In 1955 is het Drechtstedenoverleg ontstaan uit een overleg van burgemeesters van een aantal gemeenten in de Dordtse regio. Na een aantal jaren werd de behoefte gevoeld om tot verdergaande contacten te komen en het aantal deelnemers aan het overleg uit te breiden. Dit leidde tot Overlegorgaan Drechtsteden.

Aan het Overlegorgaan Drechtsteden besluiten het College van burgemeester en wethouders van Alblasserdam, Dordrecht, Dubbeldam, ’s Gravendeel, Hendrik- Ido-Ambacht, Papendrecht, Puttershoek, Sliedrecht en Zwijndrecht deel te nemen. Op 25 juni 1969 treedt de Regeling Overlegorgaan Drechtsteden in werking. Hierin stelt het overlegorgaan zich ten doel in gezamenlijk overleg de belangen der deelnemers en de coördinatie van de voorbereiding van besluiten van de gemeentebesturen, voor zover deze van betekenis zijn voor een evenwichtige ontwikkeling van het gezamenlijk gebied van de Drechtsteden, te bevorderen. Hiertoe worden in het bijzonder gerekend de vaststelling van structuurplannen en de behartiging van structurele belangen als economie, industrialisatie, verkeer, cultuur en recreatie. Verder heeft het overlegorgaan als doelstelling om tot een meer evenwichtige ontwikkeling van het gezamenlijk gebied de Drechtsteden te komen.

Het overlegorgaan werd gevormd door en was samengesteld uit de deelnemers die elk een stem uitbrachten. De voorbereiding van de vergaderingen en de uitvoering van de besluiten van het overlegorgaan was in handen van een dagelijks bestuur, bestaande uit burgemeesters van de Drechtsteden. Eén van de burgemeesters werd als voorzitter aangewezen. Het overlegorgaan zelf vergaderde minstens 3 x per jaar.

Geleidelijk aan sluiten meer gemeenten zich bij het overlegorgaan aan. In juni 1972 treedt Nieuw-Lekkerland en in oktober de gemeenten Brandwijk, Heerjansdam, Molenaarsgraaf en Wijngaarden toe. In 1976 treedt de gemeente Streefkerk en de Gemeente Oud-Alblas toe tot het overlegorgaan.

Zie toegangsnummer: 228, inv.nrs. 33, 34, 51 en 214.