Ter handhaving van de Bouwverordening van 1897 werd in 1898 een gemeentelijk inspecteur bij de Bouwpolitie aangesteld. Tot 1910 stond deze functionaris, aangevuld met een opzichter en schrijver, althans in naam, onder leiding van de gemeente-architect. In de raadsvergadering van 7 maart 1910 werd aan de heer D.A.Willemsen wegens benoeming elders eervol ontslag verleend als inspecteur, een gewijzigde instructie voor diens opvolger vastgesteld en werd besloten om de naam te veranderen in " Dienst van het Bouw- en Woningtoezicht ", onder gelijktijdige instelling als zelfstandige gemeentelijke dienst. Toen in 1937 zowel de directeur van de Dienst, de heer J.H. chaad, als de Opperbrandmeester in verband met het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd de gemeentedienst moesten verlaten, stelde B en W de gemeenteraad voor de onder hun leiding staande diensten met de dienst van gemeentewerken samen te voegen tot één dienst van openbare werken, brandweer en volkshuisvesting. In zijn vergadering van 12 juli 1937 verenigde de Raad zich met dat voorstel. Vanaf die datum maakt de Dienst Bouw- en Woningtoezicht als organieke afdeling deel uit van de dienst Openbare Werken. De kleine archiefjes van deze twee gemeentelijke instanties werden in verwaarloosde staat aangetroffen. in de archiefruimte van de Dienst Openbare Werken. Ze zijn op 4 augustus 1986 naar de gemeentelijke archiefdienst overgebracht. Er is geen onderzoek ingesteld naar de verblijfplaats van eventueel andere tot deze archieven behorende archiefbescheiden, terwijl geen vernietiging heeft plaatsgevonden.