Uw zoekacties: Doopsgezinde Gemeente van Dordrecht

109 Doopsgezinde Gemeente van Dordrecht ( Regionaal Archief Dordrecht )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Aanwijzingen voor de gebruiker
Openbaarheidsbeperkingen
Beperkingen aan het gebruik
Andere toegangen
Aanvraaginstructie
Citeerinstructie
Inleiding
Eigenlijk zijn in deze inventaris twee archieven beschreven, die echter zijn samengevoegd in één doorlopende nummering, aangezien de besturen ze ook als een geheel hebben beschouwd en bewaard. Dit kwam mede, doordat de personen voor een deel dezelfde waren gebleven en de tijdsruimte tussen de ene en de andere gemeente zo gering was. De ene gemeente is opgericht op 18 december 1861 en noemde zich de gereconstitueerde Doopsgezinde Gemeente te Dordrecht. Haar bewaard gebleven administratie reikt tot 1883. Zij is niet opgeheven, maar, bloedarm als zij van meet af was, zonder gerucht ingeslapen. Op 13 december 1995 werd opnieuw een Doopsgezinde Gemeente gesticht. Blijkbaar hadden zich nu meer Doopsgezinden zich in Dordrecht gevestigd. Men verwachtte ook overgangen van modernen uit de Nederlands-Hervormde Gemeente naar deze Doopsgezinde van, op een enkele uitzondering na, vrij vrijzinnige signatuur. Ofschoon deze overgangen zeker niet talrijk zijn geweest - heel spoedig werd ook een Remonstrantse Gemeente in Dordrecht gesticht - bleek de nieuwe gemeente levensvatbaar, al telde zij tot nu toe nooit meer dan 175 leden.
Al noemden de broeders van 1861 de gemeente gereconstitueerd, deze had in feite niets te maken met de constitutie van de oude gemeente, die nog dagtekende van de tijd van de vervolging in de zestiende eeuw. Deze bestond in 1861 nog wel, doch bestond toen al sinds jaren uit slechts één lid, koster A. Karsdorp. Dit enige lid was Gemeente en Diaconie (Kerkenraad) tegelijk en kon dus over de goederen beschikken en ook toegezonden attestaties van lidmaatschap weigeren, dankzij de volstrekte autonomie van de Doopsgezinde gemeenten. Het spreekt vanzelf, dat deze man ook het oude archief niet doorgaf aan de gereconstitueerde gemeente. Maar gelukkig vernietigde hij het niet, althans niet alles. Hij schonk het aan de stad, die het in haar archiefbewaarplaats ondergebracht heeft. Het geringe aantal archivalia is niet in een aparte inventaris beschreven, maar zijn opgenomen in de inventaris op archiefnummer 3, inventarisnummer 4788-4792. Het archief van de gereconstitueerde gemeente is onvolledig. Er schijnt van enige orde in de administratie geen sprake te zijn geweest. Het lijkt wel of het slechts een persoonlijke zaak betrof van enkele Doopsgezinden die zich in Dordrecht hadden gevestigd. Maar dit was stellig niet de bedoeling. Zij wilden de oude gemeente reconstitueren. Het archief van de nieuwe gemeente is betrekkelijk systematisch en tamelijk volledig bewaard.
Hier zij nog aangetekend, dat de Gemeente bij haar oprichting in 1895 volgens de toentertijd aan het Ministerie van justitie heersende leer geen kerkgenootschap kon zijn doch slechts een vereniging in de zin van de Wet van 22 april 1855 en dat zij dus om rechtspersoonlijkheid te bezitten koninklijke goedkeuring voor haar statuten behoefde. Het standpunt dat nieuw opgerichte kerkgenootschappen vielen onder de Wet van 1855 is echter door het ministerie verlaten. Op 8 mei 1954 besloten de leden de vereniging te ontbinden en op te richten het kerkgenootschap 'De Doopsgezinde Gemeente van Dordrecht', dat als zodanig rechtspersoonlijkheid bezit.
Inventaris
5. Eigendommen
109 Doopsgezinde Gemeente van Dordrecht
Inventaris
5.
Eigendommen

Kenmerken

Datering:
1793 - 2019
Auteur:
A. Mulder en W.M. Koole (2018)
Omvang:
4 meter
Titel inventaris:
Doopsgezinde Gemeente van Dordrecht