1809 Familie Lieftinck, 1813 - 1970 ( Groninger Archieven )
1809
Familie Lieftinck, 1813 - 1970
Inleiding
De herkomst van de familie Lieftinck wordt in verband gebracht met de horige bezetting of hofstede 'Lyefftinck' gelegen te Exel, ten noorden van Lochum (inventarisnr. 2).
De Franciscus Lieftinck, die in 1819 een winkelpand nabij de Heerepoort, aan de Raamstraat koopt en in 1820 een 'tabaksfabriek' (kerverij) start, is de zoon van predikant Franciscus Lieftinck te Zweelo, en heeft als grootvaders hopman Franciscus Lieftinck èn hopman Gerhardus van Bolhuis uit Groningen.
In 1810, in de tijd dat predikanten-tractementen niet meer naar behoren (kunnen) worden uitbetaald, vertrekt de dertien-jarige Franciscus uit Zweelo, om in Groningen als winkelbediende (uitsluitend) kost en inwoning te verdienen.
Zowel het achterblijvende predikanten-gezin te Zweelo, als de jonge Franciscus in Groningen, moeten een periode van schaarste en armoede doorstaan.
In zijn autobiografische aantekeningen (inventarisnr. 24) beschrijft Franciscus zijn jeugd als zoon van de predikant te Zweelo, de economische malaise na 1806, de schaarste en prijsstijgingen en vervolgens de aftocht van de Fransen en de aankomst van de kozakken.
In 1819 vestigt de jeugdige Franciscus zich als winkelier en koopman in de Raamstraat, nabij de Heerepoort.
Allerlei levensmiddelen, zoals met name Javaanse rijst, maar ook koffie en tabak worden in de Raamstraat, waar de tabak ook gekerfd wordt, tegen scherpe prijzen verkocht; Drentse boeren verkopen aan de jonge ondernemer hun produkten, zoals boterzaad (raapzaad) en kopen van de winkelier winter-voorraden.
In 1825 wordt de koopman uit de Raamstraat getroffen door het verlies van echtgenote en zoontje en in het daarop volgende jaar wordt hij lichamelijk verzwakt door besmetting met epidemische koortsen, die de stad Groningen dan teisteren en vele mensenlevens eisen.
De zakelijke successen, in de volgende decennia behaald door de, inmiddels met Joukje Oving hertrouwde, tabaksfabrikant, vinden hun neerslag in het staatboek (inventarisnr. 23), dat getuigt van aankoop van panden in de Raamstraat, van verbouwingen èn van verwerving van landerijen.
Het succes van handelsonderneming en tabaksfabriek Lieftinck in de eerste helft van de negentiende eeuw, na het vertrek van de Fransen, is vermoedelijk te herleiden tot ondernemingslust en handelsgeest, de gunstige lokatie bij de Heerepoort èn ondersteuning door de familie in Zweelo.
Weliswaar is dominee Lieftinck reeds in 1812 overleden, maar de moeder, Eta Geertruida van Bolhuis, weet met uit haar familie verkregen erfenissen, haar zoon financiële steun te verlenen en Elisabeth, één van de vier zussen verzorgt vanaf 1819 voor haar broer in Groningen de huishouding.
Franciscus Lieftinck en Joukje Oving zien vier dochters en twee zoons opgroeien.
Van de twee zoons, neemt de oudste, Franciscus junior in 1865 de leiding over de onderneming aan de Raamstraat over, en koopt de jongere zoon, Jan Hermannus, makelaar in tabak te Amsterdam, het landgoed Ben Koelen bij Nieuw-Ubbena in Drenthe, waar vader Franciscus zijn oude dag doorbrengt (inventarisnr. 25).
Van de vier dochters blijft alleen Johanna Margaretha ongetrouwd. Haar testamentaire en onderhandse beschikkingen zijn bewaard gebleven (inventarisnummer 30).
In 1915 draagt Franciscus Lieftinck junior op zijn beurt de directie over de tabaksfabriek over aan de jongste van zijn twee zonen, Ferdinand.
Deze Ferdinand, die naast een broer (Franciscus) nog drie zussen heeft (Elisabeth, Joukje en Anna Clara), beschrijft in een brief aan zijn zwager de onzekerheid voor handel, bedrijfsleven en geldverkeer, die het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog voor het neutrale Nederland meebrengt (inventarisnr. 34). Meer dan dertig jaar later beschrijft Ferdinand Lieftinck in dagboek-notities de spanning en hoop, die het oprukken van de gealliëerden, het terugtrekken van de Duitsers en de bevrijding van Groningen, in de nadagen van de Tweede Wereldoorlog, te weeg brengen (inventarisnr. 37).
De archiefbescheiden van de familie Lieftinck werden in respectievelijk 1991 en 1997 aan het gemeentearchief Groningen geschonken. De bescheiden omvatten ongeveer 35 centimeter aan planklengte.
Alle archiefbescheiden beschreven in deze inventaris zijn volledig openbaar.
laatste wijziging 06-12-2016
64 beschreven archiefstukken
2 gedigitaliseerd
totaal 67 bestanden
Inventaris
1. Stukken van algemene aard
1809 Familie Lieftinck, 1813 - 1970
Inventaris
1.
Stukken van algemene aard
laatste wijziging 06-12-2016
64 beschreven archiefstukken
2 gedigitaliseerd
totaal 67 bestanden
Kenmerken
Beschrijving:
Inventaris van het archief van de familie Lieftinck
Bewerker:
P.H.J. Woltjer
Behoort tot collectie:
Gemeente Groningen
Laatste Publicatie:
2004
Omvang:
0,35 m standaardarchiefberging
Licentie:
Categorie:
Archiefvormer(s):
laatste wijziging 06-12-2016
64 beschreven archiefstukken
2 gedigitaliseerd
totaal 67 bestanden