Uw zoekacties: Regesten

Regesten ( Historisch Centrum Limburg, te Maastricht )

beacon
90  regesten
sorteren op:
 
 
 
 
Regesten
Regest
50 1471 juni 27
"Gegeven in 't jaer ons Heeren duysent vierhondert ein ende seventich des neisten donnersdagen nae sente Johan Baptistadach tot midsomer".

Gijsbert van Bronckhorst, heer te Batenburg en te Hartholt, Hendrick van Bylandt, ridder, afgevaardigden van het kwartier van Nijmegen, burgemeester, schepenen en raad der stad Nijmegen, mede namens Tiel, Zaltbommel, Buren, Gendt en Maasbommel, Gijsbert heer te Bronkhorst en Borculo, Oswalt, heer te Bergh, afgevaardigden van het kwartier van Zutphen, burgemeester, schepenen en raad der stad Zutphen mede namens Doesburg, Doetinchem, Lochem en Groenlo, Gijsbert van Wisch en Wynant van Arnhem, ridder, heer te Leembeck, afgevaardigden van het kwartier van Arnhem, burgemeester, schepenen en raad der stad Arnhem mede namens Harderwijk, Wageningen, Hattem en Elburg, verklaren, dat, wanneer iemand in strijd met het leen-, stad- of dijkrecht wordt lastig gevallen de drie hoofdsteden gezamenlijk, indien nodig met bijstand van de afgevaardigden van bannerheren en ridderschap, stappen zullen doen om aan het onrecht een einde te maken. Wanneer de landsheer op andere dan gewone wijze schatting int, zullen zij niet met de landsheer samenwerken, voordat de ongewone inningswijze is afgeschaft en aan de benadeelde de schade is vergoed
Datering:
1471 juni 27
Notabene:
Zeventiende eeuws afschrift op papier, inv. nr. 501, f. 26-27v en achttiende eeuws handschrift op papier, inv. nr. 1338. De akte is afgedrukt in: Nijhoff, Gedenkwaardigheden IV, p. 448-449
 
 
 
 
 
Regesten
Regest
49 1467 augustus 6
"in den jaer ons Heren duysent vierhondert seven ende sestigh des donnerstaghs post Stephan inventionis".

Adolf, hertog van gelder en Gulik en graaf van Zutphen, verklaart op verzoek van Johan van Holtmolen, dat uit de leenregisters blijkt, dat Johan door de vorige hertog beleend is met de heerlijkheid Tegelen en het goed Holtmeulen met hun toebehoren en dat ook diens vader Ott van Holtmolen in 1402 net deze goederen werd beleend, zoals blijkt uit een aantekening in het leenregister, waarvan hij een afschrift geeft
 
 
 
 
 
Regesten
Regest
48 1466 januari 13
"Gegeven in den jaere ons Heeren dusent vierhondert sess ind tsestich op sinte Ponnenavent".

Adolf, hertog van Gelder en Gulik en graaf van Zutphen, verklaart aan de inwoners van het land stroomopwaarts van de Niers aan beide zijden van de Maas gelegen met uitzondering van het land van Montfort en Erkelenz een landrecht gegeven te hebben
Datering:
1466 januari 13
Notabene:
Zeventiende eeuws afschrift op papier, inv. nr. 501, f. 43v-44v en achttiende eeuws afschrift op papier, inv. nr. 1338. Een regest van deze akte bevindt zich in: Janssen de Limpens, Rechtsbronnen, p.430-431
 
 
 
 
 
Regesten
Regest
47 1455 oktober 28
"In den jaer ons Heeren duysent vierhundert vijff ende vijftich op sint Simon und Judedach".

Arnold, hertog van Gelder en Gulik en graaf van Zutphen, verklaart, dat nu het ambt van ambtman van Straelen is toegevallen aan Johan van Hemberch, ridder, en Engelbrecht van Brempt, hij met Engelbrecht van Brempt is overeengekomen, dat de laatstgenoemde de helft van het ambtmanschap voor ten hoogste driehonderd Rijnse guldens kan inlossen