Uw zoekacties: Plaatselijke Commissie van Geneeskundig Toevoorzigt

105 Plaatselijke Commissie van Geneeskundig Toevoorzigt ( Regionaal Archief Dordrecht )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Aanwijzingen voor de gebruiker
Openbaarheidsbeperkingen
105 Plaatselijke Commissie van Geneeskundig Toevoorzigt
Aanwijzingen voor de gebruiker
Openbaarheidsbeperkingen
Het gehele archief is openbaar
Beperkingen aan het gebruik
Andere toegangen
Aanvraaginstructie
Citeerinstructie
Inleiding
Op 18 juli 1755 werd door het Gerecht van de stad Dordrecht het Collegium medicum opgericht om toezicht uit te oefenen op doktoren, chirurgijnen, apothekers en stadsvroedvrouwen. In dit Collegium medicum hadden zitting de ordinaris stadsmedicinae doctooren, benevens een medicinae doctor door desen Edle Groot Agtbare Geregte reets genomineert, off die na desen nader zal werden genomineert, sullen ook worden gevoegt, gelijk daertoe genomineert en bijgevoegt worden bij dezen, den overman en dekenen van het chirurgijnsgilde, als representeerende denselven geheelen gilde, in plaetze van de stadschirurgijns, mitsgaders den overman, praeses en scriba van de confraterie der apothecars, als representeerende deselve geheele confraterie, ten einden dus gezamentlijk en gecombineert uit te maken het Collegium Medicum.
Dit van stadswege benoemde Collegium medicum heeft zich kunnen handhaven tot 1806. Het geneeskundig toezicht werd toen in groter verband geregeld. Er voor in de plaats kwam de Plaatselijke commissie van geneeskundig toevoorzigt, welke rechtstreeks stond onder de Departementale, na het Franse bestuur Provinciale commissie van geneeskundig onderzoek en toevoorzigt van Holland residerende te Dordrecht.
Reeds in 1804 had het Staatsbewind een besluit uitgevaardigd over de oprichting van plaatselijke commissies van geneeskundig toevoorzigt. De Raad van Dordrecht en de Merwede besloot daarop in zijn vergadering van 12 september 1804 advies in te winnen bij de commissarissen van het Collegium medicum. Of dit advies ook werkelijk is uitgebracht, staat niet vast. Eerst in de Raadsvergadering van 4 juni 1806 werd dit onderwerp weer aangeroerd naar aanleiding van een brief van de Departementale commissie, welke het verzoek inhield, dat met ontbinding van de thans nog exteerende collegia, de bedoelde Plaatzelijke commissie volgens art. 27 der publicatie van 20 maart 1804 moge worden opgerigt en in werking gebracht. Nadat er advies was ingewonnen, kwam het verzoek 18 juni 1806 weer ter tafel waarna de Raad er mee akkoord ging.
In de daarop volgende maand, 16 juli, werd het Collegium medicum ontbonden, terwijl wat het archief betreft bepaald werd, dat boeken, papieren en verdere documenten bij dezelfs ontbinding, tegen behoorlijk recepis, over te geven aan de hierna te melde en aan te stellen Plaatzelijke commissie. Tegelijkertijd werden ook ontbonden de collegia van provisioneele commissarissen over het voormalig chirurgijnsgild en die van de confratery der apothcars binnen deze stad, mede met last om hunne boeken, wetten en papieren tegen behoorlijk recepis over te geeven aan de aan te stellen Plaatzelijke commissie, dog word hier egter van uitgezondert het fonds der instrumenten kas, gelijk ook de kast met de instrumenten, waarin behalven heelmeesters, nog andere bijzondere leeden participieren, en welk fonds alzoo ter beschikking en despositie van alle de tegenwoordige deelnemers word overgelaten. Deze overdracht van de archiefstukken vond inderdaad plaats, zoals uit de Raadsnotulen van 4 november 1807 blijkt.
Tot de voornaamste taken van de Plaatselijke commissie van geneeskundig toevoorzigt behoorden het toezicht op de uitoefening van alle takken van de geneeskunst, op het onderwijs in de geneeskunde en het jaarlijks inspecteren van de winkels van apothekers en drogisten. Bij het heersen van besmettelijke ziekten, zoals de in de 19e eeuw nog herhaaldelijk voorkomende choleraepidemieën, moest zij de stedelijke overheid van advies dienen betreffende maatregelen tegen verdere uitbreiding. Tot eerste president van deze nieuwe commissie werd benoemd J.B. Crol, die daarvoor voorzitter van het Collegium medicum was geweest. In 1823 werd W.J. Rovers zijn opvolger. De volgende voorzitter werd in 1847 M.G. Timmers Verhoeven, die de commissie gedurende negen jaren zou presideren. In 1856 nam hij ontslag wegens zijn benoeming tot burgemeester van Dordrecht. De volgende president, N. Rovers heeft de voorzittershamer gehanteerd tot de opheffing van de commissie in 1865.
Bij Koninklijk besluit van 3 juni 1865 werd bepaald, dat de wetten van 1 juni 1865 met ingang van 1 november van dat jaar in werking zouden treden. Hiertoe behoorde ook een wet betreffende het geneeskundig staatstoezicht, die bepaalde, dat de Plaatselijke commissies van geneeskundig toevoorzigt zouden ophouden te bestaan. Zodoende werd de commissie, die veel heeft bijgedragen tot verbetering van de volksgezondheid opgeheven. De archiefstukken werden op 11 november 1865 overgedragen aan de gemeente Dordrecht. Uit de toen opgemaakte inventaris blijkt, dat er in de loop der tijden enkele stukken zijn verdwenen.

Kenmerken

Datering:
1755 - 1865
Auteur:
A.J. Busch (1961)
Omvang:
1,25 meter
Titel inventaris:
Plaatselijke Commissie van Geneeskundig Toevoorzigt
Categorie: