Uw zoekacties: Derde Dijkdistrict van Overijssel

WS-20 Derde Dijkdistrict van Overijssel ( Collectie Overijssel locatie Zwolle )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
1. Regelgeving en reglementering
2. Grondgebied
3. Doel van het dijksdistrict en het waterschap
4. Bestuur
WS-20 Derde Dijkdistrict van Overijssel
Inleiding
4.
Bestuur
Het bestuur van het dijksdistrict en van het latere waterschap wordt uitgeoefend door het Vereenigd College, het Dijksbestuur of door de voorzitter van beide, de dijkgraaf.
Het Vereenigd College, het algemeen bestuur, bestond aanvankelijk uit de dijkgraaf, twee heemraden en vier hoofdingelanden. Bij de invoering van een nieuw bijzonder reglement in 1916 werd het bestuur uitgebreid en werd het aantal hoofdingelanen gebracht op zes.
De hoofdingelanden, welke werden gekozen door de stemgerechtigde ingelanden, moesten aan dezelfde eisen voldoen als de leden van het dijksbestuur. Zij moesten enige grond bezitten in het district en in of nabij het district wonen. Van deze vereisten kon overigens ontheffing worden verkregen van gedeputeerde staten. Wat leeftijd betreft, moest men 25 jaar of ouder zijn met als maximum de leeftijd van 65 jaar.
Als het college dit nodig oordeelde, kon het een aantal noodheemraden,-niet groter dan het aantal gewone heemraden-ter benoeming voordragen aan gedeputeerde staten. Noodheemraden vervingen in geval van verhindering de gewone heemraden, en hadden in tijden van nood dezelfde rechtsmacht als deze.
Het Dijksbestuur, het dagelijks bestuur van het district en het latere waterschap, werd gevormd door een dijkgraaf en twee heemraden. De dijkgraaf en de heemraden werden door de koning op voordracht van het verenigd college benoemd; aanvankelijk voor een onbepaalde tijd, vanaf 1845 voor een periode van zes jaar.
Het dijksbestuur benoemde, schorste en ontsloeg het personeel met uitzondering van de secretaris-ontvanger, welke door het vereenigd college werd benoemd.
Het bestuur wordt bijgestaan door een secretaris, een ontvanger en eventueel verdere ambtenaren tot wier aanstelling door het verenigd college of het dagelijks bestuur wordt besloten. De betrekkingen van secretaris en ontvanger waren in één persoon verenigd.
Het Vereenigd College benoemde, schorste en ontsloeg de secretaris-ontvanger. Het regelde voorts de begroting, nam de rekening op en beraadslaagde over het beschikbaar stellen van gelden en het aanleggen van buitengewone werken.
Ten behoeve van deze verkiezing werd het waterschap ingedeeld in de districten. De aanduiding daarvan is terug te vinden in de onderscheiden reglementen.
1883: art. 15. De verkiezing van hoofdingelanden heeft plaats achtereenvolgens in de gemeenten Dalfsen, Zwolle, en Hasselt.
1916: art. 16. De verkiezing van hoofdingelanden heeft plaats achtereenvolgens in de gemeenten Nieuwleusen, Dalfsen, Hasselt en Zwolle.
1953: art.8, lid 1. Het waterschap is verdeeld in de kiesdistricten Zwollerkerspel, Dalfsen en Nieuwleusen.
lid 2. Het kiesdistrict Zwollerkerspel omvat de in het waterschap gelegen gronden, behorende tot de gemeenten Zwollerkerspel, Hasselt en Staphorst.
lid 3. Het kiesdistrict Dalfsen omvat de in het waterschap gelegen gronden met uitzondering van die, welke gelegen zijn ten noorden van de hierna omschreven grenslijn tussen de kiesdistricten Dalfsen en Nieuwleusen.
lid 4. Het kiesdistrict Nieuwleusen omvat de in het waterschap gelegen gronden, behorende tot de gemeente Dalfsen voorzover gelegen ten noorden van de grenslijn tussen de kiesdistricten Dalfsen en Nieuwleusen.
lid 5. De grens tussen de kiesdistricten Dalfsen en Nieuwleusen loopt vanaf de grens tussen de gemeenten Dalfsen en Ommen in westelijke richting langs de weg kadastraal bekend gemeente Dalfsen sectie C 3205 tot aan de weg kadastraal bekend Dalfsen C 3201 (Ommelerdijk), vervolgens langs de Ommelerdijk in zuidelijke richting tot aan de zuidgrens van perceel Dalfsen C 3201, vervolgens in westelijke richting langs de weg kadastraal bekend Dalfsen C 3200 tot aan de westgrens van dat perceel, vervolgens in ongeveer noordwestelijke richting langs de Vosserstouwe tot aan de noordoostgrens van perceel Dalfsen B 914, vervolgens in ongeveer westelijke richting langs de z.g. Eerste Dwarsweg tot aan de z.g. weg van Dalfsen naar Nieuwleusen, zijnde de zuidgrens van perceel Dalfsen B 257, vervolgens in ongeveer zuidelijke richting tot aan de noordoosthoek van perceel Dalfsen B 237 en 1521 tot aan de noordwesthoek van perceel Dalfsen B 1521 en van daar in ongeveer noordwestelijk richting langs de aldaar lopende weg, zijnde de oostgrens van de percelen B 1502 en 1499, tot aan de straatweg van Zwolle naar Nieuwleusen.
5. Financiën
6. Het archief
7. Bijlage 1

Kenmerken

Datering:
1836 - 1883
Omvang archiefblok:
1,1 m
Voorwaarden voor raadpleging:
Het archief is openbaar.
Toegang:
Witmer, C.J.W., Inventaris van het archief van het Derde Dijksdistrict en van het archief van het Waterschap De Noorder Vechtdijken, inv.nrs. 1 - 156, 1836 - 1883 (1995).
Openbaarheid:
Het archief is openbaar.