Uw zoekacties: Prinses Irene Brigade

466 Prinses Irene Brigade ( NIMH / Nederlands Instituut voor Militaire Historie )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Aanvraag- en citeerinstructie
De collectie dient in de studiezaal van het NIMH als volgt te worden aangevraagd:
Collectie: Prinses Irene Brigade
Toegangsnummer: 466
Bij het citeren van stukken in publicaties dient men de vindplaats ten minste eenmaal volledig en zonder afkortingen te vermelden, vervolgens kan volstaan worden met een verkorte titel.
Volledig: Nederlands Instituut voor Militaire Historie, Den Haag, Prinses Irene Brigade, Toegang 466, inventarisnummer. ...
Verkort: NIMH, Prinses Irene Brigade, 466, inv. ...
Inleiding
2.1. Prinses Irene Brigade
De Prinses Irene Brigade (oorspronkelijk: Koninklijke Nederlandse Brigade 'Prinses Irene') is 11 januari 1941 te Congleton (Cheshire) in het Verenigd Koninkrijk opgericht. Enkele maanden later wordt de brigade gestationeerd in Wrottesley Park bij Wolverhampton. Op 26 augustus 1941 krijgt de brigade bij Koninklijk Besluit de erenaam 'Prinses Irene'. De sterkte van de brigade bestaat op dat moment uit zo'n 1200 à 3500 man.

De Prinses Irene Brigade is in oorsprong samengesteld uit Nederlandse militairen die na mei 1940 naar Engeland weten te komen. Binnen korte tijd arriveren in het Verenigd Koninkrijk vanuit de hele wereld mannen met de Nederlandse nationaliteit om de brigade te versterken. Grote detachementen komen vanuit een opleidingskamp in Canada, maar ook uit de Verenigde Staten, Zuid-Amerika en Zuid-Afrika. Ook komen veel mannen individueel, bijvoorbeeld de zogenaamde Engelandvaarders: Nederlanders die vanuit het bezette gebied, vaak na lange omzwervingen, Engeland weten te bereiken.

In september 1941 vertrekken twee detachementen naar Suriname. Op 7 december 1941 - de Japanse aanval op Pearl Harbor - verklaart de Nederlandse regering de oorlog aan Japan. Als gevolg hiervan gaat brigadecommandant kolonel D. van Voorst Evekink op 7 januari 1942 met een compagnie vrijwilligers naar Nederlands-Indië. Het commando van de brigade in Engeland wordt overgenomen door majoor der artillerie A.C. de Ruyter van Steveninck. In 1942 keert een deel van de manschappen terug naar Engeland.
In januari 1943 wordt de Brigade gereorganiseerd. Er worden drie zelfstandige gevechtsgroepen gecreëerd, elk met twee pelotons infanterie. De Brigade wordt in juli 1943 ingedeeld bij de 21st Army Group van generaal B. Montgomery, die ingedeeld is voor de invasie op het Europese vasteland. In september verhuist de brigade naar Harwich waar ze deel gaan uitmaken van de kustverdediging en zo ook de gelegenheid krijgen om landingen vanuit zee te oefenen.

De geallieerde aanval op Duitsland begint op 6 juni 1944 op de kusten van Normandië (Frankrijk) met operatie Overlord. Op 6 augustus 1944 wordt de Brigade ingescheept met bestemming Frankrijk, waar ze bij Courseulles-sur-Mer en Arromanches-les-Bains aan land worden gezet. Niet lang vóór de overtocht is de Brigade nog versterkt met 102 officieren, onderofficieren en mariniers van het Korps Mariniers.

Op 12 augustus 1944 beleeft de Brigade haar vuurdoop bij chateau Saint-Côme bij Bréville-les-Monts, waar de Brigade de Duitse troepen moet binden zodat de resterende geallieerde troepen een omtrekkende beweging kunnen maken. Na twee dagen sneuvelt wachtmeester P.W.H. Lammers, componist van het Brigade-lied. Hij is de eerste dode die de Brigade te verwerken krijgt.
In september 1944 begint de geallieerde operatie Market Garden, met als doel het bevrijden van Nederland. Ook de Prinses Irene Brigade neemt hieraan deel, ze moeten optrekken via de lijn Arnhem - Apeldoorn. Rond middernacht van 20 op 21 september 1944 overschrijdt de Brigade de Nederlandse grens bij Valkenswaard. Een maand later ondersteunt de Brigade de 15th Scottish Division bij de bevrijding van Tilburg. In april 1945 strijd de Prinses Irene Brigade samen met Britse mariniers bij Zaltbommel om de bruggenhoofden over de Maas te behouden. Dit is de zwaarste slag voor de Brigade, waarbij ze twaalf mannen verliezen. Het blijkt ook een tevergeefse inspanning aangezien de bruggenhoofden bij Hedel en Alem al snel weer ontruimd moeten worden.

Na de capitulatie wordt de Prinses Irene Brigade door Canadese lieutenant-general C. Foulkes aangewezen om als eerste geallieerde eenheid Den Haag binnen te trekken. Bij aankomst vervult de Brigade de taak van paleiswacht bij Paleis Noordeinde en Paleis Huis ten Bosch. Op 13 juli 1945 is er op de binnenplaats van de Prinses Juliana Kazerne een afscheidsplechtigheid. Prins Bernard hecht bij deze gelegenheid de Militaire Willemsorde der Vierde Klasse aan het vaandel, waar de namen St. Côme, Pont Audemer, Beeringen, Tilburg en Hedel op prijken. Bij Koninklijk Besluit nr. 11 van 14 december 1945 is de Koninklijke Nederlandse Brigade 'Prinses Irene' formeel opgeheven.
In augustus 1945 wordt het Eerste Bataljon 'Prinses Irene' gevormd uit oorlogsvrijwilligers, het merendeel uit Brabant en Zeeland. Zij hebben zich onmiddellijk na de bevrijding van het zuiden van Nederland voor de militaire dienst gemeld. Aanvankelijk zijn zij ingedeeld bij Aanvullingstroepen der Koninklijke Nederlandse Brigade 'Prinses Irene' in Tilburg. De 1e 'Prinses Irene' wordt gelegerd in de Nieuwe Alexanderkazerne te Den Haag, met als commandant majoor P.C. van Scherpenberg, die als officier de campagne in Normandië heeft meegemaakt. Officieren en kader van het bataljon worden gerekruteerd uit de officieren en onderofficieren der Brigade 'Prinses Irene'. De 1e 'Prinses Irene' is geëncadreerd en getraind als Licht Infanterie Bataljon en heeft onder meer tot taak de paleiswachten in de residentie te leveren. Op 24 november 1945 verhuist het bataljon naar Schoonhoven. Het krijgt aanvulling van personeel uit naar Nederlands-Indië vertrekkende bataljons die niet voor uitzending naar de tropen in aanmerking komen. Op 9 Mei 1946 wordt de 1e 'Prinses Irene' opgeheven.
In het kader van de opbouw van het naoorlogse Nederlandse leger worden in het voorjaar van 1946 vijftien regimenten infanterie opgericht. Hieronder ook een infanterieregiment 'Prinses Irene', met standplaats Arnhem. De dienstplichtigen van de lichting 1945 die bij deze eenheid opkomen, vormen het 3e Bataljon 'Prinses Irene'. Zij worden in het najaar van 1946 als onderdeel van de 1e Divisie '7-December' naar Nederlands-Indië verscheept.
In de navolgende jaren vormen dienstplichtigen steeds de nieuwe bataljons. Ook zij worden naar Nederlands-Indië gestuurd: het 4e Bataljon als onderdeel van de 2e Divisie, het 5e Bataljon als deel van de 3e Divisie, het 6e Bataljon als deel van de F-Brigade, het 7e Bataljon deel uitmakende van de H-Brigade. De vier eerstgenoemde bataljons komen eerder terug naar Nederland en worden daar gedemobiliseerd. Het 7e Bataljon (434e bataljon Infanterie) blijft langer in Nederlands-Indië en gaat naar Nederlands-Nieuw-Guinea.

Op 26 mei 1948 wordt het Regiment bij Koninklijk Besluit verheven tot garderegiment. Prinses Juliana, Regentes van het koninkrijk, acht het wenselijk het Regiment een naam te geven de duidt op de bijzondere betrekking tot het Koninklijk Huis.
De tradities van de Prinses Irene Brigade worden sindsdien voortgezet door het Garderegiment Fuseliers 'Prinses Irene'. Daarnaast leeft de traditie ook voort in het tamboerkorps van het garderegiment. Dit werd in 1948 opgericht en ging in 1991 over in de Koninklijke Militaire Kapel. * 
2.2. De collectie

Kenmerken

Datering:
1941-1995
Omvang:
0.2 meter
Thema trefwoorden:
Categorie:
  • Zonder categorie