In 1851 kwam de eerste Gemeentewet tot stand. Op grond van deze wet werd het bestuur in alle steden en dorpen op uniforme wijze ingericht, hetgeen voorheen niet overal het geval was. Dat gebeurde ook in de gemeente Molenaarsgraaf. Deze wet bepaalde ook dat het gemeentebestuur werd bijgestaan door de gemeentesecretaris. Die ambtelijke functie was weliswaar niet nieuw, maar kreeg in 1851 wel een wettelijke status. Of de gemeentesecretaris in de beginperiode zijn werk alleen deed, is niet bekend. Mogelijk kon hij van meet af aan rekenen op de assistentie van een of meer onder zijn leiding werkende medewerkers. Die waren in dat geval organisatorisch ondergebracht in wat gaandeweg na 1851 de gemeentesecretarie of kortweg de secretarie ging heten.
Lange tijd beschikte de gemeente niet over een eigen gemeentehuis als apart onderkomen voor de gemeenteraad en de secretarie. Uit het oud-archief van de gemeente Molenaarsgraaf blijkt dat in ieder geval in de periode 1867-1900 een geschikte lokaliteit in particuliere woningen werd gehuurd als vergaderzaal voor de gemeenteraad, tevens als onderkomen voor de secretarie. In 1919 evenwel werd een gedeelte van een schuur gehuurd om de gemeentesecretarie te huisvesten. Voor langere tijd, want de in verband daarmee noodzakelijke verbouwing kwam voor rekening van de particuliere eigenaar. De verbouwingskosten zullen wel in de huurprijs zijn verdisconteerd.
In de loop van de 20e eeuw gingen de gemeentesecretarieën naast het uitvoeren van administratieve taken in toenemende mate ook beleidsondersteuning bieden, afhankelijk van de grootte van de gemeente en de aard en omvang van de uit te voeren gemeentelijke taken.

De op 1 januari 1986 ontstane nieuwe gemeente Graafstroom, waarin de gemeente Molenaarsgraaf opging, had uiteraard ook een gemeentesecretarie o.l.v. de gemeentesecretaris.