Uw zoekacties: Kranten

Kranten ( Regionaal Archief Dordrecht )

beacon
31  zoekresultaten
sorteren op:
 
 
 
 
DC_1912 De Dordrechtsche Courant, 1912
Erfgoedstuk
Krantenpagina
De Dordrechtsche Courant, 1912-06-13; p. 6
Naam krant:
De Dordrechtsche Courant
Datum:
1912-06-13
Jaargang:
1912
Pagina:
6
V ouw Roerdinkholder.
Uit ’s-Gravenhag‘e wordt ons gemeld: Vrouw Roerdinkholder was heden voor‘ den kantonrechter gedagvaard ter zake dat zij op 22 Maart l.l. den heer WÏ, ambtenaar van de Íflaagxsche Tramweg‘ Maatschappij, van de Prinsessegracht tot het Bezuidenhout had nageloopen en daardoor een volksoploop veroorzaakt, en bij gelegenheid een ‚groot slag‘ersmes bij zich had gedragen. Beklaagde verscheen, uitgedost met een witte en een paar roode strikken van linlt en de brochure „De Doofpot” op haar borst g‘e- speld. Haar man, met enkel rood op de borst g‘etooid, vergezelde haar en trad op als haar gemachtigde. Een buitengewoon talrijk pu- bliek had zich vóór het kantongerechtsge- bouw verzameld. Een beperkt aantal perso- nen kon op de publieke tribune worden toe- gelaten.
‚ ‚gezet 611 las hij een gedeelte uit een brief voor, dooi‘ dr. Boland namens den burge- meester aan vrouw Roerdinkholder‘ g‘eschi‘e- ven en waarvan de strekking zou zijnl een verzoek aan haar, om zich vrijwillig voor eei11g‘eii tijd in een krankzinnigengesticht te doen plaatsen. In dezen brief zagen Roer- dinkholder en zijn vrouw opnieuw een bie- wijs, dat het de overheid ei‘ om te doen scheen hen uit den weg te hebben, zoo ver- lzlaai-de hij. Ten slotte verklaarde gemach— tigde nlog, zich er over Verbaasd te hebben, dat deze zaak eerst thans werd berecht, bijna drie maanden na den datum van het gebeur- de. Hij vermoedde, dat dit verband hield met het zoeken van gelegenheid om bekl. op al- lerhande manier te kunnen vervolgen. _ De Ambtenaar vanì het Openbaar Ministe- rie, jhr. mi‘. Lunsingh Wichers, verklaarde, de vervolging wegens het dragen van een verboden wapen te hebben ingesteld om te doen uitmaken of hiei‘ van het di‘agen van een verboden wapen kon gesproken worden. Een mes als hier‘ gedragen, was niet spe- cizial in de wet genoemd, maar er was een vonnis van den kantonrechter te Hoogeveen van 1893, waarbij onder de toen gebleken omstandigheden het di‘ageii van zulk een. mes als het dragen van een verboden wapen is beschouivd. Intusschen waren hier vol- gens Z.E.A., na hetgeen hij van de getuige gehoord had te dezer zake, de omstandig‘he- den niet zoo sterk als in: het voor het kan- tongerecht te Hoogeveen behandelde ge- val. Mitsdien vorderde Z.E.A. vrijspraak van het in de tweede plaats ten laste gelegde. WVat overigens betreft de straf, die voor het veroorzaken van een volksoploop zou moe- ten worden opgelegd, wees de ambtenaar er op, dat volgens de verklaringen der ge- tuigen de beklaagde zich gemakkelijk uit den volksoploop had kunnen Verwijderen als ze gewild had; de politie zou haar geholpen hebben aan een uitweg. Maar het was haar ei‘ om te doen, den heer W. te volgen. Waar nu beklaagde en haar echtgenoot voortdu- rend toonîden zich niet aan de hun g
Gevonden alinea's: 3
Organisatie: Regionaal Archief Dordrecht
laatste wijziging 08-06-2015
1 gedigitaliseerd
 
 
 
 
 
DC_1912 De Dordrechtsche Courant, 1912
Erfgoedstuk
Krantenpagina
De Dordrechtsche Courant, 1912-06-15; p. 3
Naam krant:
De Dordrechtsche Courant
Datum:
1912-06-15
Jaargang:
1912
Pagina:
3
Een! protestvergadering. Uit ’s—Gravenhage wordt ons gemeld: Een „Comité van gerechtigheid”. aan vvelks hoofd de heer 1. I. Samson zich had gesteld, had gisteren avond een openbare vergadering bijeengeroepen in het Geheel- Onthouderskoffiehuis, met het doel herstel van grieven tegen justitie en politie voor twee personen, namelijk P. D. de Vries en den bekenden ex-portier Roerdinkholder. De heer De Vries verklaarde voor de stampvolle zaal, dat hij onschuldig was ver- oordeeld en wel wegens misdrijf tegen de zeden. Volgens dagvaarding en veroordee- ling, en dus volgens getuigenissen bij de be- handeling van het geding, zou het feit heb- ben plaats gehad „omstreeks Juli 1909”. lJverige nasporíngen tijdens ’s mans verblijf 111 de gevangenis en daarnàa, brachten aan ’t licht: 10. dat het feit. zoo het plaats had gevonden, op 2 Augustus 1908 was gebeurd: 20. dat het meisje, dat zich slachtoffer noem- de. kort daarop bleek in hooge mate psy- chisch defect te zijn.
De heer Roerdinkholder verhaalt de be- kende grieven van hem en zijn vrouw tegen den jongen directeur van de Haagsche Tramwegmaatschappíj (over den vorigen di- recteur laat hij zich zeer gunstig uit). Hij verhaalt van het theezetten door de tvpíste en wat daarop is gevolgd, van de door hem als onwettig beschouwde uitzetting uit zijn woning, Waarbij een bedrag van f 150 ver- loren ging, van de pogingen hem en zijn} vrouw krankzinnig te verklaren, enz. De actie is door zijn vrouw op den ouden voet voortgezet, omdat de burgemeester en de heer Deen, welke laatste hem een betrek- king bezorgde. hun woord tegen hem niet hadden gehouden. Hij zou immers een be- trekking krijgen „even goed, als die bij de tram”, doch verdiende bij de Haagsche IJzergieterij f14, zijnlde minder dan hij vroeger had als portier».
Gevonden alinea's: 2
Organisatie: Regionaal Archief Dordrecht
laatste wijziging 08-06-2015
1 gedigitaliseerd