2170 Stichting voor Vrouwelijke Hulpverlening in Stad Groningen, (1947) 1966 - 1996 ( Groninger Archieven )
2170
Stichting voor Vrouwelijke Hulpverlening in Stad Groningen, (1947) 1966 - 1996
Inleiding
In 1945 nam E.H. Ebels, Commissaris van de Koningin in de provincie Groningen het initiatief tot de voorbereiding voor de totstandkoming van een Provinciaal Opbouworgaan. Een commissie moest nagaan in hoeverre met overneming der werkzaamheden van de bestaande organen een nieuwe start kon worden gemaakt. Op 1 mei 1946 kwam de commissie met het advies over te gaan tot de vorming van een Groninger Vereniging voor Sociaal en Cultureel Werk en tot liquidatie van in de in 1930 opgerichte "Provinciale Vereniging voor Opbouwwerk", de in 1939 in het leven geroepen stichting "De Groninger Gemeenschap" en de in 1945 opgetreden "Provinciale Commissie van Nederlands Volksherstel". Op 7 oktober 1946 werd besloten tot oprichting van de Groninger Vereniging voor Sociaal en Cultureel Werk. Mw. A.C.C. Nijhoff uit Haren werd Algemeen Directrice.
Het Bureau van de Provinciale Vereniging voor Sociaal en Cultureel Werk werd ondergebracht in het historische pand Prinsenhof aan het Martinikerkhof 23. In 1947 werd besloten tot het opzetten van een Dienst voor Vrouwelijke Hulpverlening. De in de provincie actieve vrouwenverenigingen werkten hier aan mee. In juli 1947 werd de Provinciale Commissie voor Vrouwelijke Hulpverlening geïnstalleerd. Voorzitster daarvan werd mw. R. Ebels-Huisman. In de provincie kwamen circa 70 plaatselijke commissies tot stand, veelal voorgezeten door de echtgenote van de burgemeester.
De stad Groningen had tot 1966 een stadscommissie voor VHV, waaronder een groot aantal wijkcommissies ressorteerde. Dat aantal bedroeg in 1966 tien. De Stadscommissie was opgebouwd uit representanten van elf in de provinciale commissie vertegenwoordigde vrouwenorganisaties, alsmede uit afgevaardigden van de wijkcommissies. Door toenemende werkzaamheden van het Provinciaal Secretariaat en de groei van de Groninger VHV werd een reorganisatie noodzakelijk. De stadscommissie ging over tot de oprichting van de Stichting voor Vrouwelijke Hulpverlening in de stad Groningen. Doel van de stichting was het bevorderen van het vrijwillig en belangeloos verlenen van allerlei praktische sociale hulp door Groninger vrouwen. De voornaamste activiteiten waren het verlenen van hulp in het algemeen, het oprichten van bejaardensociëteiten, het vervullen van gastvrouwenwerk in diverse instellingen, kinderoppasdiensten, vrouwentelefoondiensten en het organiseren van vakantieweken voor ouderen.
Geleidelijk aan werden de activiteiten van de VHV overgenomen door andere, meestal gesubsidieerde, instanties. In 1996 kwam er een eind aan het werk van de Vrouwelijke Hulpverlening. *
De in deze inventaris beschreven archiefbescheiden werden in 2003 aan het RHC Groninger Archieven geschonken. Het betreft waarschijnlijk bescheiden die door de secretaresse/administratrice M. Pronk-Doedens zijn gebruikt bij het vervaardigen van een historisch overzicht van organisatie en werkzaamheden van de Vrouwen Hulpverlening in stad en provincie Groningen. Het archief heeft een omvang van 0,1 meter. Alle stukken zijn volledig openbaar.
laatste wijziging 17-04-2018
10 beschreven archiefstukken
Inventaris
laatste wijziging 17-04-2018
10 beschreven archiefstukken
Kenmerken
Beschrijving:
Inventaris van het archief van de stichting voor vrouwelijke hulpverlening in de stad Groningen
Bewerker:
J. Hesseling
Behoort tot collectie:
Gemeente Groningen
Laatste Publicatie:
2004
Omvang:
0,1 m standaardarchiefberging
Licentie:
Categorie:
laatste wijziging 17-04-2018
10 beschreven archiefstukken