Mijn Studiezaal (inloggen)
21.024A Gereformeerd Weeshuis, sinds 1956 Protestants Kinderhuis Maastricht, 1641-1979 ( Historisch Centrum Limburg, te Maastricht )
21.024A
Gereformeerd Weeshuis, sinds 1956 Protestants Kinderhuis Maastricht, 1641-1979
Inleiding
Geschiedenis van de instelling
Geschiedenis van het archief
Verantwoording van de inventarisatie
21.024A Gereformeerd Weeshuis, sinds 1956 Protestants Kinderhuis Maastricht, 1641-1979
1. Inleiding
Verantwoording van de inventarisatie
Het archief van het weeshuis begint in 1641 en de archiefvorming gaat nog altijd verder; de stichting "Het Gereformeerd Weeshuis" bestaat nog. Desalniettemin hebben wij gemeend slechts te moeten inventariseren tot augustus 1979, de sluitingsdatum van het tehuis. Ten eerste omdat archiefstukken van latere datum nog door de stichting gebruikt worden en ten tweede omdat met de sluiting en het vervallen van de functie van het tehuis ook de aard van het archief ernstig verandert. Op deze afsluitdatum is één uitzondering gemaakt, namelijk voor het laatste deel met notulen dat loopt van 1949 tot 1982. Dankzij de vriendelijke medewerking van secretaris-regentes mevrouw van de Plaats is dit deel afgesloten en kon het in de inventaris worden opgenomen. Het archief van na augustus 1979 blijft verder onder het beheer van de stichting.
Het archief beschreven in deze inventaris, bestaat eigenlijk uit het archief van het college van regenten. In de Franse tijd zijn er geen regenten en wordt het weeshuis bestuurd door de "Commission Administrative des Hospices Civils". Voor de lotgevallen van het weeshuis in die periode raadplege men dat archieffonds; het wordt eveneens bewaard bij de Gemeentelijke Archiefdienst van Maastricht.
Vanaf 1949 wordt de functie van regent-secretaris-penningmeester gesplitst. Deze scheiding van functies blijkt niet erg te hebben voldaan; de regent-secretaris en de regent-penningmeester hebben verre van zelfstandig gewerkt. Hun functies blijken in de praktijk niet duidelijk omschreven te zijn, zodat zowel de secretaris als de penningmeester en soms zelfs de voorzitter elkaar herhaaldelijk hun ingekomen brieven doorsturen. Bovendien hebben zij samengewerkt (formulieren samen ingevuld) en zijn ze zo beleefd geweest elkaar op de hoogte te houden van hun handelingen door elkaar de doorslagen van hun uitgaande brieven te sturen, al dan niet voorzien van commentaar. Van een aparte archiefvorming is dan ook nauwelijks sprake geweest. Wij hebben hun archief dan ook beschouwd als één geheel, zijnde het archief van het college van regenten.
De weesouders en de directrice hebben eveneens archief gevormd; zij hielden een aantal hulpkasboekjes bij. Door de aanwezigheid van vrijwel complete series stukken betreffende de financiële verantwoording van het beheer waren deze deeltjes nutteloos geworden; bovendien leverden ze door de beknopte manier waarop ze ingeschreven waren, geen historische informatie op. Ze zijn, na overleg met de eigenaars, vernietigd.
Wij kozen voor het archief van het weeshuis-in feite dus alleen het archief van het college van regenten-een indeling naar onderwerpen. Naast de notulen van het college vindt men onder de stukken van algemene aard de notulen van de gecombineerde vergaderingen van het college van regenten en de Commissie van Toezicht. Het college ziet vanaf 1910 haar onafhankelijkheid door deze commissie beperkt. Het gaat hier om notulen die door de secretaris van het college van regenten ten behoeve van het college zijn bijgehouden; ze maken dus deel uit van het archief van het college. Het archief van de Commissie van Toezicht zelf komt in deze inventaris niet ter sprake; als de commissie een archief heeft, berust dat waarschijnlijk nog onder de commissie.
De correspondentie van het college bestaat uit losse stukken enerzijds en brievenboeken anderzijds. We hebben de ingekomen stukken en de minuten van uitgaande stukken tot 1940 verenigd in één serie; ten eerste omdat het aantal brieven voor de tweede wereldoorlog beperkt is en ten tweede omdat men in die periode de gewoonte had het concept-antwoord-dat veelal tevens als minuut fungeerde-op de achterkant van het ingekomen stuk te schrijven, zodat ingekomen en uitgaande stukken niet van elkaar te scheiden zijn. Na 1940 is dit geen gewoonte meer; wegens de toename van het aantal brieven zijn de ingekomen en uitgaande stukken vanaf die datum gesplitst in twee series.
De diverse dossiers die in het archief voorkwamen hebben wij zo veel mogelijk intact gelaten of soms zelfs hersteld.
De diverse dossiers die in het archief voorkwamen hebben wij zo veel mogelijk intact gelaten of soms zelfs hersteld.
De stukken die gaan over de financiële verantwoording van het beheer hebben wij geplaatst volgens het boekhoudkundigsysteem. Tot 1942 volgt men de kamerale boekhouding; enkele manualen, journalen en een kasboek getuigen hiervan. Vanaf die datum heeft men een dubbele boekhouding gevoerd. * De dubbele boekhouding is door het college al gauw als te omslachtig ervaren en wordt vanaf de jaren vijftig minder nauwkeurig toegepast. * Wegens de hoge eisen waaraan de boekhouding in verband met subsidieregelingen moet voldoen heeft het college vanaf 1972 de Vereniging Christelijk Onderwijs Schipperskinderen in de hand genomen om de administratie te regelen.
De bescheiden die hun waarde of zin voorgoed verloren hebben zijn vernietigd; een lijst van deze stukken is in bijlage van de inventaris opgenomen.
Literatuurlijst
laatste wijziging 09-12-2021
550 beschreven archiefstukken
Inventaris
laatste wijziging 09-12-2021
550 beschreven archiefstukken
Kenmerken
Datering:
1641-1979
Omvang m1:
3,30 meter
Inventaris:
Inventaris
Openbaar:
Openbaarheid beperkt
laatste wijziging 09-12-2021
550 beschreven archiefstukken
