Op 1 mei 1896 werd de Dordrechtsche Bestuurdersbond opgericht en sloot zich aan bij het Nationaal Arbeidssecretariaat. Dit bleef zo tot 1906, toen het Nederlands Verbond van Vakverenigingen (N.V.V.) werd gevormd en waarvan de Dordrechtsche Bestuurdersbond (D.B.B.) een onderdeel ging uitmaken. De D.B.B. stelde zich tot doel de vakverenigingen in Dordrecht en omgeving bijeen te brengen om zo de industriële en sociale belangen van de arbeidersklasse te behartigen en te bevorderen. De Bond probeerde dit te bereiken door de beginselen van het N.V.V. te verbreiden, de ontwikkeling van de vakverenigingsleden te bevorderen, het houden van betogingen, voordrachten, vergaderingen en cursussen, het verstrekken van rechtskundig advies en hulp op moreel, organisatorisch en financieel gebied, zoals bij loonbewegingen en stakingen, het toezichthouden op arbeidswetten, plaatselijke verordeningen en arbeidsvoorwaarden en het voeren van propaganda voor de aangesloten verenigingen. De besturen van de aangesloten verenigingen vertegenwoordigden hun leden in de D.B.B., terwijl uit hun midden ook het Bondsbestuur werd gekozen. Iedere vereniging had hierbij niet evenveel invloed: het aantal betalende leden bepaalde hoeveel stemmen ze mocht uitbrengen. Dit werd in de nieuwe Statuten uit 1913 vastgelegd. Voor het verstrekken van rechtskundige adviezen en hulp werd in 1904 speciaal het Bureau voor Arbeidsrecht opgericht, dat tot na de Tweede Wereldoorlog een onderdeel van de D.B.B. bleef vormen.

In 1896 stond de Dordtse vakbeweging nog maar in haar kinderschoenen. Vele beroepen waren nog niet georganiseerd, terwijl het aantal leden van en de samenwerking tussen de reeds bestaande vakverenigingen gering waren. De D.B.B. bracht hierin verandering. De Bond ging de centrale leiding vormen over vele socialistische, algemene en vakverenigingen, want naast vakbonden sloten onder andere ook politieke partijen zich bij de D.B.B. aan. Dit veranderde rond 1915 toen een reorganisatie er voor zorgde, dat de D.B.B. zich ontwikkelde tot een federatie van afdelingen van vakbonden aangesloten bij het N.V.V. De samenwerking met de S.D.A.P., afdeling Dordrecht bleef echter innig: samen gaven ze het orgaan De Volksstem van 1909 tot 1920 uit en vormden in 1930 een Plaatselijke Raad om de samenwerking tussen politiek en vakbeweging verder te bevorderen.

De Dordrechtsche Bestuurdersbond speelde een actieve rol in de strijd om politieke en sociale rechten voor de arbeiders en verleende daarom financiële en morele steun aan stakingen en arbeidsconflicten in geheel Nederland. Vanaf 1929 kwam de bestrijding van de werkloosheid door middel van werkverschaffing bij de Bond op de eerste plaats. Na de capitulatie van Nederland in mei 1940 bleef de D.B.B. bestaan, maar toen in 1941 een nieuw bestuur door de Commissaris van de Vakbeweging werd benoemd, hield de oude Bond in principe op te bestaan. In mei 1945 begon de Bond weer actief te worden. Rond 1949 werd de naam veranderd in N.V.V. Bestuurdersbond, afdeling Dordrecht en in 1971 in N.V.V., afdeling Dordrecht. Door de samenvoeging van het N.V.V. en N.K.V. heet de organisatie nu F.N.V., afdeling Dordrecht. De D.B.B. heeft een vooraanstaande rol in de Dordtse vakbeweging gespeeld en een belangrijke functie voor de arbeidersbevolking vervuld in de loop der jaren en heeft zeker nu nog steeds niets aan zijn belang verloren.