Uw zoekacties: Gemeenschappelijke Technische Dienst (GTD) Abbekerk, 1952-1978

1765 Gemeenschappelijke Technische Dienst (GTD) Abbekerk, 1952-1978 ( Westfries Archief )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
1. Geschiedenis van de organisatie
1765 Gemeenschappelijke Technische Dienst (GTD) Abbekerk, 1952-1978
Inleiding
1.
Geschiedenis van de organisatie
Organisatie: Westfries Archief
Inleiding

Het toezicht op bouwen en wonen in de gemeenten Abbekerk, Midwoud en Opperdoes was in 1948 opgedragen aan J. Dammes. Dammes vervulde in zijn woonplaats Twisk de betrekking van gemeente-ontvanger. Bovendien was hij kassier van de Boerenleenbank. Geen wonder dat hij voor het bouw- en woningtoezicht weinig tijd overhield. Zijn aanstaande pensionering leek een geschikt moment om in samenwerking met andere gemeenten tot betere uitvoering van het toezicht te komen. In Twisk en Sijbekarspel was het toezicht opgedragen aan timmerman-aannemer V. Bobeldijk. Ook hij hield voor die nevenfunctie door drukke werkzaamheden in zijn bedrijf weinig tijd over. De vijf genoemde gemeenten besloten te gaan samenwerken.
In 1949 was de concept-regeling voor een gemeenschappelijke technische dienst gereed. Vier gemeenten gingen akkoord met het concept, maar Sijbekarspel maakte op drie punten bezwaar. Vooral de financiële gevolgen vond de gemeente onacceptabel. De regeling voorzag in verdeling van de kosten naar rato van het aantal inwoners. Sijbekarspel was de grootste van de beoogde deelnemers. De gemeente telde 1488 inwoners, de kleinste, Twisk, slechts 810. Sijbekarspel wilde dat de kosten gelijkelijk door de vijf deelnemers werden gedragen. Toen langdurig overleg vruchteloos bleef, lieten Gedeputeerde Staten weten dat ze Hare Majesteit de Koningin zouden verzoeken de gemeenten Abbekerk, Midwoud, Opperdoes, Sijbekarspel en Twisk de verplichting op te leggen om gezamenlijk het toezicht te regelen zoals bedoeld in artikel 13 van de Woningwet. Maar Sijbekarspel legde ook het Koninklijk Besluit dat hierop volgde (van 19 april 1951 nummer 8) naast zich neer. De gemeente was alleen bereid aan de totstandkoming van een gemeenschappelijke regeling mee te werken als de kosten lager zouden uitvallen. Ze stelde daarom voor om een zesde gemeente, Nibbixwoud, te vragen eveneens deel te nemen. Al snel bleek dat die gemeente daartoe niet bereid was.
Opnieuw dreigde een impasse maar nu greep de provincie in. Gedeputeerde Staten concludeerden dat niet was voldaan aan het gestelde in het Koninklijk Besluit zodat de gemeenschappelijke regeling op grond van artikel 13 lid 2 van de Woningwet nu door hun college diende te worden vastgesteld. Dat gebeurde bij beschikking van 23 april 1952 nummer 9. De gemeente Abbekerk werd aangewezen als centrum-gemeente. De officiële naam luidde Gemeenschappelijke regeling van het bouw- en woningtoezicht en de dienst van gemeentewerken in de gemeenten Abbekerk, Midwoud, Opperdoes, Sijbekarspel en Twisk.

In 1969 is de gemeenschappelijke regeling door een andere vervangen en is de naam gewijzigd in Technische Dienst der gemeenten Abbekerk, Midwoud, Opperdoes, Sijbekarspel en Twisk. Een belangrijke reden voor die wijziging was dat de oude regeling geen rechtspersoonlijkheid bezat, wat het onmogelijk maakte om op rechtsgeldige wijze krachtens de nieuwe Woningwet vereiste instructies voor de ambtenaren van het bouw- en woningtoezicht vast te stellen. Bovendien eiste transparantie van het financiële beheer dat de boekhouding van de dienst werd losgemaakt van de gemeenterekening van Abbekerk en in handen werd gelegd van een administrateur. De derde reden was dat Abbekerk ontlast wenste te worden van administratieve werkzaamheden voor de dienst waarvoor ze nooit enige vergoeding had ontvangen.
In december 1972 liet Opperdoes weten dat de raad had besloten om per 1-1-1974 uit de gemeenschappelijke regeling te treden. Het achtte de kosten voor een kleine gemeente als Opperdoes dermate hoog dat ze niet opwogen tegen de diensten die er tegenover stonden. Gedeputeerde Staten weigerden echter het betreffende raadsbesluit goed te keuren. Uittreding van één deelnemer zou de anderen ernstig duperen omdat de kosten voor hen op een onverantwoorde wijze zouden toenemen. Bovendien kon Opperdoes niet overtuigend aantonen dat aansluiting bij de dienst gemeentewerken van Medemblik voor de gemeente voordeliger zou uitwerken. Op de achtergrond speelde tevens mee dat in die jaren steeds sterker de behoefte tot schaalvergroting werd gevoeld. Samenvoeging van gemeenten was op termijn onvermijdelijk. Tot die tijd wilden Gedeputeerde Staten geen veranderingen die de onderlinge samenwerking in gevaar brachten. De Gemeenschappelijke Technische Dienst is bij de gemeentelijke herindeling van 1-1-1979 opgeheven.

Het archief.

Bepalingen omtrent het beheer van het archief zijn pas in de gemeenschappelijke regeling van 1969 opgenomen. (Artikel 13 lid 2: "Ten aanzien van de archiefbescheiden van het orgaan zijn de voorschriften omtrent de zorg, de bewaring en het beheer der archiefbescheiden, alsmede die omtrent het toezicht daarop, zoals die voor de gemeente Abbekerk zijn of nader zullen worden vastgesteld, van overeenkomstige toepassing"). Ongetwijfeld was de opname van deze bepaling het gevolg van het van kracht worden in 1968 van het op de Archiefwet 1962 gebaseerde Archiefbesluit. In de gemeenschappelijke regeling van 1952 was omtrent zorg voor of beheer van het archief niets geregeld. Dat het ontbreken van voorschriften terzake de informatieve waarde van het archief in de loop der jaren sterk had verminderd, moge blijken uit het volgende.
Reeds in mei 1958 pleitte de directeur in een rapport aan het bestuur voor het aantrekken van een technische kracht die zich tevens met "werkzaamheden van algemene aard" zou bezighouden. Onder diens toezicht zou een "typiste voor tenminste drie dagen per week alle voorkomende administratieve werkzaamheden moeten verrichten". Het advies werd niet opgevolgd. Personele uitbreiding van een tweetal technische afdelingen vond wél plaats omdat anders de primaire taken in de knel kwamen. In december 1964 klaagde de directeur opnieuw bij het bestuur. Het archief was nu volkomen vastgelopen doordat geen goede en consequente dossiervorming had plaatsgevonden. "Was de toegankelijkheid van het archief aanvankelijk nog redelijk, mede als gevolg van het zich kunnen herinneren waar bepaalde stukken zijn opgeborgen, thans is de omvang te groot geworden en is er bovendien niemand meer bij de dienst werkzaam die er vanaf den beginne aan verbonden is, zodat men geheel van het systeem afhankelijk is". Het systeem mocht dan in theorie werken, nu kreeg men de rekening gepresenteerd van de langdurige verwaarlozing. Opnieuw echter schoof het bestuur de beslissing over het voorstel om de personele bezetting van de administratie uit te breiden voor zich uit. Oplossing van de noodsituatie kwam uiteindelijk niet door ingrijpen van het bestuur maar was het gevolg van de situatie ter plaatse. In het voorjaar van 1966 rapporteerde de directeur dat de administratieve kracht, die door ziekte veel verzuimde, assistentie had gekregen. Door die hulp was er "tijd geweest om het archief uit te zoeken en de stapels onafgedane stukken eindelijk op te bergen. Verder zijn de tekeningen die willekeurig in kokers waren opgeborgen eruit gehaald en op volgorde gelegd".
Of de vermelding in de gemeenschappelijke regeling van voorschriften ten aanzien van het archiefbeheer de situatie na 1969 werkelijk heeft verbeterd, mag men overigens betwijfelen. Dezelfde voorschriften golden eveneens voor de secretarie van de gemeente Abbekerk en ook daar bestonden ernstige achterstanden in het archiefbeheer. In 1971 gaven burgemeester en wethouders opdracht aan het bureau voor Organisatie, Documentatie, Registratie en Personeelsbeheer om het archief van de secretarie op te schonen, te saneren en de achterstand in het opbergen van de stukken in te lopen. In de opdracht daartoe is niets vermeld over werkzaamheden in het archief van de Technische Dienst. En dat terwijl de zorg daarvoor zoals gezegd bij de gemeente Abbekerk berustte. De veronderstelling ligt voor de hand dat het tot 1979 bij de Technische Dienst aan professionele archiefzorg heeft ontbroken. En tevens dat er tot de opheffing van de dienst geen sprake is geweest van regelmatige vernietiging van daarvoor in aanmerking komende archiefbescheiden of van strikte zaaksgewijze dossiervorming.
Na de opheffing van de gemeenschappelijke regeling per 1-1-1979 zijn de werkzaamheden van de dienst aanvankelijk onder de naam Gemeentewerken Noorder-Koggenland voortgezet. Alle vijf in de gemeenschappelijke regeling samenwerkende gemeenten vormden immers vanaf genoemde datum samen de nieuwe gemeente Noorder-Koggenland. Pas veel later, in december 2000, zijn de secretarie-archieven van de vijf gemeenten en ook het archief van de Technische Dienst geïnventariseerd. Daarbij zijn projectdossiers uit het archief van de Technische Dienst vergeleken en deels samengevoegd met de dossiers betreffende dezelfde zaken die zich in de secretarie-archieven bevonden. Dubbele stukken zijn vernietigd. Dit is de reden dat de inventaris van de Technische Dienst 1952-1978 voornamelijk stukken bevat inzake het bestuur en het uitvoerend organisme en, behalve tekeningen, slechts weinig over de taakuitvoering.
Ook tijdens de laatste bewerking, waarvan de voorliggende inventaris het resultaat is, zijn nog eens zes dossiers voor vernietiging geselecteerd.
Tenslotte nog enkele opmerkingen over de inventarisatie. Deze vond in maart 2008 plaats bij het Westfries Archief in Hoorn. Daarbij is gebruik gemaakt van het databaseprogramma Mais-Flexis. De tekeningen, die eveneens deel uitmaken van het archief, zijn geïnventariseerd met behulp van het databaseprogramma Filemaker. In de laatste database is volledigheidshalve niet alleen het huidige nummer maar tevens het oorspronkelijke nummer vermeld. Aan dat oude nummer gaat steeds de beginletter van de gemeentenaam (A, M, O, S, of T) vooraf zodat direct zichtbaar is op welke gemeente de tekening betrekking heeft.
Ten aanzien van de datering van de technische tekeningen kan nog worden opgemerkt dat ervoor is gekozen om alle tekeningen als één bestand te beschrijven. Een beperkt aantal dateert echter van voor de totstandkoming van de gemeenschappelijke regeling (1952), de oudste zelfs uit 1931. Ook zijn in het bestand twee tekeningen opgenomen die niet door de Technische Dienst maar door het kadaster zijn vervaardigd. De totale omvang van het archief van de Technische Dienst bedraagt vier strekkende meter.

Hoorn, maart 2008
Pim Brieffies.
2. Geschiedenis van de archiefvorming
3. Verantwoording van de inventarisatie
4. Geraadpleegde bronnen
5. Geraadpleegde literatuur
6. Lijst van functionarissen

Kenmerken

Datering:
1952-1978
Datering:
1952-1978
Plaats:
Abbekerk
Soort archief:
Overheid
Omvang:
2880 mm
Raadpleegbaar:
ja
Openbaar:
Ja
Auteur:
W. Brieffies (2008)