1244 Middelbare Handelsavondschool, 1911 - 1974 ( Groninger Archieven )
1244
Middelbare Handelsavondschool, 1911 - 1974
Inleiding
1. Geschiedenis van het handelsonderwijs in Groningen *
1244 Middelbare Handelsavondschool, 1911 - 1974
Inleiding
1.
Geschiedenis van het handelsonderwijs in Groningen *
In de zomer van 1898 ontvangt de raad van de gemeente Groningen een verzoek van de Kamer van Koophandel en Fabrieken om binnen niet al te lange termijn in de behoefte aan goed vakonderwijs voor de handel te voorzien. Voorzieningen voor handelsonderwijs zijn dan nog gering in aantal in Nederland. Alleen Amsterdam kent een openbare handelsschool, die aan hoge eisen voldoet. In enkele andere steden zijn cursussen of speciale klassen voor handelsonderwijs gevormd. De Duitse handelsscholen hebben aan het eind van de negentiende eeuw reeds een behoorlijke faam verworven. Jaarlijks bezoekt een aanzienlijk aantal Nederlanders de handelsschool te Osnabrück. De brief van de Kamer van Koophandel, die door een aantal andere instellingen onderschreven wordt, mondt uit in een voorstel aan de raad om een handelsklasse te verbinden aan de driejarige hogere burgerschool en om in het gebouw van de dagschool voor herhalings- en voortzettingsonderwijs een winteravondcursus te verzorgen. De handelsklasse, die opleidt voor leidinggevende of vooraanstaande posities in de handel of in het overige bedrijfsleven, wordt reeds in 1903 omgezet in een handelsschool met twee leerjaren. In 1925 wordt deze hogere handelsschool samengesmolten met de driejarige hogere burgerschool tot de handels-h.b.s.
De winteravondcursus is bestemd voor jongeren, die op kantoor, in winkel of fabriek werkzaam zijn en eenvoudig handelsonderwijs wensen te ontvangen. Na de herhalingsdagschool of een andere onderwijsinstelling van vergelijkbaar niveau doorlopen te hebben of na een geslaagd toelatingsexamen kan toegang tot de tweejarige cursus worden verkregen. De verordening tot regeling van het handels-onderwijs noemt als vakken van de cursus naast het Nederlands en de moderne talen nog handelsrekenen, boekhouden, schoonschrijven en behandeling van de schrijfmachine. Op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag zullen 's avonds van zeven tot negen uur de lessen verzorgd worden gedurende de maanden oktober tot en met maart. De nieuwe onderwijs-inrichting zal onderdak vinden in het schoolgebouw van de herhalingsdagschool aan de Peperstraat, waar vóór 1862 de Peperkazerne was gesitueerd. Acht jaar later zal het schoolgebouw aan de Violenstraat, gesticht op het terrein van de afgebroken Noorderkazerne, blijvende huisvesting bieden. Waar rijkssubsidie en rijksregelingen ontbreken moet het gemeentebestuur zelf de bezoldiging van het personeel vaststellen en de hoogte van het schoolgeld bepalen. Onvermogenden kunnen gratis toegang krijgen en minvermogenden mogen de schoolgeldbedragen met de helft verminderen. Aan het hoofd van de herhalingsdagschool wordt gevraagd de leiding over de nieuwe cursus op zich te nemen. In oktober 1899 wordt begonnen met zes leerkrachten. Het aantal leerlingen beloopt de eerste jaren tussen de zestig en zeventig.
Nadat in 1901 een vervolgcursus voor Duits en Engels is opgezet, die in 1905 wordt omgezet in een derde leerjaar, vertoont het leerlingen-aantal een duidelijke en vrij regelmatige groei. Toch worden van de leerlingen hoge inzet, ijver en doorzettingsvermogen gevraagd. De medewerking en het begrip van werkgeverszijde zijn niet in alle gevallen onberispelijk. Van één van de meisjes-leerlingen wordt gevraagd na een volledige dagtaak 's avonds om negen uur na afloop van de lessen toch nog weer op het werk te verschijnen. In 1911 wordt met het verkrijgen van rijkssubsidie ook de bemoeienis van de landsregering onvermijdelijk. Het leerplan wordt aangevuld met de vakken lezen, aardrijkskunde èn staathuishoudkunde voor de hoogste klas. De cursusduur wordt verlengd tot zeven maanden en de benaming winteravondcursus verandert in driejarige avond-cursus voor handelsonderwijs. Tenslotte wordt besloten het vak stenografie definitief in te voeren. De woelige jaren van de eerste wereldoorlog brengen volgens verzuchtingen van het hoofd vele van het nog toenemend aantal leerlingen tot onrust. Verhoogde salarissen doen toewijding afnemen. Het zedelijk peil daalt. In voorzichtige bewoordingen pleit het hoofd voor verhoging van het schoolgeld en waarschuwt voor het te gemakkelijk verlenen van vrijstelling hiervan. Wat niets kost, wordt immers niet op prijs gesteld!
Evengoed klinkt echter in de jaarverslagen uit die tijd het besef door, dat het voor de leerlingen vaak een zware opgave is na een lange dagtaak nog een opleiding te volgen. Eigenlijk zou er in Groningen een handelsdagschool gesticht moeten worden. Beter dan het gedrag van de leerlingen kunnen de materiele voorzieningen het hoofd tot tevredenheid stemmen. De electrische verlichting maakt een einde aan de benauwende atmosfeer, die gaslampen eigen is en ondervangt de schaarste aan gas. In het laatste oorlogsjaar kan het programma door het grote verzuim ten gevolge van de Spaanse griep niet afgewerkt worden. Een verdere groei en misschien wel bloei van de school worden mede begunstigd door de vorming van een voorbereidingsklas. In 1927 besluit de raad hiertoe in verband met het gestegen onderwijsniveau en de vele, daarmee verband houdende afwijzingen. Vier jaar later geeft het Rijk dat de voorbereidingsklassen niet langer wil subsidiëren, de stoot tot een reorganisatie en tot de totstandkoming van de vijfjarige handelsavondcursus. De dertiger jaren met crisis, werkloosheid en bezuiniging-zich voor het handelsonderwijs vertalend in minder lesuren, minder vakken, grotere klassen, hogere lesgelden en lagere salarissen-doen geen afbreuk aan de nog verder toenemende belangstelling voor het handelsavondonderwijs. Integendeel. Het is in deze sombere jaren, dat een restauratie van het schoolgebouw de leerkrachten, voor wat betreft de materiële voorzieningen, opnieuw tot tevredenheid stemt. In het begin van de veertiger jaren wordt dit schoolgebouw aan de Violenstraat in beslag genomen en moet het handelsonderwijs gegeven worden in een schoolgebouw aan de Turfsingel. Pas een jaar na de bevrijding zal dit tijdelijk onderkomen weer ingeruild worden voor het veel rustiger gebouw aan de Violenstraat.
Tijdens de vijf bezettingsjaren wordt ook de handelsavondschool geplaagd door verzuim en voortijdige schoolverlating van leerlingen, afwezigheid van ondergedoken leraren en vergaderingen die geen doorgang kunnen vinden. Verduistering en avondklok, soms gepaard met slecht weer spelen dit avondonderwijs parten. In de laatste oorlogswinter moet de cursus langdurig onderbroken worden. In deze jaren gaat de daling van de schoolbevolking zich aftekenen. De naoorlogse jaren laten een verdere bemoeienis van de centrale overheid zien, een voortschrijdende reglementering en een uitbreiding van de subsidiëring. Zowel in 1947, wanneer het verplicht vakkenpakket en de toelating gewijzigd worden, als in 1951 worden er nieuwe verordeningen voor het handelsonderwijs opgesteld. Het is ook in 1947, dat de leerkrachten voor het eerst een vaste aanstelling kunnen krijgen, het diploma vrijstelling geeft voor het algemeen gedeelte van het middenstandsexamen en de naam wordt veranderd in middelbare handelsavondschool. De verordening van 1951 is afgestemd op de rijksregeling ten aanzien van de examens en op de gewijzigde middelbaar onderwijswet.
Wanneer in 1949 het aantal wekelijkse lesuren weer tot twaalf is uitgebreid en bovendien nog zes jaar later de cursusduur - die overigens in 1916 reeds op acht maanden was gebracht - niet meer afwijkt van die van het middelbaar onderwijs, zijn de beperkende maatregelen uit de dertiger jaren meer dan ongedaan gemaakt. Ook wordt van departementszijde nog aangedrongen op meer aandacht en lesuren voor Nederlands en de moderne talen. Dit alles neemt niet weg, dat juist deze naoorlogse jaren een aanhoudende en scherpe daling van de schoolbevolking te zien geven. De Groninger middelbare handelsavondschool heeft er moeite mee om tijdig en besluitvaardig in te spelen op nieuwe ontwikkelingen en op de reglementering vanuit Den Haag. Tussen de schoolleiding en het gemeentebestuur, als bevoegd gezag van de school ontstaan verschillen van inzicht en wrijvingen. De uitslag van de examens stelt teleur. Daarbij laten ook andere omstandigheden hun invloed gelden. De zich ook voor werknemers en hun werkgelegenheid gunstig ontwikkelende arbeidsmarkt brengt de werkgevers er soms toe hun eisen en verlangen ten aanzien van scholing en onderwijs te beperken. Andere vormen van beroepsvoorbereidend onderwijs, zowel de middelbare technische school en de industrieschool zijn het handelsonderwijs concurrentie gaan aandoen.
Met de komst van de heer De Vries als schoolleider gaat zich echter een opmerkelijke kentering voltrekken. In hoog tempo worden er maatregelen genomen om dit onderwijs, dat aan werkende jongeren kansen biedt op verbetering van positie en inkomen te redden. In 1961 wordt het mogelijk om naast de vijfjarige opleiding desgewenst te kiezen voor een drie jaar durende scholing, kan er ook niet-volledig onderwijs gevolgd worden en worden daarbij de lessen geconcentreerd op drie avonden per week. Het jaar daarop wordt een vervolgklas voor het praktijkdiploma boekhouden van de grond getild. Na de algemene vorming van de vijfjarige handelsavondschool kan deze gespecialiseerde studie worden begonnen, waarmee aan nieuwe behoeften en gewijzigde verlangens van het bedrijfsleven het hoofd geboden kan worden. Enige jaren later wordt ook het voortgezet handelsonderwijs ter hand genomen. De cursussen M.B.A. en S.P.D. worden overgenomen van de vereniging van voortgezet handels-onderwijs, die steeds meer moeite had gekregen een sluitende exploitatie te realiseren. In 1967 telt de onderwijsinrichting in totaal vijfhonderd leerlingen, terwijl dit in 1960 nog slechts negenentachtig bedroeg en in 1938 een aantal van driehonderdtweeenveertig omvat had. Het middelbaar handelsonderwijs is dan onder energieke leiding uitgegroeid tot een onderwijsinstelling met een variatie aan opleidingsmogelijkheden.
Naast de drie- en vijfjarige handelsavondschool, zijn er de opleidingen voor praktijkdiploma's (boekhouden, Nederlands, Engels en Duits) en is er het voortgezet handelsonderwijs in de vorm van cursussen M.B.A., S.P.D. en administratief- technische hulpmiddelen. Uitdrukking èn erkenning van de succesvolle aanpak en de bewonderenswaardige expansie van de school is te vinden in het besluit van de raad om de heer De Vries met ingang van 1 april 1969 eervol ontslag te verlenen als directeur van de gemeentelijke middelbare handelsavondschool en hem gelijktijdig te benoemen tot directeur van de Avondopleidingen van de gemeente Groningen. Tot het takenpakket van deze nieuwe functie behoort de sociale begeleiding van de leerlingen van zowel de handelsavondschool als van het voortgezet handelsonderwijs. Ook de dagelijkse leiding over dit voortgezet handels-onderwijs is onderdeel van de, door het gemeentebestuur ingestelde functie. Eén van de leraren wordt vervolgens benoemd in de ontstane vacature van directeur van de afdeling middelbare handelsavondschool van de avondopleidingen. Vrijwel direct hierop volgend komt het einde van de middelbare handelsavondschool in zicht.
Krachtens de overgangswet voor het voortgezet onderwijs kunnen de handelsavondscholen tot 1 augustus 1975 in stand gehouden worden. Het streven van het ministerie is erop gericht concentratie van het avondonderwijs te bewerkstelligen en het middelbaar handels-avondonderwijs om te zetten in avond-mavo (eerste drie leerjaren van de handelsschool en avond-meao (twee hoogste leerjaren van het handelsonderwijs). De gemeente besluit snel aan te haken aan deze beleidslijnen van de centrale overheid en koppelt met ingang van augustus 1971 de handelsavondschool los van de avondopleidingen en brengt de school over naar het Avondcollege, een openbare scholengemeenschap voor lyceum, havo en mavo. In 1973 zal aan dit Avondcollege ook een avond-meao worden verbonden. Precies twee jaar later komt het einde voor het openbaar voortgezet handelsonderwijs, het nog overgebleven gedeelte van de Avondopleidingen. Wat in 1966 om financiële redenen uit de particuliere sfeer werd overgebracht naar het overheidsgebeuren, legt nu om exact dezelfde redenen deze weg in omgekeerde richting af. Een daartoe opgerichte stichting zal de, niet voor rijkssubsidie in aanmerking komende cursussen M.B.A. en S.P.D. voortaan verzorgen. Het volgend jaar, in 1974 dus, valt het doek voor het gemeentelijk middelbaar handelsonderwijs. Vijfenzeventig jaar na de oprichting van de winteravondcursus en de vorming van de handelsklasse in de handelsstad Groningen is aan deze openbare onderwijsactiviteiten een einde gekomen. Het hogere handelsonderwijs, dat van handelsklasse en hogere handels-school zijn uiteindelijke vorm had gevonden in de handels-h.b.s., was reeds veel eerder bij de stichting van het Heymans-lyceum definitief verdwenen.
laatste wijziging 17-09-2017
133 beschreven archiefstukken
Bijlagen
laatste wijziging 17-09-2017
133 beschreven archiefstukken
Inventaris
laatste wijziging 17-09-2017
133 beschreven archiefstukken
Kenmerken
Beschrijving:
Inventaris van het archief van de Middelbare Handelsavondschool
Bewerker:
P.H.J. Woltjer
Behoort tot collectie:
Gemeente Groningen
Laatste Publicatie:
1984
Omvang:
3,03 m standaardarchiefberging
Licentie:
Categorie:
Archiefvormer(s):
laatste wijziging 17-09-2017
133 beschreven archiefstukken