Uw zoekacties: Stad Vollenhove 1354-1811

25 Stad Vollenhove 1354-1811 ( Gemeentearchief Steenwijkerland )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
1.1 Inleiding op de oorspronkelijk inventaris
25 Stad Vollenhove 1354-1811
1. Inleiding
1.1
Inleiding op de oorspronkelijk inventaris
In den loop van het jaar 1918 ontving het Rijksarchief in Overijsel van de gemeente Vollenhove (stad) het aldaar berustende oud-archief in bruikleen. Dit rijke archief, dat wijlen prof. mr. S.J. Fockema Andreae aanleiding gaf tot het schrijven van zijn: De Stad Vollenhove en haar Recht, *  bevat vooral een groote collectie charters, welke op enkele uitzonderingen na, in goeden staat bewaard zijn gebleven. In het bijzonder zal de aandacht vallen op de nagenoeg volledige serie privilegiebrieven, in welke het stadsrecht verleend en bevestigd werd door de opeenvolgende landsheeren.
Van de kern van het archief, de resolutieboeken met hunne bijlagen, welke in de eerste afdeeling zijn ondergebracht, kan niet hetzelfde gezegd worden wat die volledigheid betreft; de resolutiën, die vanaf 1625 beginnen te loopen, zijn over een tiental jaren niet aanwezig.
Na deze afdeeling zal men nog een elftal afdeelingen aantreffen, waarin de stukken van het archief van het stadsbestuur zijn ondergebracht. Dan volgt een tweede hoofdafdeeling B, welke de stukken van het klooster Clarenberg, althans voor zooverre die in het archief der gemeente aanwezig zijn, bevat. Het archief van dit klooster nl. heeft vroeger ook op het raadhuis berust; in latere jaren echter is het overgebracht naar de kerkvoogdij der Nederduitsch-Hervormde Gemeente. De hier in hoofdafdeeling B beschreven stukken zijn toen blijkbaar vergeten. Voor de geschiedenis dier overbrenging meen ik hier te mogen verwijzen naar de uitgebreide inleiding, welke zich vóór de regestenlijst van de in de kerkvoogdij berustende stukken bevindt (zie Bijlage III).
Op een paar punten dient de aandacht nog te worden gevestigd.
Aangezien in enkele stukken sprake is van een "Nieuw Weeshuis", zijn die stukken ook in een afdeeling onder dien naam opgenomen, hoewel niet vaststaande is, dat dit nieuwe Weeshuis niet identiek zoude zijn met het als "Weeshuis" aangeduide.
Dan dient nog gewezen te worden op de hoofdafdeling C. De daarin opgenomen stukken konden niet worden teruggebracht tot een der voorafgaande afdelingen, nadat verband in et andere stukken, dorsale aantekeningen en ook vergelijking met de in Bijlage III opgenomen regesten, geen resultaat had gegeven. Er bleef dus niets anders over, dan ze te rangschikken naar de ligging der in die stukken vermelde goederen.
Een onderzoek naar den jaarstijl, door de stedelijke regering gebruikt, bracht geen definitief resultaat. Vermoedelijk gebruikte men daar, evenals in de overige steden van Overijssel, den Kerststijl. Doch zoolang geen overtuigend bewijs hiervan gevonden is, heb ik gemeend den Nieuwjaarsstijl te moeten volgen.
Zooals bekend is, heeft de provincie Overijssel, met uitzondering van Twente, slechts enkele maanden van het jaar 1583 den Nieuwen stijl gevolgd en vervolgens den Ouden stijl weer aangenomen, tot in het jaar 1700 (zie Verslagen omtrent 's Rijks Oude Archieven. 1908, pag. 442). Vandaar dat de dateeringen der akten dan ook zonder verandering zijn opgelost.
Bij de ordening van het archief zijn geen oude inventarissen gevonden. Alleen in het onder Inv. n°. 355 voorkomende "Register", wordt aan de hand van een uiteenzetting van diverse onderwerpen, het stadsbestuur en het weeshuis betreffende, een globale opsomming gegeven van verschillende deelen van het archief, ten tijde van de samenstelling van dat deel op het raadhuis berustend.
Ter voorkoming van misverstand, meen ik echter te moeten wijzen op het artikel van H.J. Hegeman, pastoor te Vollenhove, voorkomende in het Archief van het Aartsbisdom Utrecht, deel 30, pag. 1 vlg., waarin deze spreekt van een " soort van inventaris, vroeger gemaakt van het archief te Vollenhove". Bij nader onderzoek is echter gebleken, dat daarmede bedoeld wordt een lijst van stukken, welke berusten in het archief der kerkvoogdij en opgenomen zijn in Bijlage III, benevens een 7-tal stukken, waarvan eenige zeker, doch waarschijnlijk alle berusten in het archief van de pastorie der Groote Kerk, en waaronder zich ook enkele aflaatbrieven bevinden.
Aan den inventaris is toegevoegd eene regestenlijst, loopende tot het jaar 1612, in welk jaar men mag aannemen, dat eene definitieve scheiding der kerkelijke goederen tot stand kwam. In die lijst zijn, wat betreft de in afschrift aanwezige stukken in keurboeken enz., slechts die akten opgenomen, welke geheel in den vorm eener oorkonde zijn gegoten, zoodat er buiten vallen allerlei gerechtelijke uitspraken en verklaringen voor Burgemeesters, welke in zoo grooten getale in de keurboeken worden aangetroffen.
1.2 Aanvulling

Kenmerken

Auteur:
M. Schoengen