Uw zoekacties: Comité 'Groenteweg-Parallelweg'

0213-01 Comité 'Groenteweg-Parallelweg' ( Haags Gemeentearchief )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Als men komende van Scheveningen met lijn 11 Den Haag binnenrijdt passeert men de Groenteweg en de Parallelweg. Deze wegen vormden na de Tweede Wereldoorlog geen waardige entrée van de Residentie: langs de Groenteweg liep de zogenaamde spoorsloot waarin het wemelde van de ratten en aan het einde van die weg lag een sintelveld van de Nederlandse Spoorwegen. Ook de Parallelweg bood een troosteloze aanblik. Dit alles tot groot ongenoegen van de heer C. van der Weel, bewoner van het pand Groenteweg 108. Nadat hij op 17 mei 1947 geheel uit eigen initiatief als particulier een correspondentie was begonnen met verschillende burgerlijke autoriteiten om - mede in verband met het aanstaande regeringsjubileum van koningin Wilhelmina - tot een verfraaiing van de Groenteweg te komen, richtte hij zich in een circulaire van 2 januari 1948 tot alle bewoners van de Groenteweg om hun belangstelling voor dit onderwerp te wekken. Het gevolg was dat op 22 januari 1948 onder voorzitterschap van P. 't Hart het comité 'Groenteweg' werd opgericht. Van der Weel werd secretaris en S. Oost penningmeester. Op de eerste vergadering fungeerde de heer Koppeschaar als secretaris. Ook was de heer Van der Beek aanwezig als propagandist van de Stichting 'Groen en Bloemen'. Voor de tweede vergadering in maart 1948 was op aanraden van de heer Koppeschaar ook J.C. Hummelman, bewoner van het perceel Parallelweg 270 uitgenodigd om - naar men hoopte - op zijn beurt contact op te nemen met de bewoners van de Parallelweg om een comité 'Parallelweg' op te richten en zoveel mogelijk mensen bij de zaak te betrekken.
Het comité 'Parallelweg' werd op 7 april 1948 opgericht met als voorzitter de heer Hummelman, als secretaris de heer P. van Egmond en als penningmeester de heer F.W. Niegeman. De beide comité's vergaderden gezamenlijk. Alle leden gaven zich op als lid van de Stichting 'Groen en Bloemen' tegen een jaarlijkse contributie van één gulden, waarvan de helft bestemd was voor de stichting en de andere helft aan de comité's ten goede zou komen. Uit elk comité werd een lid gekozen als lid van de Raad van Advies van de Stichting 'Groen en Bloemen'. In juni 1948 telde het comité 'Groenteweg' 72 en het comité 'Parallelweg' 121 leden.
De Stichting 'Groen en Bloemen' had voor de verfraaiing van dit gedeelte van Den Haag een plan gemaakt. Vanaf het Hobbemaplein zou langs de De Heemstraat een strook groen komen die doorliep langs de Parallelweg en een strook groen aan de kant van de Groenteweg. Door deze stroken groen zou een fietspad worden aangelegd afgewisseld met bloemen en beplanting. De rails van trein en tram zouden afgesloten worden door een hek van één meter hoog dat gecamoufleerd zou worden door laag geboomte. De gemeente had ook een plan klaar; de directie van de Nederlandse Spoorwegen stelde echter eisen die voor het gemeentebestuur onaanvaardbaar waren.
Het comité 'Groenteweg-Parallelweg' (sinds juni 1948 in de notulen zo genoemd) wenste demping en beplanting van de spoorsloot langs de Groenteweg, aanleg van een speeltuin op de hoek van de Groenteweg en de Fruitweg en schooltuintjes langs de Fruitweg. Het zocht contact met de gemeentelijke en andere instanties, waaronder het instituut 'Stad en Landschap van Zuid-Holland' te Rotterdam. In 1949 waren de Nederlandse Spoorwegen genegen het voor het speelterrein bestemde perceel grond aan de gemeente te verhuren en in januari 1950 stemden zij toe in de demping van de spoorsloot. Op 2 Mei echter berichtten burgemeester en wethouders van Den Haag het comité dat demping van de sloot, aanleg van de beplanting en het plaatsen van een hek f 100.000,- zouden kosten, wat te duur werd gevonden. Op 22 mei richtte het comité een verzoek tot de Gemeenteraad. Daarop werd de zaak om prae-advies in handen gesteld van burgemeester en wethouders.
Het comité 'Parallelweg' hield in januari 1951 op te bestaan. Men zag er geen heil meer in en was slecht te spreken over de overheersing van het comité 'Groenteweg' en meer in het bijzonder van C. van der Weel. Laatstgenoemd comité organiseerde op 24 februari 1951 voor autoriteiten en pers onder het motto 'Van Puin tot Tuin' een wandeling langs de Groenteweg en de Parallelweg. Het zou nog tot 15 juli 1953 duren vooraleer er een lichtpunt kwam. Op die dag ontving het comité een brief van burgemeester en wethouders met de mededeling dat het plan van demping van de spoorsloot en aanleg van schooltuintjes langs de Groenteweg en plantsoenstroken langs de Parallelweg uitgevoerd zou worden als object van de gemeentelijke sociale werkverschaffing. Met de uitvoering werd op 24 augustus 1953 begonnen. Op 29 juni 1954 werden de werkzaamheden aan de Groenteweg besloten met een feestelijk bijeenkomst in de veilingzaal van de Groente- en Fruitmarkt, waarbij ook gemeentelijke vertegenwoordigers aanwezig waren.
Nog één keer moest de heer van der Weel in de bres springen voor 'zijn' Groenteweg. In september 1957 vatte de gemeente het plan op, om op het terrein bij het kruispunt Groenteweg - Fruitweg een woonwagenkamp te doen vestigen. Van der Weel protesteerde bij de Gemeenteraad en bereikte, dat in februari 1960 het terrein aan de viaductweg tot dat doel werd aangewezen. In augustus 1964 werd de verlichting van de Groenteweg verbeterd. Daarna stierf het comité een geruisloze dood. Op 6 september 1971 is het archief aan het Haags Gemeentearchief geschonken.

Kenmerken

Datering:
1947-1964
Beschrijving:
Inventaris van het archief van het 'Comité Groeneweg-Parallelweg'
Omvang in m¹:
0,125
Auteur:
A.M.J. de Haan
Openbaarheid:
Beschrijvingen openbaar, stukken gedeeltelijk openbaar
Archiefvormer(s):