Uw zoekacties: Concessionarissen en commissies van beheer van straatwegen te Utrecht

15 Concessionarissen en commissies van beheer van straatwegen te Utrecht ( Het Utrechts Archief )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiƫrarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiƫrarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Het zand- en jaagpad Breukelen-Ouderkerk
De straatweg Naarden-Amersfoort en de zijwegen Groeneveld-Baarn, Blaricum-Huizen en Huizen-Naarden
15 Concessionarissen en commissies van beheer van straatwegen te Utrecht
Inleiding
De straatweg Naarden-Amersfoort en de zijwegen Groeneveld-Baarn, Blaricum-Huizen en Huizen-Naarden
Organisatie: Het Utrechts Archief
De hoofdweg, de straatweg Naarden-Amersfoort, werd aangelegd op instigatie van een groep inwoners uit Baarn, Soest, Soestdijk en Amersfoort, waaronder leden van Gedeputeerde Staten van Utrecht en grootgrondbezitters. Bij K.B. van 15 oktober 1815 nr. 24 kreeg men toestemming voor de aanleg. Het doel van deze straatweg was de ontsluiting van het gebied tussen Naarden en Amersfoort en een betere verbinding met Amsterdam en met Arnhem, Deventer en Duitsland. De bestrating volgde voor het grootste gedeelte het trajekt van de bestaande zandweg tussen Naarden en Amersfoort. De kosten voor de aanleg werden gehaald uit een geldlening, waaraan alleen partikulieren deelnamen. Uit de deelnemers aan de geldlening werd een kommissie gekozen die tot taak had voor de aanleg en daarna voor de exploitatie te zorgen. Voor aflossing van de geldlening en om de kosten voor het onderhoud te dekken haalde men de inkomsten uit de verpachting van tollen, die meestal om de drie jaar plaatsvond.
De kommissie bestond uit vier kommissarissen met wisselende funkties maar meestal waren er een president, een sekretaris, een administrateur en een thesaurier. De kommissarissen vergaderden een, soms twee keer per jaar. De notulen zijn pas aanwezig vanaf 1836, na het overlijden van de eerste president, Joan Huijdecooper van Maarseveen.
De weg had zes tollen, te weten: buiten Naarden, tegenover de herberg Jan Tabak; op de Gemeene Steeg, te Eemnes Buitendijks; bij het huis Groeneveld; de Domeintol te Soestdijk; op de Birkse weg te Soest en op de Soesterweg te Amersfoort.
Naast de hoofdweg waren er nog drie zijwegen die in het tweede kwart van de 19e eeuw werden aangelegd. Dit waren de straatwegen Groeneveld-Baarn, Blaricum-Huizen en Huizen-Naarden. Deze wegen werden beheerd door de kommissie van de straatweg Naarden-Amersfoort, die meedeed in de drie geldleningen voor deze straatwegen. Verder namen er in deze geldleningen alleen partikulieren deel. Het beheer van de zijwegen verliep net zo als dat van de hoofdweg. Toestemming voor de aanleg van de straatweg Groeneveld-Baarn kwam bij K.B. van 29 maart 1828 nr. 74 en voor de aanleg van de straatwegen Blaricum-Huizen en Huizen-Naarden bij K.B.'s van 20 januari 1838 nrs. 62 en 48. Op elk van de drie zijwegen kwam een tol en bij Naarden nog een hulptol. Het doel van de aanleg van de zijwegen was naast een betere ontsluiting van de desbetreffende gemeenten ook een grotere toevoer van verkeer naar de hoofdweg, waardoor de tolopbrengsten toenamen.
Op 1 mei 1901 nam het rijk de exploitatie van de weg en de zijwegen over en werden de tollen opgeheven. De kommissarissen bleven het beheer uitoefenen tot de gehele geldlening was afgelost. Hiervoor kreeg men een jaarlijkse bijdrage van het rijk. Op 10 november 1930 droegen de kommissarissen het bestuur over aan het rijk.
De straatweg Soestdijk-De Bilt
De macadamweg Utrecht-Schalkwijk en de zijweg Houten-Beusichemse Veer
De straatweg Utrecht-Soestdijk en de zijweg Maartensdijk-provinciegrens
De archieven
Literatuur
Bewerkingsgeschiedenis
Erfgoedstuk

Kenmerken

Datering:
1626-1930
Toegangstitel:
Inventaris van de archieven van concessionarissen en commissies van beheer van straatwegen in de provincie Utrecht 1626-1930
Auteur:
J. van Wandelen
Datering toegang:
1977
Datering bewerking:
2010
Openbaarheid:
Volledig openbaar
Rechtstitel:
Overbrenging van een overheidsarchief
Omvang:
4,2 m oude verpakking