Uw zoekacties: Commissie voor Handel en Nijverheid

37 Commissie voor Handel en Nijverheid ( Regionaal Archief Dordrecht )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Aanwijzingen voor de gebruiker
Openbaarheidsbeperkingen
Beperkingen aan het gebruik
Aanvraaginstructie
Citeerinstructie
Inleiding
De Commissie voor handel en nijverheid werd op instigatie van het Departement Dordrecht van de Maatschappij van nijverheid door het College van burgemeester en wethouders benoemd teneinde het bij te staan in de behartiging en bevordering van de belangen van handel en nijverheid. De Commissie bestond uit P.J. de Kanter, B. van Bilderbeek, S. Boers, E. Boonen, H. van Dongen, H. de Graaf, F.H. van Gijn, J. van 't Hof, F. Kolkman, W. Krins, H. Lindeman, F. Meihuizen, C.J. Mulder, A.C. van Nievervaart, J.B. Overwijn, P.L. van de Polder, A. van Raalte, J.C. Rédelé, J. van Waalwijk van Doorn, J. van Waardhuizen en G.W. de Wolff.
De Commissie vergaderde voor het eerst op 8 september 1914. Zij achtte de vestiging van een permanent bureau, waar iedereen zich met eventuele klachten en wensen zou kunnen vervoegen, noodzakelijk. Na aanwijzing van A. van Raalte besloot de vergadering het bureau te vestigen aan de Nieuwstraat, waar de secretaris elke dag van 14.00 tot 15.30 uur te spreken zou zijn voor belanghebbenden. In de plaatselijke bladen werd hievan aanvankelijk regelmatig mededeling gedaan. Besloten werd voorts een circulaire te versturen naar alle verenigingen, die daarvoor in aanmerking kwamen, met het verzoek tot invulling van een erbij gevoegde vragenlijst. Reeds dadelijk bleek ter vergadering, dat de commissie zich bij herhaling zou hebben te wenden tot de militaire autoriteiten teneinde voor zakenmannen verlof te vragen. Ook bleken er moeilijkheden met betrekking tot de meelvoorziening, op welk gebied allicht stappen zouden moeten worden gedaan.
In de vergadering van 23 oktober 1914 werd het bureau gemachtigd tot vriendschappelijke bemiddeling in loonkwesties. Men besloot zich te wenden tot het gemeentebestuur met het verzoek een regeling te treffen om hen, die ten gevolge van de omstandigheden in financiële moeilijkheden verkeerden, op een gemakkelijke wijze aan krediet te helpen. In Amsterdam en Den Haag zou worden geïnformeerd naar de kredietregeling voor de middenstand en naar de wijze van verstrekking van bouwkredieten.

Op 27 november vergaderde de Commissie voor de derde keer. Er werden discussies gevoerd over de kredietverlening. Deze zaak bleek urgent nu er al enkele aanvragen tot faillietverklaring van mensen, die door de omstandigheden hadden geleden, bij de rechtbank waren ingediend. Besloten werd bij het College van B & W aan te dringen op een coulante regeling van deze materie. Daarna werd de Commissie nooit meer bijeengeroepen. De kooplieden wisten zich langzamerhand aan de veranderde omstandigheden aan te passen, zodat de Commissie haar eigenlijke taak, het zoveel mogelijk in normale banen leiden van handel en industrie, automatisch werd ontnomen. Voor het bureau bleef er evenwel nogal wat werk te doen. Tal van aanvragen om verlof werden bij de militaire autoriteiten ondersteund, pogingen werden gedaan om kleine industriëlen aan grondstoffen te helpen, bemiddelend werd er opgetreden in enkele gevallen, waarin bakkers door hun leveranciers met een faillissement werden bedreigd. Het bureau deed voorts het zijne teneinde te bewerken, dat begonnen bouwwerken zouden worden voortgezet. In september 1914 trad het in overleg met de in Dordrecht gevestigde bakkers over maatregelen in verband met de schaarste aan bloem. Het bureau verleende ook bijstand aan handelaren, die belemmeringen ondervonden bij de im- of export van hun artikelen.
Tenslotte deed het bureau pogingen tot het zich vestigen van nieuwe industrieën. Hierbij kon het niet tot positieve successen komen. Ruim vijtig aanvragen om kredieten met borgstelling door de gemeente werden behandeld. Het lijdt geen twijfel of tal van middenstanders hebben zich met de hen verleende kredieten staande kunnen houden. Sommigen hebben zich met behulp van de betrekkelijk kleine sommen, die hun werden geleend, een betere positie weten te veroveren.
Toen in maart 1919 bleek, dat ook het bureau nog slechts enkele kredietaanvragen te behandelen kreeg, zodat aan de bestaansnoodzakelijkheid van de Commissie mocht worden getwijfeld, werd ze door het College van burgemeester en wethouders ontbonden.

Kenmerken

Datering:
1914 - 1919
Auteur:
---
Omvang:
0,13 meter
Titel inventaris:
Commissie voor Handel en Nijverheid