14.A002B Archief van het Kapittel van de H. Petrus te Sint Odiliënberg, sinds 1361 Kapittel van de H. Geest te Roermond, sinds 1569 Kathedraal Kapittel (858) 1297-1797 ( Historisch Centrum Limburg, te Maastricht )
14.A002B
Archief van het Kapittel van de H. Petrus te Sint Odiliënberg, sinds 1361 Kapittel van de H. Geest te Roermond, sinds 1569 Kathedraal Kapittel (858) 1297-1797
Inleiding
laatste wijziging 26-04-2024
898 beschreven archiefstukken
11 gedigitaliseerd
totaal 1.220 bestanden
Inventaris
laatste wijziging 26-04-2024
898 beschreven archiefstukken
11 gedigitaliseerd
totaal 1.220 bestanden
Regestenlijst
88 1403 juli 6
“in ’t jair ons Heren dusent vierhondertendedrye des neesten vrijdaechz na Onser Vrouwendach visitationis”
Johan van Oederade verklaart dat hij aan Heinric van Dulken, priester, ten behoeve van de prebende waarvan burgemeesters, schepenen en raad van Roermond het vergevingsrecht bezitten en die de bisschop van Luik heeft afgesplitst van de inkomsten van het altaar gesticht door wijlen Johan van Rodingen in de H. Geestkerk, heeft verkocht zijn tiende te Peede in het land van Montfort. Hij heeft voor de hertog van Gelder en zijn leenmannen afstand gedaan van deze tiende die daarop Heinric van Dulken met de tiende heeft beleend. Johan van Oederaede en zijn zonen Heinric en Reynaer verlenen vrijwaring wegens aanspraken van derden.
Medebezegelaars: Heinric en Reynaer van Oederaede, Dederic Bake, rechter, en Dederic van den Grynde en Henric van den Fellenorde, schepenen te Roermond, dezelfde Dederic Bake en Dederic Man, leenmannen.
“in ’t jair ons Heren dusent vierhondertendedrye des neesten vrijdaechz na Onser Vrouwendach visitationis”
Johan van Oederade verklaart dat hij aan Heinric van Dulken, priester, ten behoeve van de prebende waarvan burgemeesters, schepenen en raad van Roermond het vergevingsrecht bezitten en die de bisschop van Luik heeft afgesplitst van de inkomsten van het altaar gesticht door wijlen Johan van Rodingen in de H. Geestkerk, heeft verkocht zijn tiende te Peede in het land van Montfort. Hij heeft voor de hertog van Gelder en zijn leenmannen afstand gedaan van deze tiende die daarop Heinric van Dulken met de tiende heeft beleend. Johan van Oederaede en zijn zonen Heinric en Reynaer verlenen vrijwaring wegens aanspraken van derden.
Medebezegelaars: Heinric en Reynaer van Oederaede, Dederic Bake, rechter, en Dederic van den Grynde en Henric van den Fellenorde, schepenen te Roermond, dezelfde Dederic Bake en Dederic Man, leenmannen.
14.A002B Archief van het Kapittel van de H. Petrus te Sint Odiliënberg, sinds 1361 Kapittel van de H. Geest te Roermond, sinds 1569 Kathedraal Kapittel (858) 1297-1797
Regestenlijst
88
1403 juli 6
“in ’t jair ons Heren dusent vierhondertendedrye des neesten vrijdaechz na Onser Vrouwendach visitationis”
Johan van Oederade verklaart dat hij aan Heinric van Dulken, priester, ten behoeve van de prebende waarvan burgemeesters, schepenen en raad van Roermond het vergevingsrecht bezitten en die de bisschop van Luik heeft afgesplitst van de inkomsten van het altaar gesticht door wijlen Johan van Rodingen in de H. Geestkerk, heeft verkocht zijn tiende te Peede in het land van Montfort. Hij heeft voor de hertog van Gelder en zijn leenmannen afstand gedaan van deze tiende die daarop Heinric van Dulken met de tiende heeft beleend. Johan van Oederaede en zijn zonen Heinric en Reynaer verlenen vrijwaring wegens aanspraken van derden.
Medebezegelaars: Heinric en Reynaer van Oederaede, Dederic Bake, rechter, en Dederic van den Grynde en Henric van den Fellenorde, schepenen te Roermond, dezelfde Dederic Bake en Dederic Man, leenmannen.
“in ’t jair ons Heren dusent vierhondertendedrye des neesten vrijdaechz na Onser Vrouwendach visitationis”
Johan van Oederade verklaart dat hij aan Heinric van Dulken, priester, ten behoeve van de prebende waarvan burgemeesters, schepenen en raad van Roermond het vergevingsrecht bezitten en die de bisschop van Luik heeft afgesplitst van de inkomsten van het altaar gesticht door wijlen Johan van Rodingen in de H. Geestkerk, heeft verkocht zijn tiende te Peede in het land van Montfort. Hij heeft voor de hertog van Gelder en zijn leenmannen afstand gedaan van deze tiende die daarop Heinric van Dulken met de tiende heeft beleend. Johan van Oederaede en zijn zonen Heinric en Reynaer verlenen vrijwaring wegens aanspraken van derden.
Medebezegelaars: Heinric en Reynaer van Oederaede, Dederic Bake, rechter, en Dederic van den Grynde en Henric van den Fellenorde, schepenen te Roermond, dezelfde Dederic Bake en Dederic Man, leenmannen.
Datering:
1403 juli 6
Notabene:
Origineel op perkament, inv.nr. 313, met zeven zegels; eenvoudig afschrift op papier, inv.nr. 322, f. 52v. (eerste telling).
Organisatie: Historisch Centrum Limburg, te Maastricht
laatste wijziging 20-01-2015
laatste wijziging 26-04-2024
898 beschreven archiefstukken
11 gedigitaliseerd
totaal 1.220 bestanden
Kenmerken
Datering:
(858) 1297-1797
Auteur:
G.H.A. Venner
Inventaris:
Inventaris van het archief van het Kapittel van de H. Petrus te Sint Odiliënberg, sinds 1361 Kapittel van de H. Geest te Roermond, sinds 1569 Kathedraal Kapittel (858) 1297-1797
Categorie:
laatste wijziging 26-04-2024
898 beschreven archiefstukken
11 gedigitaliseerd
totaal 1.220 bestanden