Uw zoekacties: Vereniging tot instandhouding van een Rijschool te Dordrecht

97 Vereniging tot instandhouding van een Rijschool te Dordrecht ( Regionaal Archief Dordrecht )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Aanwijzingen voor de gebruiker
Openbaarheidsbeperkingen
Beperkingen aan het gebruik
Aanvraaginstructie
Citeerinstructie
Inleiding
Ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van de Dordrechtse rijschool in 1893 publiceerde de toenmalige secretaris-penningmeester, W. van der Elst, het volgende verslag in het programma van de feestviering van het gouden jubileum van de vereniging Den 16den mei 1843, zoo melden ons de eerste notulen van onze vergaderingen, kwamen in het lokaal van J.D. van Peere alhier, eenige belangstellenden bijeen ter benoeming eener commissie tot oprichting eener rijschool. Gekozen werden de HH. P. Blussé van Zuidland, mr. P. Blussé van Oud-Alblas, voorzitter, jhr. J.C.A.G. Jantzon van Erffrenten en P.W. Balen, secretaris.
Hunne onvermoeide pogingen vonden veel medewerking; een geschikt gebouw - het tegenwoordige - werd tegen zeer billijken prijs (? 80, na 1870 ? 105) van onze gemeente gehuurd, op het terrein daarachter de rijbaan aangelegd en de heer L.P.J.J. Foureaux, vroeger aan een Fransch circus verbonden, en zelfs een korten tijd circusdirecteur, aangesteld tot pikeur. Het eerste carrousel kon gegeven worden den 15 maart 1845, opgeluisterd door de bevallige, welluidende muziek van eenige HH. dilettanten, en viel zeer in den smaak van het publiek. Allen (zoo staat opgeteekend) wedijverden, gekleed in fraai costuum, om de smaakvolle exercitiën, zigzag, quadrille en school, goed uit te voeren, terwijl een aanzienlijke vrouwenschaar de felle koude daarbuiten getrotseerd had om er van getuige te zijn.
Menigmaal, zoo meldt het verslag, is vroeger in Dordrecht een rijschool opgericht, doch nog nimmer heeft men de edele rijkunst tot die hoogte kunnen opvoeren. De betimmering voor het orchest volgde eerst in het najaar, toen de rijbaan door het beschikbaar komen van een achtergelegen stuk grond kon vergroot worden. Meer en meer nam de vereeniging in bloei toe en bijna jaarlijks werd een carrousel gegeven, doch de pikeur was daarvan slechts kort getuige; hij overleed den 22 mei 1846 na een sleepende ziekte, tot leedwezen van allen, die den bekwamen, onderhoudenden man gekend hadden. Zijn opvolger werd de heer J. Dingemans, drie jaren later vervangen door den heer E.J.J. Bachigaloupi Tourniaire, vroeger aan een circus verbonden.
In 1853, zoo vinden we vermeld, begonnen ook dames rijlessen te nemen, hetgeen op de ambitie der leden zulk een invloed had, dat de rijbaan bijna dagelijks van 's ochtends tot 's avonds bezet was. In 1864 overleed de wakkere Tourniaire, wien ieder zoo gaarne lijden mocht, behalve wanneer men als eerste beginner in de rijkunst dikwijls met angst de geheime teekenen afwachtte, waarmee hij, in verstandhouding met den viervoet, dezen een zijsprong liet maken. Tot zijn opvolger werd benoemd de heer A. Bauch, onderpikeur aan de rijschool te Rotterdam, tijdens wiens directeur- schap in 1868 het 25-jarig bestaan onzer vereeniging gevierd werd met een zeer feestelijk carrousel, voorstellende de plechtige ontvangst en intocht van prins Willem I en zijne gemalin Charlotte van Bourbon binnen Dordrecht in juni 1575. Twee jaren vóór dit carrousel hadden eenige dames aan onze rijschool een sierlijk vaandel vereerd, om dienst te doen naast het oude, door Th. Korthals, kunstschilder alhier, vervaardigd in het jaar 1845.
Tengevolge van het vertrek van den heer A. Bauch werd 1 januari 1873 tot directeur benoemd de heer Th.J. Maassen, onderpikeur aan de rijschool te 's Gravenhage, die zich thans nog met ijver van zijne taak kwijt. Het ging onze vereeniging als zoovele andere, nu eens voorspoedig dan weder minder; en soms waren vrij aanzienlijke geldelijke opofferingen der leden noodig, om haar in stand te houden. De tegemoetkoming der gemeente door het matige der huursom was daarbij tot grooten steun, en toen in 1883 het 40-jarig bestaan met een luisterrijk carrousel gevierd werd, voorstellende de installatie van prince Mauritz als lid van de ridderlijcke ordre van de jarretière in 1613 werd de toekomst weer met vertrouwen te gemoet gezien. Nog eens werd het bestaan onzer rijschool ernstig bedreigd, en werd zij, eerst onlangs, door den krachtigen steun der belangstellenden behouden, zoodat wij thans in staat zijn het gouden feest te vieren. Mogen nog vele jaren van bloei voor onze vereeniging zijn weggelegd! Dit hopen zeker gaarne velen met het tegenwoordige bestuur, dat aldus is samengesteld: H.P de Kat van Hardinxveld, voorzitter; E. Boonen Hzn., J. Ophorst Czn., W.J.A. Albers en mr. W. van der Elst, secretaris-penningmeester.
Helaas bleek de wens, die W. van der Elst tot slot uitte, niet bewaarheid te worden. De opleving in 1893 (in verband met het 50-jarig bestaan) was een laatste stuiptrekking van de vereniging. Wegens de zeer slechte financiële positie, waarin de rijschool verkeerde, riep het bestuur op 24 oktober 1894 een buitengewone vergadering bijeen, waarbij aan de orde kwam het al of niet liquideren. Met algemene stemmen besloot de vergadering tot liquidatie over te gaan. Aangezien artikel 33 van het reglement uitdrukkelijk bepaalde, dat voor ontbinding van de vereniging een 2/3 meerderheid van alle werkende leden was vereist, een aantal dat niet was bereikt, kon de vergadering de beslissing niet nemen en werd de procedure, vervat in artikel 33, verder gevolgd.
Tot leden van de liquidatiecommissie werden benoemd G.A. Ophorst, A.C. Crena de Jongh, R.E.M. de Bruijn en J.A. den Bandt. Onderwijl deed het bestuur nog pogingen een pikeur te vinden, die de rijschool voor eigen rekening verder zou voortzetten. Op de algemene vergadering van 26 januari 1895 moest het bestuur echter bekend maken in deze pogingen niet te zijn geslaagd en gaf in overweging tegen 1 februari tot ontbinding over te gaan. Dit voorstel werd met eenparigheid van stemmen aangenomen. Bij de liquidatie, die nog volgde, bleek het nadelig saldo ? 3562,18 te bedragen. Volgens artikel 30 werd dit bedrag omgeslagen over de 38 werkende leden, zodat elk lid nog ? 93,74 moest betalen. De vergadering van 26 januari had tevens bepaald, dat de vaandels en carrouselafbeeldingen aan de Vereniging 'Oud-Dordrecht' in bruikleen zouden worden gegeven. Tegenwoordig berusten ze in Museum Mr. Simon van Gijn.
Inventaris

Kenmerken

Datering:
1843 - 1895
Auteur:
A.J. Busch (1964)
Omvang:
0,5 meter
Titel inventaris:
Vereniging tot instandhouding van een Rijschool te Dordrecht
Categorie: