Uw zoekacties: Beauftragte für die Niederländische Bank

087 Beauftragte für die Niederländische Bank ( NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

  • Kenmerken van het archief
  • Inleiding op het archief
  • Inventaris of plaatsingslijst
  • Eventueel bijlagen
  • De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

    De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

    De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

    Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

    beacon
     
     
    Openbaarheid
    Het archief is in zijn geheel beperkt openbaar. Het is slechts raadpleegbaar na verkregen toestemming van de directeur van het NIOD. Voor bezoekers die deze toestemming willen hebben, is ter plekke bij balie van de studiezaal van het NIOD een archiefverklaring verkrijgbaar. Direct na ondertekening kunt u de stukken aanvragen en inzien.
    De Beauftragte für die Niederländische Bank
    De eerste Beauftragte voor de Nederlandse Bank was de Duitse econoom dr. Helmuth C.H. Wohlthat. Hij werd als 'Economisch Commissaris en adviserend deskundige' aan de directie van De Nederlandse Bank toegevoegd. Hij ressorteerde rechtstreeks onder Seyss-Inquart en niet, zoals misschien vanzelfsprekend zou lijken, onder Generalkommissar für Finanz und Wirtschaft dr. Fischböck. Maandelijks maakte hij voor Seyss-Inquart een rapport over zijn werkzaamheden. Volgens Wohlthat zag Seyss-Inquart hem als een deskundige waarbij hij veel inlichtingen kon inwinnen. Hij kwam eerder dan Seyss-Inquart in Nederland aan en kon zodoende de Reichskommissar informatie geven over de personen die hij inmiddels had ontmoet. Wohlthat vond ook dat hij Seyss-Inquart moest wijzen op het belang van Nederlands-Indië voor Nederland.
    Helmuth Wohlthat (midden) als leider van de Duitse delegatie voor de International Whaling Conference in Londen, eind juli 1939. In de schaduw van deze conferentie hield Wohlthat besprekingen met enkele Britse ministers over een mogelijk niet-aanvalsverdrag tussen Duitsland en Engeland.
    Erfgoedstuk
    De belangrijkste taak die Seyss-Inquart op economisch gebied van Hitler had meegekregen, was de 'vervlechting' van de Nederlandse met de Duitse economie. Een voorwaarde daarvoor was dat de deviezengrens tussen die twee landen werd opgeheven. Omdat er geen vrij wisselverkeer bestond tussen de gulden en de mark, viel het de bezetter moeilijker het bezette gebied uit te buiten. De opheffing van de deviezengrens begin maart 1941 vergemakkelijkte dit. Wohlthat was tegen deze opheffing. Een andere maatregel die getroffen werd, was dat Nederland in één keer 500 miljoen Rijksmark als bezettingskosten moest betalen, waarvan 100 miljoen in goud.
    Secretaris-Generaal van Financiën en president van De Nederlandse Bank L.J.A. Trip trad na deze gebeurtenis af. Hij wilde zich in zijn functie van secretaris-generaal voor Financiën laten opvolgen door Hirschfeld en aanblijven als president van De Nederlandse Bank. Dit liet de bezetter niet toe. Seyss-Inquart ontsloeg Trip in beide functies. Meinoud M. Rost van Tonningen volgde hem eerst op als president van De Nederlandse Bank en een maand later als (waarnemend) secretaris-generaal. De werkelijke macht bij De Nederlandse Bank lag echter bij de Beauftragte. Hij had ook de supervisie over de Nederlandse banken en de beurs.
    Rost van Tonningen als president van de Nederlandse Bank.
    Erfgoedstuk
    In februari 1941 verliet Wohlthat Nederland. Hij was onderhandelaar voor Oost-Azië geweest en vertrok in de lente van 1941 naar Japan (Tokyo) voor onderhandelingen met deze nieuwe bondgenoot van Duitsland. Hij bleef in Japan tot het einde van de oorlog. Wohlthat was na de oorlog getuige bij de Neurenberger processen. Zelf werd hij niet berecht.
    Zijn opvolger was dr. Albert J. Bühler. Hij was lid van de NSDAP sinds 1938, maar wekte niet de indruk een fanatiek partijman te zijn. Hij liet zich veel meer dan Wohlthat leiden door Generalkommissar für Finanz und Wirtschaft dr. Fischböck. In mei 1942 kreeg Bühler de verantwoordelijkheid voor de verkoop van effecten die van joden gestolen waren. Deze verantwoordelijkheid had daarvoor gelegen bij de roofbank Lippmann-Rosenthal, maar het Reichskommissariat had de indruk dat deze bank de effecten tegen een te lage koers verkocht. In 1943 werd hij Geschäftsführer van de Vermögensverwaltung und Rentenanstalt. Deze instantie beheerde het kapitaal dat was verkregen door de verkoop van joods bezit. In deze functie werkte hij mee aan anti-joodse maatregelen op economisch gebied. Eind 1947 werd hij na een periode van detentie in vrijheid gesteld. Bühler heeft nooit in Nederlands terecht gestaan. In Duitsland was hij na zijn vrijlating weer werkzaam in het bankbedrijf.
    De inventaris is in 2004 vervaardigd door de Centrale Archief en Selectiedienst. De inleiding is in 2002 vervaardigd door drs. Lieke Janssen.
    Geschiedenis van het archief
    Het grootste deel van het archief van de Beauftragte für die Niederländische Bank (ook wel Bühler-archief genoemd) bevindt zich bij de Nederlandse Bank. Een plaatsingslijst van deze stukken is op het NIOD aanwezig (zie inventarisnummer 4).

    Begin 1949 vonden medewerkers van het RIOD in het gebouw van Lippmann, Rosenthal en Co. in de Sarphatistraat enige dossiers van de Beauftragte Bühler voor de Nederlandse Bank.

    In de herfst van 1950 kreeg het RIOD van de Nederlandse Bank fotokopieën van correspondentie van A.J. Bühler en van J. Robertson, de Nederlandse nationaal-socialist die mr. J. Westerman Holstijn op 27 maart 1941 verving als directeur-secretaris van de Nederlandse Bank.

    Informatie over de totstandkoming van de huidige inventaris is te lezen onder de rubriek "Verantwoording van de bewerking".
    Verantwoording van de bewerking
    Achtergronden van de bewerking
    Het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (NIOD) bood in april 2000 een deel van het archief van de Beauftragte des Reichskommissars für die niederländische Bank aan de Centrale Archief Selectiedienst (CAS) te Winschoten ter bewerking aan, die deze in de periode 2001-2004 uitvoerde.
    Verantwoording
    Ten aanzien van de bewerking vormden de bestaande beschrijvingen het uitgangspunt. Van dit principe werd alleen afgeweken wanneer oude omschrijvingen niet correspondeerden met de inhoud van het dossier of als stukken niet eerder beschreven waren. Aangezien het totale archief uit drie dossiers bestaat: stukken van de Beauftragte en verder een plaatsingslijst van archiefbescheiden van de Beauftragte, die momenteel bij de Nederlandsche Bank berusten, was het niet nodig een rubrieksindeling te maken.
    Vernietigingsbeleid
    Aangezien het archief ten tijde van de Duitse bezetting in Nederland in de periode 1940-1945 werd gevormd, geldt dit bestand volgens de door het Nationaal Archief opgestelde normen als oorlogsgerelateerd. Dat is ook de reden dat er tijdens de bewerking niets uit de archieven voor vernietiging is aangewezen.

    De oorspronkelijke 12,5 centimeter te bewerken archief van de Beauftragte des Reichskommissars für die niederländische Bank werd aan het NIOD geretourneerd.

    Na beschrijving door de CAS omvatte het archief 4 inventarisnummers.
    Literatuur en verwante collecties
    Voor deze inleiding is dankbaar gebruik gemaakt van onderzoek dat is verricht ten behoeve van de voorgaande inventaris. Voor vervolgonderzoek naar de Beauftragte für die Niederländische Bank raadplege men de volgende literatuur en bronnen:
    Collectie Documentatie I personen (dossier dr. Helmuth Wohlthat, no. 1908)
    Kwartaal- en jaarverslagen RIOD
    Inventaris
    aanvraaginstructie
    Archiefstukken uit dit archief kunnen in de studiezaal van het NIOD worden aangevraagd
    onder vermelding van: archief 087, inv.no. ...
    Het inventarisnummer is vermeld in numeriek oplopende volgorde,
    links naast de beschrijving van de stukken

    Kenmerken

    Datering:
    1940-1945
    over het archief:
    Deze Beauftragte (tot 1941 Helmuth Wohltat, daarna Albert Bühler) werd als economisch commissaris en adviserend deskundige aan de directie van de Nederlandse Bank toegevoegd. Hij ressorteerde rechtstreeks onder Seyss-Inquart.
    verwante archieven:
    Het merendeel van de archieven van de Beauftragte für die Niederländische Bank bevindt zich bij de Nederlandse Bank.
    Openbaarheid:
    Deze stukken zijn beperkt openbaar. Zij zijn slechts raadpleegbaar na verkregen toestemming van de directeur van het NIOD. Voor bezoekers die deze toestemming willen hebben, ligt een formulier bij de balie van de studiezaal van het NIOD.
    Omvang:
    0,1 meter (4 inventarisnummers)
    Status:
    Bruikleencollectie Nationaal Archief
    Trefwoorden: