in maart 1940 wordt voor de eerste maal een Christelijk Gereformeerde broeder als bestuurslid van de schoolvereniging verkozen. In dat jaar wordt ook besloten een Christelijk Bewaarschooltje op te richten. Een damescomité moet een en ander bevorderen.
Ook wordt de invloed van de bezetter zichtbaar: ondermeer een lijst met verboden boeken,
kinderen van Joodse bloede moeten van school verwijderd worden, gymnastiek wordt verplicht gesteld en voor het houden van ledenvergaderingen moet een verzoek ingediend worden.

Eind 1942 wordt de school gevorderd door de Duitse bezetter en in maart 1943 weer vrij gegeven. In 1944 gebeurde dit nog een keer. De scheur die ontstaan is door de Vrijmaking speelt ook op school, hoe het meegebrachte geld voor de Zending te verdelen?

In 1946 komt het verzoek binnen om de kinderen verkeersonderwijs te geven. Tevens wordt overwogen de schooljeugd de gemeentelijke plantsoenen te laten verzorgen in verband met de veelsoortige vernielingen. Inderdaad groepen schoolkinderen hebben met hark en schoffel geholpen om plantsoenen onbesmet te houden. In de barre winter van 1947 wordt in verband met brandstof tekort de school gesloten.

In 1951 worden voorbereidingen getroffen om het 50 jarig oude schoolgebouw te restaureren. De gemeente eist dat er een openbare inschrijving komt i.p.v. een gereformeerd aannemer-onderonsje. De verbouwing ging niet door. Er hadden zich omstandigheden bij de aanbesteding voor gedaan, die niet gebruikelijk waren.B&W berichtte dat het werk niet werd uitgevoerd. Aan de heer burgemeester wordt bericht, dat om principiële redenen afwijzend
wordt gereageerd om een schooltandverzorgingsdienst voor Noord-West Overijssel te stichten.