Uw zoekacties: Familie Van Bijlevelt

203 Familie Van Bijlevelt ( Het Utrechts Archief )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiƫrarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiƫrarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Herkomst van het archief
De families van Bijlevelt
De tak van Willem Dircksz
Ordening van het archief
203 Familie Van Bijlevelt
Inleiding
Ordening van het archief
Organisatie: Het Utrechts Archief
Daar het bezit van de familie van Bijlevelt hoofdzakelijk uit onroerende goederen bestond, lag het voor de hand om bil de ordening van dit archief een scheiding te maken tussen personalia en realia. De indeling van de afdeling personalia spreekt voor zichzelf. Genealogische aantekeningen zijn in de eerste afdeling opgenomen, waarop stukken volgen betreffende afzonderlijke leden der familie. In het algemeen zijn de stukken chronologisch gerangschikt, een uitzondering vormen de stukken van Paulus Martinus en van Simon P.W.H. van Bijlevelt, waarbij een scheiding is aangebracht tussen persoonlijke stukken en die, welke betrekking hebben op de openbare functies, die zij hebben bekleed. Bij de laatste is bovendien een aparte groep gevormd van de stukken in zake zijn administratie van nalatenschappen en fundaties. Hierbij is ook gevoegd inv. no. 86, dat betrekking heeft op de O.L. Vrouwe broederschap te Vleuten. Van deze broederschap was waarschijnlijk reeds Willem Dircks lid en veel
van zijn nakomelingen bekleedden de functie van procurator (administrateur) van de goederen van de broederschap. (Zie hierover Arch. Gesch. Artsbisdom Utrecht XXV blz. 255 vgg. en Jaarboekje "Niftarlake" 1915 blz 8 vgg en 1941 blz. 1 vgg.).
De stukken van zakelijke aard zijn in twee perioden te scheiden. De eerste loopt tot 1910, het tijdstip van het huwelijk van Paulina P.J.O. van Bijlevelt met Djemal Effendi. Voor de stukken uit deze eerste periode is een indeling gehaakt volgens de plaats van het bezit. In het algemeen leverde dit niet veel moeilijkheden op, al was niet van elk perceel de juiste ligging met volkomen zekerheid vast te stellen. Zo is het waarschijnlijk, dat het huis, genoemd in inv. no. 158, de hofstede Puntenburg geworden is, maar bij gebrek aan bewijs is dit stuk toch bij de boomgaarden geplaatst, waar het ook bij hoort. Onder de boomgaarden (II,a) vallen ook de stukken betreffende aankoop van land, dat pas later als boomgaard is gebruikt, hoewel niet als zodanig gekocht.
Het andere gebied ten NO van Vleuten is niet onderverdeeld. In de 19e eeuw waren hier 3 boerderijen: Alenvelt (vroeger Hinderstein) Klein Alenvelt, en Hinderstein (voormalige herberg de Swaan). De van Bijlevelts hadden Hinderstein en Klein Alenvelt verpacht en woonden op Alenvelt, dat steeds meer het karakter van een herenhuis kreeg, met park, moestuin en boomgaard. Het bouw- en weiland werd tenslotte geheel bij de 2 pachtboerderijen gevoegd.
Andere boerderijen in het bezit van de familie waren de hofstede Puntenburg, ook te Vleuten, en de boerderij Okhuizen te Haarzuilens. Bovendien bezat de familie enkele woningen en losse percelen grond te Vleuten, enige bezittingen in Utrecht en nog wat verspreide bezittingen. De eerste periode van afdeling B wordt besloten met de stukken betreffende familiegraven.
De tweede afdeling van de realia bestaat uit een rentmeesters-archief, dat is ontstaan doordat 'Paulina van Bijlevelt na haar huwelijk haar goederen liet beheren door een renteeester. De indeling van dit archief is gehandhaafd, en waar die verloren gegaan was, zoveel mogelijk hersteld. In dit rentmeestersarchief bevinden zich de brieven van Paulina aan haar notaris, die een belangrijke bron vormen voor haar leven van 1920-1947.
De derde afdeling bevat stukken, waarvan de samenhang met het archief niet is gebleken en behoeft geen verdere toelichting.
Bijlagen
Genealogie van de afstammelingen van Willem Dircksz van Bijlevelt
N.B. Alleen volledig voor de oudste tak; de afstammelingen van Johannes Hendrikus Josephus (V bis) slechts voor zover de personen in de stukken voorkomen
Genealogische aantekeningen over aangetrouwde families
N.B. Onvolledig: alleen die personen zijn opgenomen, die in de stukken zijn genoemd of voor het verband nodig waren
Genealogische aantekeningen over de afstammelingen van Cornelis Dircksz van Bijlevelt
N.B. Cornelis Dircksz. was waarschijnlijk een broer van Willem Dircksz, van Bijlevelt. Van zijn afstammelingen zijn hier alleen die personen genoemd, die vermeld worden in de stukken of nodig zijn voor het onderling verband
Aantekeningen over Jacobus van Bijlevelt, pastoor te Maarssen

Kenmerken

Datering:
1562-1947
Toegangstitel:
Inventaris van het archief der familie Van Bijlevelt te Vleuten
Auteur:
E.P. Polak-de Booy
Datering toegang:
1961
Openbaarheid:
Stukken jonger dan 50 jaar slechts ter inzage na toestemming inbewaargever
Rechtstitel:
Opneming in beheer van een particulier, niet in eigendom verkregen
Omvang:
1,43 m oude verpakking
Rubrieken:
Thema trefwoorden: