Uw zoekacties: Stichting Milieucentrum ‘De Nooterhof’ te Zwolle

0722 Stichting Milieucentrum ‘De Nooterhof’ te Zwolle ( Collectie Overijssel locatie Zwolle )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Historische toelichting
0722 Stichting Milieucentrum ‘De Nooterhof’ te Zwolle
Inleiding
Historische toelichting
Dit archief omvat archiefmateriaal van de sectie Natuur- en Milieuvoorlichting en Educatie van de gemeente Zwolle (later bekend als Milieucentrum Nooter Hof), archiefmateriaal van de Commissie Jeugd en Natuur, archiefmateriaal van Stichting de Nooterhof en archiefmateriaal van het Overlegorgaan Milieuzaken
Alhoewel er ook eind jaren 20 van de 20e eeuw al enkele activiteiten op het gebied van milieu-educatie plaatsvonden laat het archief zien dat de basis voor milieu-educatie in Zwolle in jaren 60 van de 20e eeuw werd gelegd door wethouder Arie Nooter en de Cie Jeugd en Natuur. In de beginjaren werden alle activiteiten door vrijwilligers georganiseerd. Tentoonstellingen en tuinieren voor kinderen (jeugdtuinen) vormden de eerste activiteiten. Ook werden huisdierkeuringen en floralia-acties gehouden. Verder werd er met o.a. bloemschikken een aandeel geleverd in de kindervakantieactiviteiten tijdens Jeugdland.
Met de benoeming van Gerard Mostert als hoofd van de Afdeling Plantsoenen, eind jaren 60, werd een nieuwe kijk op groen in de stad geïntroduceerd. Aanleg en onderhoud van openbaar groen werd gericht op het stimuleren van natuur in de stad. Groen werd geconcentreerd in banen (groene vingers) die vanuit het buitengebied tot ver in de stad doordrongen.
Om het draagvlak voor deze aanpak te vergroten werden beroepskrachten aangesteld bij wat later de sectie milieuvoorlichting en -educatie van de afdeling Plantsoenen werd genoemd. De eerste beroepskrachten werden benoemd als "parkwachter-nieuwe-stijl". Het werd hun taak d.m.v. voorlichting Zwollenaren te laten wennen aan de nieuwe kijk op openbaar groen.
De beroepskrachten bouwden samen met de vrijwilligers ook voort op de succesvolle activiteiten uit de beginjaren van de Commissie Jeugd en Natuur en verbreedden het aanbod. Het varieerde van leveren van educatief materiaal en het geven van rondleidingen tot het geven van kadercursussen, stimuleren van milieu-educatie door anderen en (ambtelijke) ondersteuning aan natuur- en milieugroepen.
De functies van de beroepskrachten ontwikkelden mee met de uitbreiding van de taken: parkwachter-nieuwe-stijl werd natuurvoorlichter, schoolbioloog, medewerker natuureducatie, medewerker milieu-educatie, consulent natuur- en milieu-educatie. Daarmee werd het werk naast uitvoerend steeds meer adviserend o.a. aan onderwijs, welzijnswerk en natuur-en milieuorganisaties.
In 1977 werd aan de Goertjesweg het Natuurvoorlichtingscentrum Wethouder Nooter Hof geopend. Het centrum was gehuisvest in het verlaten kantoorgebouw van de Afdeling Plantsoenen. Dat werd ingericht als tentoonstellingsgebouw en informatiecentrum. Het gebouw is in de jaren 80 vervangen door nieuwbouw, De Kruidwisch. Het centrum omvatte bovendien educatieve thematuinen. In de tuinen stonden talloze soorten inheemse wilde planten en oorspronggewassen. Via een verhaallijn, met de plant als basis, konden bezoekers kennis opdoen over ecologische samenhangen in de natuur en de rol van de mens. Geoogste zaden werden bovendien gebruikt voor het introduceren van meer inheemse soorten in het openbare groen en ze werden verkocht aan belangstellende bezoekers. De onafhankelijke Stichting Milieuraad Zwolle hield met één beroepskracht ook kantoor in het centrum en in gebouw De Mars op het complex konden natuur- en milieu-organisaties gratis vergaderen.
Vanaf 1976 werden er jaarprogramma's uitgegeven, waarin de activiteiten op het gebied van milieu-educatie waren opgenomen.
Het milieucentrum voerde een eigen logo: een gestileerde versie van de Zwolse anjer. Deze symboliseerde niet alleen Zwolle en de natuur, maar door de vele blaadjes ook de vele partners in het educatieve werk. De vrijwilligersorganisatie Stichting de Nooterhof voerde een niet gestileerde Zwolse anjer als logo.
In 1996 sloot het milieucentrum de poorten in verband met de voorbereiding van de overgang naar themapark Ecodrome. In dat themapark ging ook Natuurmuseum West-Overijssel op.
De herbestemming van het terrein van het milieucentrum was in 1996 onderwerp van het eerste Zwolse referendum. Het onderhoud werd overgenomen door vrijwilligers van de Stichting Milieuraad Zwolle. In 2009 opende Doepark Nooterhof, een samenwerking van Milieuraad en Landstede, de poorten.
Beroepskrachten (overzicht is niet volledig)
Boomfeestdag Zwolle
Jeugdtuinen Zwolle
Tentoonstellingen
Commissie Jeugd en Natuur / Stichting De Nooterhof
Overlegorgaan Milieuzaken

Kenmerken

Datering:
1955 - 1996
Voorwaarden voor raadpleging en gebruik:
Het archief is openbaar.
Toegang:
mw. J. Groeneweg en dhr. T. Venselaar, Stichting Milieucentrum ‘De Nooterhof’ te Zwolle, 1955 - 1996, Zwolle (2016).
Categorie: