Uw zoekacties: Gemeente Stad Vollenhove 1814-1942

26 Gemeente Stad Vollenhove 1814-1942 ( Gemeentearchief Steenwijkerland )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
1.1. Korte geschiedenis van de gemeente * 
1.2. Geschiedenis van het archief
26 Gemeente Stad Vollenhove 1814-1942
1. Inleiding
1.2.
Geschiedenis van het archief
De reeks ingekomen stukken werd vanaf 1814 met een volgnummering gekenmerkt. Aanvankelijk startte men ieder jaar met 1, maar nadat in de jaren twintig van de negentiende eeuw de kenmerken geheel verdwijnen, werd vanaf 1836 één doorlopende nummering toegepast die tot en met 1861 werd volgehouden. Daarna werd met een nieuwe reeks begonnen, die weer per jaar was genummerd. Omdat Ambt en Stad Vollenhove hun secretarie lange tijd deelden, heeft er ook onderlinge vermenging van de archieven plaatsgehad. In de reeks ingekomen stukken komen brieven voor die twee boekingskenmerken dragen: één voor Stad en één voor Ambt. Er zijn veel stukken uit deze reeks verloren gegaan, maar het is niet bekend of daaraan een bewuste opschoning van de serie ten grondslag heeft gelegen.
Vanaf het jaar 1913 werd het ordeningssysteem van de ingekomen stukken gewijzigd. Zij werden geordend met behulp van een rubriekenstelsel. Op de stukken staat het rubrieknummer boven een deelstreep, waaronder het volgnummer van het stuk is opgenomen. Een overzicht van de rubrieken uit de jaren 1913-1918 is achteraan deze inventaris toegevoegd. De stukken vanaf het jaar 1913 zijn niet in hun chronologische volgorde maar naar rubriek en daarbinnen chronologisch geordend aangetroffen.
Van het archief vanaf het jaar 1811 werd in 1859 een inventaris opgemaakt, ter gelegenheid van de installatie van burgemeester A.J. ten Cate. Deze inventaris werd sindsdien geregeld bijgewerkt. In 1886 werd hetzelfde archief opnieuw geïnventariseerd. * 
De berging van het archief in de gezamenlijke secretarie te Vollenhove voldeed in 1912 niet meer. Burgemeester en wethouders van Stad Vollenhove deden de gemeenteraad het voorstel hierin verbetering te brengen: "De inrichting en berging[van het archief] laten veel te wenschen over en zijn zeer ouderwetsch en onpractisch. (...) De aanschaffing van eene kast, in diverse afdeelingen verdeeld zal zeer zeker aan het euvel kunnen tegemoet komen. Wij verzoeken U daarom beleefd ons daartoe een crediet te verleenen van f 55,= ten behoeve van den dienst 1913". De gemeenteraad van Stad Vollenhove ging daarmee op 3 december akkoord, echter met de aantekening dat het niet praktisch was om één kast voor de beide gemeenten aan te schaffen, omdat de secretaris van beide gemeenten in Ambt slechts voor drie jaar was aangesteld en de secretariën nadien mogelijk zouden worden gescheiden. * 
De gemeenteraad van Stad Vollenhove bleek een vooruitziende blik te hebben gehad. Op 3 oktober 1916 besloot de gemeenteraad van Ambt Vollenhove tot stichting van een eigen gemeentehuis. Een verzoek van Stad Vollenhove om de scheiding van de secretariën te heroverwegen in verband met de financiële situatie van de gemeenten mocht niet baten. Op 1 november 1917 werd de nieuwe secretarie te St. Jansklooster in gebruik genomen. * 
Het zogenaamde oud-archief was opgeslagen in een eikenhouten kastje op de burgemeesterskamer. Op 11 januari 1916 schreven Gedeputeerde Staten van Overijssel hierover: "Bij een onderzoek (...) in het archief Uwer gemeente, is het gebleken, dat ten raadhuize talrijke oude documenten aanwezig zijn, welke voor de geschiedenis in 't algemeen en voor die van Uwe gemeente in het bijzonder, van groote waarde kunnen zijn. Deze documenten, omtrent welker inhoud thans nagenoeg niets bekend is, liggen samengeperst in een kastje in de burgemeesterskamer, alwaar zij door vocht en anderszins den tand des tijds op den duur niet zullen kunnen weerstaan en bovendien bij onverhoopt uitbreken van brand vrij zeker verloren zouden gaan". Zij stelden voor het archief over te brengen naar het Rijksarchief te Zwolle. De rijksarchivaris wilde het archief echter slechts overnemen in dien alle stukken tot en met 1813, het eindjaar van de Franse overheersing, zouden worden overgedragen. Daarna wordt het even stil rond deze kwestie, waarschijnlijk ook door de scheiding van de administraties van Ambt en Stad Vollenhove.
In een ongedateerd afschrift van een brief van de minister van Binnenlandse Zaken werd opgemerkt dat Stad Vollenhove had besloten tot overdracht van het archief, maar "Van het gemeentebestuur van Stad Vollenhove had de Rijksarchivaris in Overijssel niets naders vernomen. Intusschen heb ik van andere zijde gehoord, dat er twist is ontstaan tusschen de besturen van Stad en Ambt-Vollenhove en dat het laatstgenoemde gemeentebestuur naar aanleiding daarvan uit de gemeenschappelijke archiefbewaarplaats de stukken had weggehaald, die het meende, dat tot het archief van Ambt-Vollenhove behoorden. Of daarbij met de noodige zorgvuldigheid is te werk gegaan, mag worden betwijfeld". Uiteindelijk werd het archief begin april 1918 naar Zwolle gebracht, waar het werd beschreven door M. Schoengen. De inventaris werd in 1923 voltooid. In 1968 werd het archief weer naar Vollenhove teruggebracht. * 
Maar ook de berging van het jongere archief was al snel weer onvoldoende. In zijn jaarverslag over 1930 merkte de archiefinspecteur op: "De bewaarplaatsen der nieuwere archieven sedert 1813 laten alles te wenschen over. Zonder twijfel behooren die tot de minsten van deze provincie. Er is geen kluis, slechts een klein brandkastje, waarin de burgerlijke standsregisters geborgen zijn. Het meerendeel der archieven is op den overloop tot de Secretarie in twee groote houten kasten overgebracht. Deze staan daar, zonder eenig toezicht, voor een ieder voor het grijpen. (...) De ingekomen stukken worden volgens een eigen systeem opgeborgen". Maar al het jaar daarop kon hij noteren dat een ruime brandvrije archiefkluis in de kerktoren naast het gemeentehuis was gebouwd. Bovendien was de burgemeester aan de ordening van het archief begonnen. * 
Eind 1947 of begin 1948 werd het archief overgebracht naar de archiefbewaarplaats in het nieuwe gemeentehuis, de havezathe Oldruitenborgh. * 
Tussen 1983 en 1985 zijn de comptabele archiefstukken van de gemeente geschoond van vernietigbare stukken door de provinciale archiefinspectie.
P. Rommel voltooide in 1986 een inventaris van het archief van het Hervormd Groot Burger Weeshuis uit de periode 1586-1982, waaraan in een afzonderlijk deel ook de stukken betreffende de gemeentelijke bemoeiingen met het weeshuis uit de jaren 1737-1932 werden toegevoegd.
Van de geschiedenis van de overige beschreven archieven ontbreken de gegevens.
1.3. Verantwoording van de inventarisatie
1.4. Aanwijzingen voor de gebruiker
1.5. Kaart van de gemeente
1.6. Bestuurders van Stad Vollenhove
1.7. Literatuur
1.8. Aanvulling op de inleiding bewerkingstraject VHIC 2007-2009

Kenmerken

Auteur:
ODRP facilitair