Uw zoekacties: Schilder- en tekenkundig genootschap Kunstliefde te Utrecht

777-1 Schilder- en tekenkundig genootschap Kunstliefde te Utrecht ( Het Utrechts Archief )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Historisch overzicht
Leden
Bestuur
777-1 Schilder- en tekenkundig genootschap Kunstliefde te Utrecht
Inleiding
Bestuur
Organisatie: Het Utrechts Archief
In 1807 werd de zakelijke leiding van het genootschap in handen gelegd van twee commissarissen en een secretaris. Zij hadden tot taak de inkomende penningen te ontvangen, daaruit de nodige betalingen te doen en verder alle huishoudelijke beschikkingen te maken. Het is niet duidelijk wie van de commissarissen in de eerste jaren de functie van voorzitter bekleedde. De oudste vermelding van deze functie dateert uit 1816. Er is dan sprake van drie commissarissen, van wie steeds de oudste in functie een jaar de voorzittershamer hanteerde en daarna aftrad.
De artistieke leiding werd in 1807 toevertrouwd aan twee directeuren, zelf kunstenaars, die met de organisatie van de tekenoefeningen en eventueel andere artistieke activiteiten van het genootschap waren belast. De eerste twee directeuren waren J.B. Kobell en P.C. Wonder. In 1809 trad Kobell af; hij werd opgevolgd door A.J. van Mansvelt, Vanaf 1810 bekleedde Wonder alleen het directeurschap (tot 1822). Een tweede directeur is daarna nooit meer benoemd. De laatste directeur, J. Gabriëlse, trad in 1916 af.
Volgens het reglement van 1858 werden de commissarissen, de secretaris-penningmeester en de directeur voor drie jaar gekozen. De secretaris-penningmeester en de directeur waren echter direct herkiesbaar. Hierdoor kon het voorkomen, dat deze twee functionarissen vele jaren achtereen aanbleven. Zo waren W.A. Haanebrink en mr. P. verLoren van Themaat resp. 25 en 27 jaar secretaris-penningmeester, en B. van Straaten en A.W. Nieuwenhuysen resp. 27 en 31 jaar directeur.
In 1886 werd de functie van secretaris-penningmeester gesplitst. Afgezien van de periode 1916-1930 *  zijn de functies van secretaris en penningmeester daarna nooit meer in één persoon verenigd geweest. Het bestuur werd herhaaldelijk uitgebreid. Na 1900 bestond het uit 7 leden. In de statuten van ca. 1960 werd het aantal bestuursleden op 9 gesteld: een voorzitter, een secretaris, een penningmeester (te zamen het dagelijks bestuur uitmakend), een vice-voorzitter, een 2de secretaris en 4 assessoren. In de statuten van ca. 1976 wordt gesproken van "minstens 7 en ten hoogste 9 leden" *  . Afgezien van de voorzitter en de penningmeester, die ook kunstlievend lid mochten zijn, werden de bestuursleden uit de werkende leden gekozen. Tussen 1930 en 1960 hadden zij slechts één jaar zitting, daarna 4 jaar. Zij waren allen onmiddellijk herkiesbaar.
Het bestuur delegeerde bijzondere taken aan commissies. De verkiezing van alle bestuurs- en commissieleden geschiedde door de algemene ledenvergadering bij volstrekte meerderheid van stemmen. In 1968 werd een administrateur benoemd, waardoor de functie van tweede secretaris kwam te vervallen.
Tekenoefeningen
Kunstbeschouwingen - Circulerende portefeuille
Tentoonstellingen
Premies - Prijzen
Verlotingen - Ruilcirculatie
Vriendschappelijke vereeniging - De Hanekam
Fondsen
Archief
Addendum
Geraadpleegde literatuur
N.B. G.A.U. = Gemeentelijke Archiefdienst Utrecht
HUA = Het Utrechts Archief
Bijlagen
1. Lijst van ere-voorzitters, voorzitters, secretarissen, penningmeesters en directeuren over 1807-1977
N.B. De jaartallen geven het benoemingsjaar weer
2. Lijst van gehouden tentoonstellingen over 1807-1977
N.B. De gegevens voor deze lijst zijn voornamelijk ontleend aan inv.nrs. 36, 241-246, 250-253 en 257-278
3. Specificatie van de verzameling tekeningen in inv.nrs. 460-469
Erfgoedstuk

Kenmerken

Datering:
1807-1977
Toegangstitel:
Inventaris van het archief van het genootschap Kunstliefde te Utrecht 1807-1977
Auteur:
J.G. Riphaagen
Datering toegang:
1983
Openbaarheid:
Volledig openbaar
Rechtstitel:
Opneming in beheer van een particulier, niet in eigendom verkregen
Omvang:
11,2 m zuurvrije dozen
Rubrieken:
Thema trefwoorden: