833273 Afbeelding van een kunststof plaquette met een gedicht van Bertus Jonkers, aan de muur van de stallen in de tuin van het Centraal Museum (Agnietenstraat 1) te Utrecht.

N.B. De tekst van het gedicht luidt:
'Ik zag twee / prachtige tuinen / Je kon er in spelen / zoals een kind speelt / met schelpen, zand en grint'.

833431 Afbeelding van enkele tekstregels van zanger Daniël Lohues op de zijgevel van het pand Adelaarstraat 3 te Utrecht, geschilderd door Rob Heerdink.

833239 Afbeelding van een tekst van de Utrechtse schrijver C.C.S. Crone (1914-1951), geschilderd in een blind raam op de zijgevel van het St. Gregoriuscollege (Van Asch van Wijckskade 20) bij de Begijnekade te Utrecht.

N.B. De tekst luidt:
'Het werd een kille avond met een kring van nevel om de maan. / Bij de Begijnekade stond een troepje heilsoldaten God te loven / en ze haastten zich voorzeker niet; / tot op de Wittevrouwensingel klonk hun zalvend lied haar in de oren.'

833272 Afbeelding van enkele dichtregels van Jacob Cats (1577-1660), geschilderd op een tuinmuur aan de Jacob Catsstraat tussen de Huygensstraat en P.C. Hooftstraat te Utrecht. De dichtregels zijn in meerdere talen uitgevoerd.

N.B. De tekst van de dichtregels luidt:
'Hoe het in de werelt gaet? / Sie! die sal het kunnen lesen / In het beeldt dat voor hem staet'
De schildering maakt deel uit van het project 'Dichter bij Huis', uitgevoerd door het bureau 'de Ruimte-ontwerpers' en enkele bewoners van de Dichterswijk.

833238 Afbeelding (collage) van de twee hekpalen met daarop bijbelteksten, bij de ingang van de 1e Algemene Begraafplaats Soestbergen (Gansstraat) te Utrecht.

N.B. De teksten luiden:
links: 'DE DAGEN DES MENSCHEN ZIJN ALS HET GRAS GELIJK EEN BLOEM DES VELDS AL ZOO BLOEIT HIJ'
rechts: 'GOD ZAL DEGENEN DIE ONTSLAPEN ZIJN IN JEZUS WEDER BRENGEN MET HEM'

833271 Afbeelding van de eerste strofe van het gedicht 'Ik schouw de werelt aan’ van P.C. Hooft (1581-1647), geschilderd op een tuinmuur aan de Jacob Catsstraat tussen de Huygensstraat en P.C. Hooftstraat te Utrecht. De dichtregels zijn in meerdere talen uitgevoerd.

N.B. De tekst van de dichtregels luidt:
'Ik schouw de werelt aan / En naar gewoonte gaan, / Zie ik, vast alle dingen; / Zij zijn dan groot of kleen; / Maar ik helaas alleen / Blijf vol veranderingen.'
De schildering maakt deel uit van het project 'Dichter bij Huis', uitgevoerd door het bureau 'de Ruimte-ontwerpers' en enkele bewoners van de Dichterswijk.

833237 Afbeelding van de gedenksteen met enkele regels van de schrijfster Clare Lennart (1899-1972) over het 'Klaaskerkhof', tegen de gevel van de Nicolaïkerk (Nicolaaskerkhof) te Utrecht.

N.B. De tekst van de regels luidt:
'De vroomheid, de schoonheid, de jeugd, de dood, / de waanzin en de ouderdom troffen hier te zamen'
Clare Lennart woonde vanaf 1926 tot haar dood in Utrecht.

833270 Afbeelding van een gedicht, geschilderd op een tuinmuur naast het pand Jacob Catsstraat 8 te Utrecht. Het gedicht is in meerdere talen uitgebeeld.

N.B. De tekst van het gedicht luidt:
'Waar was ik daar, en wie en wat? / Waar ben ik nu, en wat en wie? / Welke is de waarheid, dit of dat, / Of dat ik zag of dat ik zie?'.
De schildering maakt deel uit van het project 'Dichter bij Huis', uitgevoerd door het bureau 'de Ruimte-ontwerpers' en enkele bewoners van de Dichterswijk.

833236 Afbeelding van de gevelsteen met de tekst 'DE LETTER LEEFT WAAR DEN DAAS HET PAPIER KUST', boven een poortje tussen de panden Oude Kamp 3-5 te Utrecht.

N.B. De steen verwijst naar drukkerij Den Daas, die hier tot 1998 gevestigd was en is in 1999 gemaakt door Koos Boomstra en Tsjerk Holtrop.

833235 Afbeelding van de plaquette met daarop de beginregels van het gedicht 'Utrecht' van Hendrik Marsman (1899-1940) op de gevel van het pand Domstraat 50-58 bij de Voetiusstraat te Utrecht.

N.B. De tekst van beginregels luidt:
'Geen stijl, maar des te meer karakter heeft de stad, / een harde en benepen eigenzinnigheid, / die zich de maat van alle dingen waant…'

833234 Afbeelding van enkele dichtregels van Isaäc da Costa (1798-1860) op het linker cartouche op de luchtbrug tussen Hoofdgebouw I (HGB I) en Hoofdgebouw II (HGB II) van de NS aan het Moreelsepark te Utrecht.

N.B. De tekst van de dichtregels luidt:
'EEN NIEUWE LOOPKRING IS VOOR HEEL DEZE AARD BEGONNEN! / UIT KOOL- EN YZERMYN ONTSPRONGEN HAAR DE BRONNEN / VAN SNELHEID, MACHT, EN LICHT. / EEN ZELFDE STOOMKRACHT VAART / SLEEPT HEEL ONS MENSCHDOM VOORT EN EFFENT HEEL ONZE AARD.'
Het betreft strofen uit het 546 regels tellende gedicht 'Vijfentwintig jaren - Een lied in 1840'.

833301 Afbeelding van de gedenksteen in de korenmolen Rijn en Zon (Adelaarstraat 30) te Utrecht, ter herinnering aan de verplaatsing van de molen in 1913 van het Paardenveld naar de Adelaarstraat.

N.B. De tekst op de gedenksteen luidt:
'ANNO 1913 / DE RIJN EN ZON EEN ZUIVER BRON / MET WARMTESTRALEN. / TOT UTRECHTS PRONK BELOFTE SCHONK / OM WEL TE MALEN. / GESTICHT DOOR J. KORENVAAR. / M.J. Bv. BOUWKUNDIGE H. v.d. L. & C. STUKADOOR'.

833233 Afbeelding van enkele dichtregels van Isaäc da Costa (1798-1860) op het linker cartouche op de luchtbrug tussen Hoofdgebouw I (HGB I) en Hoofdgebouw II (HGB II) van de NS aan het Moreelsepark te Utrecht.

N.B. De tekst van de dichtregels luidt:
'ZIE LANGS ZYN TWEELINGSLYN DIEN FELLEN SALAMANDER! / VUUR SIST UIT ZYN BUIK, DIE RAMMELT OVER DE AARD. / HIJ VOERT BEVOLINGEN EN LEGERS IN ZYN STAART. / METALEN TENTEN DIE MET BLIKSEMENDE WIELEN / WAT STAND HOUDT, WAAR HY SCHREEUWT, VERPLETTREN EN VERNIELEN. / HY RUNT, HY VLIEGT, HY RUKT, VERWATEN EN VERWOED / AFGRONDEN IN ’T GEZICHT EN BERGEN TE GEMOET.'
Het betreft strofen uit het 546 regels tellende gedicht 'Vijfentwintig jaren - Een lied in 1840'.

832536 Gezicht in de Heycopstraat te Utrecht, met het SMS-gedicht van Ingmar Heytze op de hoek van het pand Heycopstraat 44. Rechts het café-restaurant De Branding (Croeselaan 303).

833232 Afbeelding van de bijbelteksten ter weerszijden van de toegang van de Nederlands Gereformeerde Jeruzalemkerk (Troosterlaan 65) te Utrecht.

833231 Afbeelding van een gedicht van Riccardo Alberelli op een stuk natuursteen bevestigd aan de voorgevel van het pand Molenstraat 13 te Utrecht.

N.B. De tekst van het gedicht luidt:
'O Utrecht / Droef dorp / Twee keer ademen / En al je ramen / Zijn beslagen'

833230 Afbeelding van het gedicht 'Hangplek' van Ine van Wijck op een goudkleurig paneeltje gemonteerd op het hek bij de voetbalkooi in het Griftpark te Utrecht.

N.B. De tekst van het gedicht luidt:
'HANGPLEK
de jongens op de brug gooien / schitterende blikjes in het park
meisjes met draaiende konten / kraaien voorbij / de jongens roepen wat naar ze / oo…
en leggen hun oortjes liefdevol / tegen hun telefoontjes / see you! / vijf uur morgen? / ja doei, dat krijg ik niet gecombied
woorden van los zand
in de sloot duwt een woerd / zijn vriendin onder water
gedoe is het: lente'

833297 Afbeelding van het gedicht 'Het Hanengeschrei' van de schrijver Kees Stip (1913-2001), in een houten lijst aan de noordzijde van het Hanengeschrei bij de Vismarkt te Utrecht.

N.B. De tekst van het gedicht luidt:
'Ik heb haar gezoend in het Hanengeschrei / Bij de automaat aan de Choorstraat / Terwijl ze garnalencroquetjes at / Of wat daar gewoonlijk voor doorgaat.
Er glommen lichtjes op haar lip / Van een eenzame oude lantaren / In de verte knarste de Zeistertram / En de avondwind woei door haar haren.
Ik zei tegen haar: 'Doe die lichtjes uit, / Anders sta ik niet meer voor mezelf in'. / En toen ze weer aangingen zette de Dom / het voorspel van kwart voor elf in.
Voor deze zoen mag de duivel mijn ziel, / En mijn lichaam de schillenboer halen. / Ik proefde de eeuwige zaligheid / En een klein beetje ook de garnalen.'

833263 Afbeelding van het beeld van een muze gemaakt door de Utrechtse edelsmid Leo Brom, aan de voorgevel van de Stadsschouwburg (Lucasbolwerk 24) te Utrecht.

N.B. Onder het beeld een tekst van de ontwerper van de schouwburg, de architect Willem Dudok (1884-1974) die luidt:
'O Kunst / die stygt uit 't dwærlend Leven / en aan der tyden nood / ontgaat…'.

833229 Afbeelding van het gedicht 'De Roeivlucht' van Peter le Nobel op een goudkleurig paneeltje gemonteerd op een hek bij een bruggetje over de Biltsche Grift in het Griftpark te Utrecht.

N.B. De tekst van het gedicht luidt:
'DE ROEIVLUCHT
Een bonte boot van kralenvlechten, gouden lokken, / krullig haar vaart door de Biltsche Grift / Geschater op het water opent even lome / ogen, liggend op het warme gras. / Maar plots verstomt de schuit. / De spanen hangen roerloos. / Slechts het ruisen van het water en de wind. / De boot gaat onverdroten door. Met pipse neusjes / zien zij daar: de grote, boze werkfabriek. / Gesteun klinkt uit de ramen. / Aan de grondvesten knaagt / graffiti, die mee had willen doen. / Zij roeien of hun leven er van afhangt, botsen / op de kant en rollen zo de speeltuin in.'

833262 Afbeelding van het schild met een Latijnse tekst, boven de ingang van het Bisschoppelijke Paleis (Maliebaan 40) te Utrecht.

N.B. De tekst luidt:
'UT COGNOSCANT TE' (‘Opdat zij U leren kennen’).

833296 Afbeelding van een tekst van de Utrechtse schrijver C.C.S. Crone (1914-1951), op het hekwerk bij de roltrap aan het Jaarbeursplein bij het Beatrixtheater te Utrecht.

N.B. De tekst luidt:
'en hoe verder hij ging / des te langer / was zijn terugweg'.

833261 Afbeelding van een gevelsteen met een Latijnse tekst in de voorgevel van het Academiegebouw (Domplein 29) te Utrecht.

N.B. De tekst luidt:
'NASCITUR EX VARIIS RADIIS LUX CANDIDA SOLIS / ARTIBUS EX VARIIS UNICA FAX RADIAT'
(‘Geboren wordt uit allerlei stralen het witte licht van de zon, / uit allerlei kunsten en wetenschappen straalt één enkele fakkel’).

833294 Afbeelding van een ‘gedichtenzuil’ van de beeldhouwster Britt Nelemans in de Tivolituin (tussen Kruisstraat en Mulderstraat) te Utrecht, met daarop een strofe uit het gedicht 'Phoenix' van Hendrik Marsman (1899-1940).

N.B. De tekst van de strofe luidt:
'HET NEST IS GOED MAAR HET HEELAL IS RUIMER'.

833228 Afbeelding van het gedicht 'Restaurant' van Jaap Schoo, op een natuurstenen plaquette in het trottoir bij het restaurant 'Griftpark 1' in het Griftpark te Utrecht.

N.B. De tekst van het gedicht luidt:
'RESTAURANT
ooit lagen hier de bergen kolengruis / en als de wind zijn draai weer had gevonden / dan stoof het erg en wijkbewoners vonden / een vette steenkolenaanslag in hun huis
de grote ronde gashouders markeerden / het aanzien van de Blauwkapelseweg / gelukkig kwam na jaren overleg / de ommekeer die velen zo begeerden
een prachtig sieraad voor de stad ontstond / op nieuwe grond en schoongewassen zand / en juist uit deze vaste ondergrond / verrees het mooiste park van Nederland / met pal daarin een gas(t)vrij restaurant / waar de bezoeker steeds met graagte strandt'