Uw zoekacties: Gemeentebestuur Enkhuizen *, 1922-1979

1325 Gemeentebestuur Enkhuizen *, 1922-1979 ( Westfries Archief )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Geschiedenis van de organisatie
1325 Gemeentebestuur Enkhuizen *, 1922-1979
Inleiding
Geschiedenis van de organisatie
Organisatie: Westfries Archief
A. Samenstelling raad en het College van Burgemeester en Wethouders
In de periode 1922-1940 had de raad steeds een omvang van 13 leden. Door de groei van het aantal inwoners bestond de nieuwe raad na de oorlog uit 15 personen. Ook in deze gemeente kwam de raad vanaf juni 1941 niet meer bijeen tot de eerste bijeenkomst van de tijdelijke gemeenteraad op 30 oktober 1945. Vanaf deze periode was de burgemeester de enige bestuurder van de gemeente hoewel de wethouders wel in functie bleven. In de periode mei-september 1945 functioneerde ter ondersteuning van de burgemeester wel een uit 6 personen samengestelde commissie van advies. Het belangrijkste besluit waar deze commissie aan had meegewerkt de samenstelling van een kiescollege voor de verkiezingen van een tijdelijke gemeenteraad in Enkhuizen. De leden van het kiescollege speelden een rol bij het samenstellen van de kandidatenlijsten voor de verkiezing van de tijdelijke gemeenteraad. De in oktober 1945 ingestelde tijdelijke gemeenteraad bestond uit 15 leden. Aparte verkiezingen waren er niet voor gehouden, omdat het aantal kandidaten gelijk was aan het aantal beschikbare plaatsen.
Het College van Burgemeester en Wethouders bestond gedurende de gehele periode uit de
burgemeester en twee wethouders.
B. Organisatiestructuur
In 1922 bestond de organisatie van de gemeente Enkhuizen naast de secretarie uit een zestal
diensten en bedrijven (Gasbedrijf, Elektriciteitsbedrijf, Visafslag, Reinigingsdienst, Gemeentelijke Visafslag, Gemeentelijke Fruittuin). Daarnaast was er in Enkhuizen nog een Algemeen Armbestuur. Het Gasbedrijf was in 1912 opgericht en bestond tot 1969, waarna het opging in het Gemeenschappelijk Gasbedrijf Noord-Holland Noord1. Zelf had het Gasbedrijf in 1925 het Gasbedrijf Bovenkarspel overgenomen *  .
De directeur van het Gasbedrijf was ook directeur van het Elektriciteitsbedrijf. Dit bedrijf bestond vanaf het moment dat de elektrificatie in Enkhuizen ter hand genomen werd (3 september 1919). Ook de boekhouder van het bedrijf was dezelfde als die van het Gasbedrijf *  .
Met ingang van 1 januari 1935 werd het elektriciteitsnet en het bedrijf verkocht en overgedaan aan het Provinciaal Elektriciteitsbedrijf Noord-Holland (P.E.N.) *  .
In 1901 werd er een gemeenteraadscommissie ingesteld om te zoeken naar de mogelijkheden om een reinigingsdienst op te richten. Het duurde tot 1913 voordat de Reinigingsdienstdaadwerkelijk ingesteld werd *  . In maart 1939 werd een organisatieverandering doorgevoerd waarna de Reinigingsdienst deel ging uitmaken van de Dienst Gemeentewerken, maar wel als aparte tak van dienst bleef bestaan. In 1972 werd de Reinigingsdienst als tak van dienst opgeheven * 
De Gemeentelijke Visafslag was al ingesteld in 1907 en bestaat nog steeds.
De Gemeentelijke Fruittuin bestond als dienst van 1919 tot 1937. Zij was belast met de exploitatie van fruitbomen op gemeentegrond aan de Kuipersdijk. In de begrotingsvergadering van 20 april 1936 werd besloten om met ingang van 1 januari 1937 te stoppen met de exploitatie van de fruittuinen; de gronden werden vervolgens verhuurd aan
derden totdat de grond in de jaren 50 nodig was voor woningbouw.
Na veel overleg werd in de raadsvergadering van 20 november 1922 besloten tot de instelling van een Ophaal- en Stortingsdienst voor de belastingen. Drie jaar later, in 1925, werden de taken uitgebreid met de meteropname en inning der gelden ten behoeve van het gas- en elektriciteitsbedrijf. Als gevolg van dit besluit werden de twee bodes bij het gasbedrijf en het elektriciteitsbedrijf ontslagen. Door verminderde inkomsten werd besloten om in 1942 de Ophaal- en Stortingsdienst op te heffen. * 
Op 1 juli 1924 werd van zowel de stichting ‘Verbetering Volkshuisvesting’ als de stichting ‘Patrimonium’ woningen gebouwd met rijkssteun in beheer overgenomen en ondergebracht in het Woningbedrijf. Het beheer werd opgedragen aan de commissie van toezicht voor het Woningbedrijf. Voor het dagelijkse beheer werd de heer A. Bayle aangewezen. Vanaf 1940 werd de zorg voor klein onderhoud en dagelijks beheer ondergebracht bij de dienst Gemeentewerken. In de raadsvergadering van 24 juni 1974 nam de raad de beslissing om vrijwel het gehele gemeentelijke woningbezit over te dragen aan de nieuwe woningstichting (Woningbouwvereniging Enkhuizen) die per 1 januari 1975 zou ontstaan uit de fusie van de
Stichting ‘Volkshuisvesting’ en de Protestante Christelijke woningbouwvereniging ‘Onze woning’. De fusie werd pas een feit op 12 juni 1975. Het gemeentelijke woningbezit werd op 31 dec 1975 overgedragen aan de nieuwe woningstichting. De juridische overdracht vond op
8 dec 1976 plaats *  . Het beheer van onder andere een complex van 50 woningen in het Snouck van Loosenpark bleef in handen van de gemeente. Bij raadsbesluit van 8 dec 1997 werden de resterende woningen aan de Stichting Verantwoord Wonen (SVW) te Nieuwekerk aan de IJssel overgedragen en het woningbedrijf formeel opgeheven *  .
Bij de benoeming van de nieuwe directeur in 1936 wordt pas gesproken van de Dienst Gemeentewerken. Echter van de jaren 1870 wordt er gesproken over een gemeenteopzichter en vanaf de jaren 1910 over de gemeentearchitect. Deze laatste gaf leiding aan een aantal werklieden die zich bezig hield met het beheer van de gemeente-eigendommen. Formeel is er echter geen instellingsbesluit voor de Dienst Gemeentewerken geweest.
Al vanaf de jaren 1850 was er in de gemeente Enkhuizen een Algemeen Armbestuur belast met de armenzorg. In 1951 vond er een reorganisatie plaats van de armenzorg, waarbij het armbestuur werd vervangen door een Instelling voor Sociale Zorg en een Dienst voor Sociale Zaken, die zich diende bezig te houden met de taken:
1. Alle arbeid, welke nodig is voor de vervulling van de taak van de Instelling voor Sociale Zorg deze Gemeente
2. Alle arbeid, welke nodig is voor de vervulling van de sociale taak der gemeenten, buiten die bedoeld onder A voor zover deze arbeid niet aan anderen is opgedragen *  .
In 1964 wordt besloten om de instelling voor sociale zorg op te heffen op de dag dat de Algemene Bijstandwet van kracht werd en het vermogen over te dragen aan de Dienst voor Sociale Zaken van de gemeente * 
In 1939 werd er een distributiedienst voor de gemeenten Enkhuizen, Andijk, Bovenkarspel en Grootebroek in het leven geroepen, waarbij Enkhuizen als centrumgemeente werd aangewezen. In eerste instantie wilde de Gemeente Enkhuizen deze dienst aanwijzen als een aparte tak van dienst, maar na bezwaar van GS van Noord-Holland werd het genomen raadsbesluit van 27 nov 1939 in de vergadering van 1 april 1940 weer ingetrokken *  .
In 1948 werd de Distributiekring Medemblik aan de distributiedienst toegevoegd. Half 1949 werd echter besloten het personeelsbestand van de distributiekring Enkhuizen teruggebracht naar 2 medewerkers *  . In 1963 werd er een nieuwe gemeenschappelijke regeling vastgesteld, die pas in 1989 ingetrokken werd toen er een distributiekring voor Westfriesland-oost werd ingesteld. * 
Een andere gemeenschappelijke regeling waarvan Enkhuizen de centrumgemeente was de Keuringsdienst van Vee en Vlees, kring Enkhuizen. Deze was ingesteld bij raadsbesluit van 23 juni 1922 *  . De heer P.J. Hilarides was vanaf het begin verbonden aan deze dienst als directeur. In 1964 nam hij afscheid als directeur en werden ook de Keuringsdienst Kring Enkhuizen en
die van de Kring Hoorn in een gemeenschappelijke regeling opgenomen waarbij het dagelijkse beheer in handen kwam van de directeur van de kring Hoorn. Er werden tot 1979 wel afzonderlijke jaarverslagen uitgebracht.VNOOT>archief Gemeente Enkhuizen, 1922-1979, inv.nr 1376, jaarverslag 1964 In 1985 werd de gemeenschappelijke regeling ingetrokken omdat de keuringsdienst per januari 1985 was ingebracht bij de rijksdienst voor de keuring van vee en vlees.
Binnen de Gemeente Enkhuizen waren ook een aantal commissies actief. Het merendeel betrof commissies van toezicht op een bepaalde dienst of bedrijf. Een aparte commissie was echter de plaatselijke schoolcommissie. Deze is ingesteld in 1863. In 1884 wordt de naam gewijzigd in ‘Commissie van toezicht op het lager onderwijs’. Door de invoering van de wet op het Lager Onderwijs in 1921 veranderde de taak van de commissie en werd er een geheel nieuwe commissie benoemd. Onduidelijk is echter wanneer de commissie is opgeheven. Het laatste benoemingsbesluit is van 1965 *  , terwijl toen ook nog schoolbezoeken zijn gedaan. In latere jaren is er niets te vinden van benoeming van leden.
Geschiedenis van de archiefvorming
Verantwoording van de inventarisatie
Geraadpleegde bronnen
Geraadpleegde literatuur
Lijst van functionarissen

Kenmerken

Datering:
1922-1979
Datering:
1922-1979
Plaats:
Enkhuizen
Soort archief:
overheid
Omvang:
92380 mm
Raadpleegbaar:
ja
Openbaar:
Openbaarheid beperkt
Auteur:
A. Galiart (2005 en 2022)