Met de ordening en inventarisatie werd enkele jaren geleden door collega J.H.M.M. van Hall een begin gemaakt. Hij herstelde de procesdossiers en vervaardigde tevens een magazijnlijst van het archief, waarin een tafel op de procesdossiers en een klapper op de procespartijen als bijlagen waren opgenomen. *  Onder nr. 19 van deze lijst werden genoemd ".. Kopieën van archiefstukken van gerechtelijke aard uit het gedeelte van het schepenbankarchief van Sevenum dat berust in de gemeentelijke archiefbewaarplaats te Sevenum". *  Deze fotokopieën werden te Sevenum gemaakt om tenminste het rechterlijke gedeelte in Maastricht compleet aanwezig te doen zijn. *  Ondergetekende maakte medio september 1981 een aanvang met een systematisch ingedeelde inventaris. Besloten werd om de fotokopieën niet apart te beschrijven, maar ze de plaats toe te kennen die ook het originele stuk gekregen zou hebben. Hierdoor ontstond een aantal inventarisnummers, die geheel of gedeeltelijk uit fotokopieën bestaan. Deze zijn gemerkt met een *. Ook in het bestuurlijk gedeelte komen enkele aldus gemerkte inventaris nummers voor. Een aantal gekopieerde stukken had namelijk wel het uiterlijk van een gerechtelijk stuk, maar was ontstaan tengevolge van het optreden van de schepenen als bestuurders. Voorzover ze met originele stukken onder één nummer konden worden verenigd, namen we ze voor de volledigheid toch op. *  Vanwege de belangrijkheid werd ook onder de kop "stukken inzake de organisatie van de schepenbank" een fotokopie opgenomen * 

De hoofdindeling van de inventaris is uiteraard bepaald door de tweeledige functie die de schepenen als rechters én bestuurders bekleedden. In het rechterlijk gedeelte vormen de protocollen van de gerechtszittingen en de registers van akten de ruggengraat. De plaats van de losse stukken werd ontleend aan het verband met déze protocollen en registers. Enkele voorbeelden. De stukken betreffende voogdijschap *  zijn onder contentieuze rechtspraak geplaatst op grond van het feit, dat de akten van eedsaflegging door voogden - hoewel niet uitsluitend - in het gerechtsprotocol werden ingeschreven; stukken betreffende openbare verkoop *  onder voluntaire rechtspraak, omdat enkele akten in de registers waren afgeschreven. Voorzover bekend is de schepenbank Sevenum ook eenmaal als hoofdgerecht opgetreden. *  Bij de zogenaamde hoofdvaart vroegen de schepenen van een andere schepenbank het hoofdgerecht om raad. Het eigenlijke proces was dus elders gevoerd en men maakte er te Sevenum geen aantekening van in het protocol. Op grond daarvan kreeg de hoofdvaart een aparte plaats in de inventaris. *  De stukken van bestuurlijke aard werden onderscheiden al naar gelang de taak van de schepenbank die tot hun ontstaan aanleiding gaf