Uw zoekacties: Verzameling Van Buchel-Booth

355 Verzameling Van Buchel-Booth ( Het Utrechts Archief )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Ontstaan van de verzameling
355 Verzameling Van Buchel-Booth
Inleiding
Ontstaan van de verzameling
Organisatie: Het Utrechts Archief
De door Aernout van Buchel (1565-1614) in talloze banden in afschrift verzamelde oorkonden en zijn vele aantekeningen met verwijzingen en tekeningen van wapens en zegels betreffen overwegend de middeleeuwse geschiedenis van stad en Sticht Utrecht, in mindere mate die van Holland en hier en daar ook die van andere Noord-Nederlandse gewesten. Het zijn banden (libri) vol met probationes, afschriften van bewijsstukken, die aanvankelijk werden aangelegd voor genealogische en heraldische doeleinden maar al snel met allerlei ander historisch materiaal werden uitgebreid. Derhalve kunnen ze het best worden omschreven als producten van oudheidkundig of antiquarisch onderzoek *  : onderzoek naar de geschiedbronnen van topografie, gebouwen, instellingen en historische gebeurtenissen, de lieux de mémoires van stad en Sticht Utrecht en, in relatie daarmee, het graafschap Holland.
Van Buchel begon zijn antiquarische onderzoekingen van het Utrechtse verleden omstreeks 1600, nadat zijn plannen voor het schrijven van een eigentijdse politieke geschiedenis *  overbodig waren geworden door het verschijnen van het standaardwerk over de Opstand door Pieter Bor in 1595. *  Het merendeel van zijn middeleeuwse documenten verzamelde en kopieerde hij in de eerste decennia van de zeventiende eeuw. Naar eigen zeggen was hij ca. 1636 al ver gevorderd met het kopiëren van stukken. *  Wie de wirwar van de door hem aangelegde boeken en banden ziet, moet echter vaststellen dat hij daarbij niet altijd even systematisch te werk ging. *  Van Buchel kopieerde zijn materiaal doorgaans daar waar de archiefstukken toentertijd berustten. Hij moet dus toegang gehad hebben tot het stadsarchief, de diverse kapittelarchieven alsook tot het Statenarchief, waar in zijn tijd ook de archieven van de opgeheven en door de Staten geconfisceerde kloosters werden gedeponeerd.
Bij dit werk had Van Buchel een machtige intellectuele en praktische steun aan Adriaan van Winssen en Hoenkoop, die afwisselend op Kasteel Heemstede en in Utrecht woonde en net als Van Buchel banden vol met antiquiteiten kopieerde. *  Als lid van de ridderschap (en dus van de Staten) *  liet Van Winssen tal van Statenarchivalia tijdelijk bij hem thuis deponeren, waar hij en van Van Buchel ze konden bestuderen en afschrijven voor hun beider verzamelingen. * 
De verzameling handschriften en gedrukte werken van Van Buchel kwam onmiddellijk na diens overlijden in 1641 door koop in het bezit van de Utrechtse burgemeester Cornelis Booth (1605-1678). *  Deze heeft de Van Buchel-verzameling, waartoe inmiddels ook enkele originele middeleeuwse kronieken behoorden *  , daarna verder uitgebreid met eigen oorkondenafschriften, massa's aantekeningen en verwijzingen op onderwerp, ja zelfs met een (onuitgevoerd) plan voor een Utrechts oorkondenboek. *  Met dit werk was Booth al omstreeks 1630 (of nog eerder?) begonnen, in eerste instantie samen met zijn jongere broer Abraham Booth, secretaris was van de stad Wijk bij Duurstede, maar deze kwam in 1636 vroegtijdig te overlijden.
De historische interesse van Booth was allereerst genealogisch van aard. In de tweede plaats was deze een uitvloeisel van zijn ambtelijke taken. Daarnaast diende deze een meer algemeen belang: zoals hij het zelf in 1649 formuleerde 'tot dienst van mijn Vaderlandt ende kennisse der Oudheden van dien'. *  Soms werkte hij ook derden, maar dan uitsluitend tegen betaling. Booth kopieerde en verzamelde stukken uit het Stadsarchief, het Statenarchief en de oude middeleeuwse kloosterachieven, alsmede talloze particuliere charters en eigendomsstukken benevens overdrachten van onroerend goed en rentebrieven door particulieren onderling, als bewijsstukken van zijn genealogieën. * 
Overlevering van de verzameling
Beheer en bewerking van de verzameling
Addendum
Bijlage
1. Concordantie
Erfgoedstuk
2. Regesten

Kenmerken

Datering:
1295-1695
Toegangstitel:
Inventaris van de verzameling Van Buchel-Booth 1295-1695
Auteur:
C. Dekker en S.A.L. de Graaff, met een inleiding door C.A. van Kalveen
Datering toegang:
1989
Datering bewerking:
2002
Openbaarheid:
Volledig openbaar
Rechtstitel:
Opneming in beheer van een particulier, niet in eigendom verkregen
Omvang:
2 bladen kaarten; 8,69 m zuurvrije dozen
Rubrieken:
Categorie: