door het verleden, 2 dln., W. vd Heijden, Berlicum 1982, 1984
•  350-jarige geschiedenis van Hervormde gemeente te Dinther, 1648-1998, H. Jansen (hierin: statistiek)
•  Archief Nederlands Hervormde Gemeente Berlicum - Rosmalen, 1649 -1992.
Het archief
Aanwijzingen voor de gebruiker
Bijlage: lijst van predikanten

Kenmerken

Datering:
1649-1991
Vindplaats origineel:
BHIC 's-Hertogenbosch
Openbaarheid:
Deze toegang bevat een of meer stukken die tot 1 januari 2092 niet zonder meer openbaar zijn.
Het precieze jaar van openbaarheid kun je per inventarisnummer vinden.

Bij vragen kun je contact opnemen met het BHIC.