Op 17 november 1813 kwam Den Haag in opstand tegen het Franse Gezag. Er werd geroepen om vrijheid onder een Oranjevorst. Vanuit de Stad vertrokken troepen om ook andere steden de zijde van de opstand te laten doen kiezen. Deze Haagse Oranje Gardes werden op 24 november bij Woerden door Franse troepen verslagen, waarbij een aantal Hagenaars sneuvelde of krijgsgevangen gemaakt werd. Daags daarna gelastte het voorlopig Algemeen Bestuur der Vereenigde Nederlanden dat alle gemeentebesturen met spoed commissies als bovengenoemd moesten instellen. De Haagse commissieleden werden in hetzelfde besluit benoemd. Op 1 december werd in Den Haag huis aan huis geld ingezameld. Uit de opbrengst verrichtte de commissie van 6 december 1813 tot en met 24 april 18124 wekelijks uitkeringen. Een opheffingsbesluit is niet aangetroffen. Het onvolledige archief werd in 1895 aan de gemeente geschonken.
In de bibliotheek van het gemeentearchief bevinden zich stukken afkomstig van de familie Van Oldenbarneveld, genaamd Witte Tullingh, die betrekking hebben op de omwenteling van 1813. Ook het archief van de commissie van onderstand is van deze familie afkomstig. Mogelijkerwijze is het archief in het bezit geraakt van jhr. mr. Johan Gerard van Oldenbarneveld, genaamd Witte Tullingh (1779-1852), die het korps commandeerde dat bij Woerden werd verslagen. Hij was echter geen lid van de commissie en verbleef tot april 1814 in Franse krijgsgevangenschap.