Uw zoekacties: Gewestelijke Besturen in Groningen, 1798-1814 (1815)

3 Gewestelijke Besturen in Groningen, 1798-1814 (1815) ( Groninger Archieven )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
1. Geschiedenis
2. Archief
3. Inventarisatie
Inventaris
08. Archief van de prefectuur van het departement van de Westereems, 1 januari 1811 - 14 november 1813
3 Gewestelijke Besturen in Groningen, 1798-1814 (1815)
Inventaris
08.
Archief van de prefectuur van het departement van de Westereems, 1 januari 1811 - 14 november 1813
Organisatie: Groninger Archieven
Prefect was H.L. Wichers. Deze werd bij keizerlijk decreet van 12 maart 1813 vervangen door Petit de Beauverger, die op 19 april werd geïinstalleerd. Raden van prefecture waren E. Lewe, S.W. Tjassens, P.G. van Iddekinge en H. Guichart. Secretaris-generaal was M. Salverda. Het departement was verdeeld in vier arrondissementen, Groningen, Appingedam, Winschoten en Assen. Elk arrondissement was verdeeld in kantons en deze weer in maires. De verdeling in kantons bleef niet steeds gelijk. Zoals er voor de departementen raden waren ingesteld, zo geschiedde dat ook voor de arrondissementen, kantons en maires. Deze raden hadden weinig betekenis; slechts ten aanzien van comptabiliteit, verkiezingen en benoemingen hadden ze een zekere invloed.
Wat de archiefordening betreft kunnen we drie periodes onderscheiden, 1811, 1812 c. 10 juli 1813 en c. 10 juli - begin december 1813. Gedurende het jaar 1811 is er weinig verandering. Duidelijk is nu de indeling in twee divisies: de eerste divisie van financiën, de tweede van politie. Er is een onderverdeling in bureaus. Bij de eerste divisie blijft de scheiding tussen ingekomen missives van autoriteiten buiten het departement en ingekomen memories van lokale autoriteiten en personen. Op elke serie is een tafel. Met ingang van 1 februari 1811 zijn zowel de missives als de memories van het 1e bureua, comptabiliteit, daarvan afgezonderd en verenigd tot banden met een nieuwe nummering en een aparte tafel. Deze stukken zijn evenwel ook vermeld in de tafels van missives en memories van de gehele divisie, maar daarbij is aangetekend "Compt". De concepten van de uitgaande brieven zijn bij elkaar gebonden zonder onderscheid van bureaus. Hierbij is geen tafel.
De tweede divisie heeft ingekomen missives en memories en uitgaande brieven met een gemeenschappelijke tafel. Met ingang van 1 januari 1812 komt er een divisie bij, die van militaire zaken (conscriptie).
Elke divisie is verdeeld in drie bureaus. Het onderscheid tussen missives en memories vervalt. Er komt nu een generaal "repertorium", een indicateur voor de gehele prefectuur, met doorlopende nummering en aantekening van de divisies waaraan de stukken ter behandeling zijn afgegeven. De bureaus der eerste divisie, comptabiliteit, belastingen en wegen en bruggen hebben elk een indicateur.
Van het derde bureau is echter geen repertorium (indicateur) (meer) aanwezig. Ook de tweede divisie bezit geen indicateur. De algemene indicateur dient als zodanig. De ingekomen stukken zijn niet naar bureaus gescheiden, de uitgaande wel. Niet duidelijk is wat tot de taak der verschillende bureaus behoort. Van de derde divisie is wel een indicateur over, maar er zijn geen ingekomen over, maar er zijn geen ingekomen en uitgaande stukken meer.
Met ingang van 10 juli 1813 vervalt het algemeen repertorium. De divisies hebben een eigen repertorium. Overeenkomstig de nummers daarvan zijn de stukken geborgen. De repertoria der bureaus zijn vervallen. Bij sommige ingekomen stukken is nog een ander nummer aangetekend dan dat van het repertorium. De betekenis daarvan is niet duidelijk. Behalve de tweede nummering hebben sommige ingekomen en uitgaande stukken van de eerste divisie nog een dossiernummer. Waarschijnlijk zijn deze stukken ook tot dossiers verenigd geweest, maar later (wanneer?) gelegd in de volgorde van de nummers van het repertorium. Een lijst van deze dossiers is er niet (meer), zodat aan een reconstructie niet te denken viel.

Kenmerken

Beschrijving:
Inventaris van de archieven van de Gewestelijke Besturen in Groningen
Bewerker:
W.J. Formsma
Behoort tot collectie:
Provincie Groningen
Laatste Publicatie:
1972. Herzien 1997
Laatste uitvoer:
24-11-2022
Omvang:
120 m standaardarchiefberging
Bijzonderheden:
Herziene uitgave 1994, nummering der stukken is gewijzigd, bevat concordans
Archiefvormer(s):