De charters werden in 1897 door rijksarchivaris J.F. Bijleveld rubrieksgewijs chronologisch geordend en middels regesten (korte samenvattingen) toegankelijk gemaakt. Deze regestenverzameling fungeerde als afzonderlijke charterinventaris en bevatte 273 regesten. Aangezien daarin soms meerdere akten werden beschreven, kwam het aantal regesten niet overeen met het aantal charters. Bij de huidige inventarisatie bleken 40 charters zoekgeraakt. Men had 33 nieuwe regesten toegevoegd, waaronder 25 doublures werden aangetroffen. Dertien charters bleken in 1981 achtergebleven bij het Gelders Archief (GA bestanden 0312 en 0865). Van twee charters, behorend bij de regesten nrs. 61 en 66, is de verblijfplaats onbekend. In de jaren "90 werden in de chartercollectie aanwezige papieren documenten naar het hoofdbestand overgebracht. De rubrieksgewijze regestnummering werd toen vervangen door een doorlopende nummering. De charters zijn thans beschreven onder inventarisnummer en voor zover mogelijk overgebracht naar desbetreffende bestanden en rubrieken.
In Bijleveld's ordening waren retroacta meestal gerelateerd aan de oudste akte. Bij de huidige inventarisatie zijn deze ondergeschikt aan de jongste akte, hetgeen soms van invloed is op toeschrijving en plaatsing. Waar het verband tussen akte en retroacte(n) soms was verbroken, is dit zo mogelijk gereconstrueerd.
Charters van particuliere oorsprong betreffen waarschijnlijk: a) t.b.v. stad of gasthuis van derden als betaling ontvangen obligaties; b) t.b.v. stad of gasthuis van derden in onderpand genomen eigendomsbewijzen wegens schuld of lening; c) retroacten behorend bij niet meer aanwezige transportakten t.n.v. stad of gasthuis; d) door derden bij de stedelijke griffie in bewaring gegeven akten.
Akten zonder pliek of zegel zijn waarschijnlijk concepten, ter griffie opgemaakt en niet afgehaald. Voor een overzicht van de oorspronkelijke charterverzameling met opmerkingen en verwijzingen zie de bijlage in het Aanhangsel.