Vanaf het begin van de 20ste eeuw zijn er op Nederlands grondgebied talrijke (nood)landingsterreinen, (hulp)vliegveldjes, luchthavens en militaire bases aangelegd voor de burger- en militaire luchtvaart. Als eerste verrezen in 1910 op de heidegronden bij Ede en Soesterberg grote 'vliegfeestterreinen'. Deze waren echter geen lang leven beschoren: de belangstelling van het betalende publiek voor de vliegdemonstraties liep spoedig terug. De krijgsmacht toonde echter wel belangstelling voor de zich snel ontwikkelende luchtvaart en de landmacht nam daarom in 1913 - toen met de Luchtvaart Afdeeling (LVA) een eigen vliegdienst werd opgericht - het vliegterrein bij Soesterberg over. Al snel kwam er een vliegterrein bij Gilze bij. Tijdens de Eerste Wereldoorlog, waarin Nederland neutraal bleef, verrees, om patrouillevluchten langs het Nederlandse grensgebied te kunnen uitvoeren, een aantal nieuwe militaire (hulp)vliegvelden, waaronder Souburg, Venlo en Deelen. Verder had de oprichting van de Marine Luchtvaartdienst (MLD) in 1917 tot gevolg dat onder meer te Schellingwoude bij Amsterdam, bij Veere op Walcheren en De Mok op Texel vliegkampen aan het water werden ingericht. Bovendien besloot de marineleiding tot de aanleg van een vliegveld voor landvliegtuigen bij De Kooy ter verdediging van de belangrijke vlootbasis Den Helder.

In het Interbellum verrezen er her en der in het land vooral vliegvelden ten behoeve van de burgerluchtvaart: onder meer te Schiphol bij Amsterdam, te Waalhaven bij Rotterdam en later ook te Ypenburg bij Den Haag, Haamstede op Schouwen, Eindhoven, Twenthe, Eelde, Leeuwarden en Teuge. Steeds meer regio's kregen in de loop van de jaren dertig zo de beschikking over een vliegveld. *  Als gevolg van de toenemende Duitse dreiging in de loop van de jaren dertig, werden in deze periode bovendien maatregelen genomen op de vrijwel geheel op Soesterberg geconcentreerde luchtvloot van de LVA te dislocaliseren. Dit resulteerde vanaf de tweede helft van de jaren dertig in de aanleg van twee nieuwe militaire vliegvelden: Bergen in Noord-Holland en Valkenburg in zuid-Holland. Daarnaast kwamen er er enkele hulpvliegvelden, noodlandingsterreinen en geheime noodvliegvelden, zoals Ockenburg, Ruigenhoek en Middermeer. *  Tijdens de bezettingstijd bouwde de Luftwaffe een aantal Nederlandse vliegvelden sterk uit. Vooral Venlo, Leeuwarden, Deelen, Soesterberg, Schiphol, Eindhoven en Gilze-Rijen ondergingen zeer forse uitbreidingen,. Ook vond de aanleg plaats van enkele geheel nieuwe bases, zoals Volkel, Peest en Havelte. * 

Na afloop van de Tweede Wereldoorlog namen de Nederlandse luchtstrijdkrachten een aantal van deze (herstelde) militaire vliegvelden weer in gebruik. Vanaf zes van deze bases - Leeuwarden, De Kooy, Woensdrecht, Gilze-Rijen, Volkel en Eindhoven - wordt momenteel nog steeds gevlogen.